15. causaliteit Flashcards
(35 cards)
waarom is het niet correct om te zeggen dat A de oorzaak is van B? (2)
- een causaal verband hoeft niet perfect te zijn
2. zelfs een perfecte associatie is niet voldoende om van causaliteit te spreken (haan kraait bij elke zonsopkomst)
multicausaliteit =
meerdere oorzaken (die tot ziekte leiden) (oorzaken werken op elkaar in, waardoor een causaal diagram bestaat)
waar kan de epidemioloog interventies doen?
enkel daar waar er causale verbanden zijn
wat gebeurt er in observationeel epidemiologisch onderzoek?
vaststellen of er een associatie is tussen de veronderstelde oorzaak en het bestudeerde gevolg
definitie van oorzaak (cause) volgens KJ Rothman
= Een gebeurtenis, aandoening of kenmerk zonder welke de ziekte niet zou hebben plaatsgevonden
definitie v oorzaak (cause) volgens M Susser =
= iets dat een verschil maakt
definitie v causaliteit volgens wikipedia =
Causaliteit is de relatie tussen een gebeurtenis (de oorzaak) en de tweede gebeurtenis (het effect), waarbij de tweede gebeurtenis wordt begrepen als een gevolg van de eerste.
prognostische factoren =
= determinanten die, zodra de ziekte eenmaal in gang is gezet, van invloed zijn op het verloop vh ziekteproces
risicofactoren =
= een determinant (of getal) die de toegenomen waarschijnlijkheid op het oplopen van een ziekte weergeeft i.v.m. een bepaald gegeven (ontstaan vd ziekte)
direct oorzakelijk verband =
er is geen intermediaire factor (tussenpartij)
indirect oorzakelijk verband =
er is wel een intermediaire factor
bijna altijd het geval in biologische processen
van wie zijn de criteria v Hill?
Sir Austin Bradford Hill
criteria van Hill zijn te gebruiken voor:
het vaststellen v een causale relatie
-> hoe meer v deze criteria aanwezig, hoe waarschijnlijk dat er idd een causaal verband bestaat
geef de criteria van Hill (9)
- tijdsrelatie
- plausibiliteit
- consistentie
- biologische gradient
- grootte vh effect
- interventie
- specificiteit
- cohorentie vd informatie
- analogie
criteria v Hill, tijdsrelatie =
= de blootstelling vd risicofactor moet vooraf gaan aan het optreden vd ziekte.
- houdt rekening met cubatieperiode (blootstelling -> symptomen)
- houdt rekening met latentieperiode (infectie -> overdraagbaarheid)
cubatieperiode =
tijd tussen blootstelling en eerste symptomen
latentieperiode =
tijd tussen infectie en moment dat ziekte overdraagbaar is
criteria v Hill, plausibiliteit =
= er is een plausibel (waarschijnlijk) verklarend pathofysiologisch mechanisme
-> kan het verband als waarschijnlijk worden geacht?
(is een zekere subjectiviteit, waardoor plausibiliteit niet voldoende is om causaliteiten te bevestigen)
criteria v Hill, consistentie =
= de relatie is in meerdere oorzaken gevonden
- hoe meer studies een bepaald causaal verband kunnen aantonen, hoe sterker het causaal verband zal zijn
criteria v Hill, biologische gradient =
= er is een dosis-responsrelatie tussen de factor en de ziekte (er is een verband tussen de mate van blootstelling en de sterkte vh effect)
- stijging in dosis zal leiden tot verhoging vh risico
criteria v Hill, grootte vh effect =
= grote effecten kunnen moeilijker door andere factoren worden verklaard
= sterke verbanden verhogen de waarschijnlijkheid v/e causale relatie
criteria v Hill, interventie =
de ziekte wordt minder vaak gezien als de blootstelling aan de risicofactor wordt gestaakt en vaker gezien indien de blootstelling wordt geintensiveerd
criteria v Hill, specificiteit =
de relatie is specifiek voor 1 ziekte
bv blootstelling aan de risicofactor wordt gezien met mensen bij botkanker en niet bij andere vormen v kanker
criteria v Hill, coherentie vd informatie =
= de relatie tussen de risicofactor en de ziekte is coherent (samenhangend) met andere kennis over de omgevingsfactoren en de biologie
-> alle beschikbare gegevens moeten een coherent geheel vormen, zonder conflict of contradictie