zelfmanagement Flashcards

1
Q

zelfmanagement

A

het omgaan met de aandoening, symptomen en gevolgen van de aandoening en daarbij duidelijk hebben welke zorg/hulp je nodig hebt. dit heb je nodig om de ziekte optimaal in te kunnen passen in je leven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

zelfmanagementondersteuning (2)

A
  • het doel is het streven naar een zo optimaal mogelijk kwaliteit van leven, waarbij de patient zoveel mogelijk regie houdt.
  • patient en verpleegkundige zoeken samen naar de meest passende vorm van ondersteuning
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

de coach 2

A
  • ondersteunt de patient bij integreren van aandoening in het leven
  • besteed aandacht aan wat de patient nog kan en geeft hier een actieve rol in
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

de behandelaar 3

A
  • ziet therapietrouw als voornaamste doel
  • geeft hulp bij geven van adviezen en oplossingen
  • helpt patient bij krijgen van goede klinische uitkomsten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

de poortwachter 2

A
  • beschouwt zelfmanagement als middel om de patient zo zelfstandig mogelijk te maken en hierdoor kosten bespaart
  • geeft adviezen gezondere keuzes te maken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

leraar 1

A
  • doel is instrueren en leren leven met de aandoening
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

beperkte gezondheidsvaardigheden

A
  • moeite met vinden, begrijpen, gebruiken en beoordelen van informatie over gezondheid.
  • het is voor de vpk belangrijk deze mensen te herkennen en hun informatiemateriaal, communicatie en begeleiding hierop aan te passen
  • 1/4 nederlanders hebben beperkte gezondheidsvaardigheden. ze maken vaker gebruik van zorg en vinden deze over het algemeen minder goed
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

persoonlijke gezondheidsvaardigheden

A
  • vaardigheden van mensen om informatie over gezondheid te verkrijgen, begrijpen, beoordelen en gebruiken. hier spelen 3 typen vaardigheden een rol:
    1: functioneel (lezen, schrijven, rekenen, internet zoeken)
    2: interactief of communicatief (begrijpend lezen, abstract denken, hoofd- en bijzaken scheiden, reflecteren)
    3: kritisch (toepassen informatie, ordenen, vooruit denken, prioriteiten stellen)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

waar lopen mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden tegenaan(7)

A
  • medicijnen juist innemen
  • de weg vinden in het ziekenhuis
  • zoeken op internet
  • brieven en mails begrijpen
  • folders, websites, formulieren en bijsluiters begrijpen
  • gesprekken met zorgverleners voeren
  • uitleg en adviezen begrijpen en in de praktijk brengen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

gezondheidsvaardigheden van organisaties

A

Een gezondheidsvaardige organisatie is dus een organisatie die toegankelijk en begrijpelijk is voor iedereen, ongeacht iemand zijn niveau van gezondheidsvaardigheden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

laaggeletterdheid

A

betekend dat je de taal/talen slecht beheerst. Deze groep mensen heeft moeite met lezen, schrijven en/of rekenen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

SeMaS

A

betekent selfmanagement screening. Hiermee wordt de zelfmanagement van de patiënt in kaart gebracht. Deze kun je onderverdelen in 3 groepen:
1. Zelfmanagement kansrijk zonder verdere interventies
2. Zelfmanagement mogelijk na wegnemen barrière
3. Zelfmanagement zeer moeilijk in dit stadium; zelfmanagement ondersteuning als maatwerk, met name door eventueel eerst barrières weg te nemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

domeinen SeMaS 9

A
  • opleiding
  • last van ziekte
  • vaardigheden
  • invloed op gezondheid
  • vertrouwen in eigen kunnen
  • hulp van anderen
  • omgaan met problemen
  • angstgevoelens
  • somber
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

lotus of control

A

mate waarin patient zelfsturend omgaat met zijn gedrag
interne locus of control: hebben gezondheidssituaties niet meer in eigen hand
externe locus of control: mensen die afhankelijk zijn van invloeden die zij niet kunnen beheersen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly