Landelijk bestuur Flashcards

1
Q

Ministeriële verantwoordelijkheid

A

de koning hoeft aan niemand uit te leggen wat of waarom hij iets doet. De minister is verantwoordelijk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Constitutionele monarchie

A

een staatsvorm waarin de taken en bevoegdheden van het staatshoofd zijn beperkt door de grondwet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Staatssecretaris

A

soort hulpminister die verantwoordelijk is voor een deel van het beleidsterrein van een minister.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Minister

A

maakt deel uit van het kabinet en heeft een eigen beleidsterrein.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Coalitie

A

twee of meer partijen die samen de regering vormen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Regering

A

de ministers samen met de koning, maar zonder de staatssecretarissen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Kabinet

A

alle ministers en hun staatssecretarissen samen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Oppositiepartijen

A

Partijen die niet in de regering zitten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Coalitiepartijen

A

Partijen die in de regering zitten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Eerste Kamer

A

Heeft 75 leden, wordt gekozen door de provincie. Mag wetten af of goedkeuren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Tweede Kamer

A

Heeft 150 leden, wordt gekozen door de bevolking. Mag wetten af of goedkeuren maar heeft ook nog veel meer andere rechten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly