hart 4 Flashcards

1
Q

stap 1 hartcyclus

A

boezems trekken samen, hierdoor gaan Av-kleppen open en bloed van boezems gaat naar kamers (atriale systole)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Stap 2-3 hartcyclus

A

ventrikels trekken samen (ventriculaire systole) door druk gaan AV-kleppen toe,

verdere druk: openen halvemaanvormige kleppen en dan stroomt bloed door aorta en a pulmonalis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Stap 4-5

A

ventriculaire diastole begint, daling druk ventrikkels, AV-kleppen open en vullen zich voor 70% met bloed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat doet samentrekkenatria

A

vult ventrikkels verder aan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

is de eerste harttoon

A

S1
langer en zachter
sluiten AV-kleppen, openen halvemaanvormige (start ventriculaire systole)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is de tweede harttoon

A

S2
korter en harder
halvemaanvormige kleppen sluiten= begin ventriculaire diastole

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat is zijn de laatste twee harttonen

A

S3 en S4
zelden hoorbaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat is hartdynamica

A

bewegingen en krachten die tijdens samentrekking plaatsvinden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

HMV

A

hartminuutvolume

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat is hartminuutvolume

A

hoeveelheid bloed dat in 1 min. weggepompt wordt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

synoniem hartminuutvolume

A

cardiac output (CO)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

HR

A

hartfrequentie / hartslag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat is hartfrequentie

A

75-80/min

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wie heeft hogere hartslag

A

vrouw

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wanneer neemt hartfrequentie toe

A

bij inspanning, verzwakt hart

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat is de Bainbridgereflex

A

door veneuze terugstroom, er komt meer gebruikt bloed hart binnenkomt, gaat hart meer pompen

17
Q

synoniem bainbridgereflex

A

atriumreflex

18
Q

welk hormoon zorgt voor verhoogde hartskag

A

adrenaline

19
Q

welk hormoon zorgt voor een verlaagde hartslag

A

acetylcholine

20
Q

wat reguleert de hartslag

A

autonome zenuwstelsel,
hormonen, temperatuur,
fysieke factoren

21
Q

wat is het slagvolume

A

aantal ml dat kamer per samentrekking wegpompt

80ml

22
Q

wat is het Frank-Starlingmechanisme

A

als er veneuze terugstroom is = meer bloed uit hart pompen

23
Q

waarvoor zorgt de perifere weerstand

A

bloeddruk
meer weerstand = hogere bloeddruk

24
Q

HRxSV

A

heart rate x stroke volume

25
Q

wat is HRxSV

A

hartminuutvolume
totale hoeveelheid bloed in minuut

26
Q

hoe wordt HRxSV berekend

A

Hartminuutvolume x slagen per minuut