Deugden en Ondeugden van de Middeleeuwen

Question 0

Afgoderij

Answer 0

Idolatria. Een man die bidt voor een afgodsbeeld. Gebroken lans

Question 1

Geloof

Answer 1

Fides. Vrouw figuur met kruis beeld, kelk of beide

Question 2

Hoop

Answer 2

Spes. Kroon die nog niet op een hoofd is. Schild, anker en bijenkorf

Question 3

Wanhoop

Answer 3

Desperatio. Een man die zichzalf met een dolk doorboort.

Question 4

Liefde

Answer 4

Caritas. Vrouw die kleed weggeeft aan een arme man

Question 5

Hebzucht

Answer 5

Avaritia. Man of vrouw vastgeklemt aan een bag of zak geld

Question 6

Voorzichtigheid

Answer 6

Prudentia. Slang als attribuut. Spiegel

Question 7

Dwaasheid of onbezonnenheid

Answer 7

Stultitia. Steen bijten of een man die zichzelf met een knots tegen het hooft probeert te slaan

Question 8

Rechtvaadigheid

Answer 8

Justitia. Weegschaal

Question 9

Sterkte

Answer 9

Fortitude. Ridder

Question 10

Lafheid

Answer 10

Ignavia. Haas die uit de struiken komt

Question 11

Matigheid

Answer 11

Sobrietas of temperantia. Schaal met wijn. Zandloper

Question 12

Nederigheid

Answer 12

Humilitas. Schilde met daarop een duif

Question 13

Geduld

Answer 13

Petientia. Os als attribuut

Question 14

Ongeduld of woede

Answer 14

Ira. Twee vechtende figuren een trekt een zwaard

Question 15

Eendracht

Answer 15

Concordia. Olijftakken gedragen door een duif

Question 16

Tweedracht

Answer 16

Discordia. Twee vechtende mannen

Question 17

Gehoorzaamheid

Answer 17

Oboedientia. Knielende kameel

Question 18

Opstandigheid

Answer 18

Contumacia. Man die zijn hand opheft aan een bisschop

Question 19

Kruisheid

Answer 19

Castitas. Vrouw met een palm in de hand en op een schild een motief van een vogel tussen de vlammen

Question 20

Praalzucht

Answer 20

Luxuria. Vijend paartje. Vrouw met padden en slangen op haar lichaam