16 _ Evaluatie patiënt Flashcards

1
Q

Waarom voeren we de beoordeling van de patiënt zo snel mogelijk uit?

A

Beoordeling patiënt moet vlug gebeuren en er moeten direct prioriteiten gemaakt worden van mogelijk levensbedreigende problemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waarover gaat het als we het hebben over ABC bij spoed

A

A. Airway
B. Breathing
C. Circulation

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke 3 hoofdvragen stellen we ons bij een ABC onderzoek?

A
  • Is de luchtweg vrij?
  • Ademt de patiënt?
  • Heeft de patiënt pols?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waarom maken we gebruik van een A CRASH PLAN ?

A

Volgorde van beoordeling, onderzoek en behandeling van een spoedpatiënt
Logische benadering die een snelle en grondige beoordeling mogelijk maakt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waarvoor staat A CRASH PLAN ?

A

A Airway

C	Cardiovascular
R	Respiratory	
A	Abdomen
S	Spine	
H	Head

P Pelvis
L Limbs
A Arteries
N Nerves

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat gaan we beoordelen als we de luchtwegen gaan onderzoeken?

A

Zeker zijn dat de luchtweg vrij is

  • Mondholte controleren voor obstructies, vooral de orofarynx
  • Vloeistoffen verwijderen uit neus en mond

Bekijken ademhalingsfrequentie en moeite
Luisteren naar abnormale ademhalingsgeluiden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat ga je doen als er een obstructie in de oropharynx is?

A
  • Maak gebruik van mondsperder (nooit vingers in de mond)
  • Nek strekken en tong voorwaarts trekken (met een klem voorwerp verwijderen)
  • Kop laag houden om aspiratie te voorkomen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat ga je doen als er een obstructie in de trachea is?

A
  • Heimlich manoeuvre

- Tot 4 keer proberen alvorens een noodtracheotomie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe voer je de Heimlich manoeuvre uit op een dier?

A
  • Hang patiënt op aan achterpoten
  • Indien de patiënt te groot is : achterkant zo hoog mogelijk en kop zo laag mogelijk
  • Krachtige druk op de buikwand net onder het sternum
  • Als niet succesvol, met beide handen op thorax : krachtige compressie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is een cardiopulmonair arrest ?

A

Plots stoppen functionele ventilatie en effectieve circulatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn de symptomen van een cardiopulmonair arrest?

A
  • Ademhalingsstilstand met of zonder hartstilstand
  • Plots bewustzijnsverlies
  • Zeer snelle, zwakke of geen pols
  • Geen ooglidreflex
  • Pupillen gefixeerd of gedilateerd
  • Slijmvliezen cyanotisch, bleekroos of grijs
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Na welke periode kan er hersenschade optreden bij een cardiopulmonair arrest?

A

Na 3 minuten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat ga je doen als je te maken krijgt met een cardiopulmonair arrest?

A
  • Hartmassage

- Kunstmatige ademhaling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat ga je beoordelen en doen als je als het het ademhalingsritme gaat onderzoeken?

A
  • Respiratory rate, ritme en moeite
  • Palperen naar gebroken ribben en sternum
  • Zoeken naar penetrerende vreemde voorwerpen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn mogelijke symptomen bij ademhalingsmoeilijkheden

A
  • Dyspnee
  • Hypoxie
  • Tachycardie
  • Collaps
  • Stridor
  • Hypovolemie
  • Cyanotische mucosae
  • Inspanning ↑ ademhaling
  • Ademhaling stilstand
  • Verandering van stem
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn mogelijke oorzaken van respiratoire spoed?

A
  • Brachycephalensyndroom
  • Bronchitis
  • Cardiopulmonair arrest
  • Emfyseem
  • Hartfalen
  • Hemothorax
  • Hernia diaphragmatica
  • Hydrothorax
  • Hyperthermie
  • Luchtwegobstructie
  • Penetrerend vreemd voorwerp
  • Pneumonie (vb. aspiratie)
  • Pneumothorax
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Waarvoor staat IPPV?

A

Intermitterend positive pressure volume

  • Zuurstof toedienen met behulp van zuurstoffles / anesthesietoestel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat is een pneumothorax?

A

Lucht in de pleuraalholte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat zijn de symptomen van een pneumothorax?

A
  • Lichte tachypnee tot erge dyspnee
  • Cyanose
  • Gebroken ribben
  • Thoraxwonden
  • Subcutaan emfyseem
  • Tachycardie
  • Orthopnee
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Hoe ziet het managment van een pneumothorax eruit?

A
  • Vreemd voorwerp niet verwijderen!
  • Ondersteunende O2 therapie
  • Patiënt warm en rustig houden
  • Monitoring
  • Licht verband rond penetrerend vreemd voorwerp
  • Stress vermijden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat is een hemothorax? Geef hier wat meer informatie over.

A

Bloed in de pleurale ruimte

  • Longcollaps
  • Auto – ongeval, rattenvergif
  • Ernst afhankelijk van het bloedverlies
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wat is een hernia diaphragmatica ? Geef hier wat meer informatie over.

A

Scheur in het diafragma

  • Stomp trauma thorax, auto-ongeval, val
  • Organen uit abdomen in thorax
  • Slechte longexpansie
23
Q

Wat zijn de symptomen van een hernia diaphragmatica?

A
  • Dyspnee
  • ‘Leeg’ abdomen
  • Pendelende ademhaling
24
Q

Hoe ziet de tijdelijke behandeling van een hernia diaphragmatica eruit ? (tot operatie kan gebeuren)

A
  • Thorax hoger dan abdomen

- Positie laten vinden waarin ze zich goed voelen

25
Q

Verklaar hemiplegie.

A

Paralyse linker of rechterzijde

26
Q

Verklaar quadriplegie

A

Paralyse 4 poten

27
Q

Verklaar paraplegie

A

Paralyse 2 poten

28
Q

Verklaar epistaxis

A

Neusbloeden

29
Q

wat gaan we eerst doen ls we zien dat er een trauma is aan het oog

A

Kamer verduisteren

30
Q

Wat zouden symptomen van pijn kunnen zijn aan het oog?

A
  • Lichtgevoelig
  • Overdreven traanproductie
  • Ontstoken sclera en conjunctiva
  • Wrijven in oog
  • Erg oedeem
31
Q

Wat gaan we doen als we denken dat de patiënt een mogelijkse bekkenbreuk heeft?

A
  • Heup immobiliseren
  • Eventueel urineoutput monitoren (blaasschade en ruptuur)
  • Eventueel faecale output monitoren
32
Q

Welke kleuren van slijmvliezen kunnen we zien? Wat betekenen deze kleuren?

A

Normaal : lichtroze

Gestuwd

  • baksteenrood : vergif, septicemie, hyperthermie, rook, hartprobleem
  • kersrood : CO – intoxicatie

Bleek
- Bleek – wit : shock, bloeding

Cyanotisch :
- Blauw – paars : O2 ↓, erge dyspnee, hartfalen

Icterus :
- Geel : leverfalen, hemolyse

33
Q

Bloedingen kunnen op verschillende tijdstippen optreden bij een trauma. Hoe noemen we deze en waarom treden ze op?

A

Primair : onmiddellijk na trauma
- Door schade bloedvaten

Reactionair : 24 – 48 uur na trauma opnieuw bloeden
- Door bloeddruk stijging : klonter los

Secundair : tot 10 dagen na trauma
- Door infectie

34
Q

Welke type bloedingen zijn er? Hoe ziet een bloeding eruit als dit bloedvat beschadigd geraak?

A

Arterieel

  • Helder rood
  • Pulserend synchroon met hartslag

Veneus

  • Donker rood bloed
  • Continue flow

Capillair

  • Helder rood bloed,
  • Diffuse bloeding, klein volume

Gemengd
- Bloed van arteries en venen

35
Q

Hoeveel bloed bevat een dier ongeveer?

A

Volume bloed ≈ 8% van het lichaamsgewicht (hond van 25 kg : 2 liter bloed)

36
Q

Welke typen bloedverlies zijn er?

A

Levensbedreigende bloeding : (klasse III-IV), 35 – 50 % bloedverlies

Erg bloedverlies : (klasse II), 20 – 25 % bloedverlies

Mild bloedverlies : (klasse I), 10 – 15 % bloedverlies

37
Q

Wat zijn de symptomen van een levensbedreigend bloedverlies?

A
  • Bleke mucosa
  • Daling capillaire vullingstijd
  • Zwakke pols
  • Depressie tot comateus
38
Q

Wat zijn de symptomen van een erg bloedverlies?

A
  • Slijmvliezen normaal tot licht verbleekt
  • Capillaire vullingstijd : 2 sec
  • Angstig en alert
39
Q

Wat zijn de symptomen van een mild bloedverlies?

A
  • Alert
  • Slijmvliezen normaal
  • Capillaire vullingstijd < 2 sec
40
Q

Wat zijn 3 dingen die we gaan beoordelen als we een inwendige bloeding hebben?

A

Trauma bloedvat ( bijvoorbeeld een miltruptuur)

Schade bloedvatwand (immuungemedieerd, infectie,…)

Stollingsprobleem

41
Q

Wat bedoelen we met shock?

A

dit is een acute circulatie collaps waardoor er niet genoeg O2 en voedingsstoffen naar vitale organen zoals hart en hersenen

42
Q

Bespreek kort wat de reactie van het lichaam is op shock.

A

Bij voortschrijden shock → dalen bloedvolume en arteriële bloeddruk → reactie lichaam door hormoonrelease

  • Ophouden zout en water, ondersteunen bloeddruk en energievoorziening ↑
  • Hartfrequentie ↑ en perifere arteriële vasoconstrictie
43
Q

Wat zijn symptomen van shock?

A
  • Collaps
  • Bewustzijnsverlies
  • Bleke slijmvliezen
  • Zwakke pols
  • Hypothermie
44
Q

Welke soorten shock zijn er?

A

hypovolemische, cardiogene, obstructieve & distributieve shock

45
Q

Bespreek hypovolemische shock

A

Laag circulerend bloedvolume door bloed – of vochtverlies (vb. brandwonden)

  • 10 % verlies : goed verdragen in ‘gezond dier’
  • 25 % verlies : perifere vaso constrictie, tachycardie, bloeddrukdaling
  • 40 % verlies : ernstige hypotensie, moet binnen de 2 uur hersteld zijn, anders irreversibel
46
Q

Bespreek cardiogene shock

A
  • Door hartfalen
  • Hart is niet in staat voldoende bloed rond te pompen om het lichaam van de nodige O2 en nutriënten te voorzien
  • Dyspnee of perifeer oedeem
47
Q

Bespreek obstructieve shock

A

Sterk verminderde doorbloeding lichaam door blokkade

- Tumoren, maagdilatatie, …

48
Q

Bespreek distributieve shock

A

Verlies van perifere weerstand (gedilateerde bloedvaten)

  • Septische shock (bloeddrukdaling door infectie)
  • Anafylactische shock (vb. wespensteek)
  • Neurogene shock (ruggenmergletsels)
49
Q

Hoe ziet het algemeen behandelingsplan eruit als we een patiënt met shock binnen krijgen?

A
  1. Intraveneuze toegang
  2. Vloeistoftoediening
  3. Behoud lichaamstemperatuur
  4. Monitoren urine output
  5. Patiënt beoordelen
50
Q

Wat gaan we zeker doen als we een patiënt binnen krijgen die (symptomen van) shock heeft?

A

Snel ingrijpen en de oorzaak proberen achterhalen

51
Q

Welke soorten epilepsie zijn er? Hoe worden deze veroorzaakt?

A

Primaire epilepsie

  • Onbekende oorzaak
  • Meestal start jonger dan 5 jaar

Secundaire epilepsie

  • Hoofdtrauma
  • Nierfalen
  • Leverpathologie
52
Q

Hoe zien de verschillende fasen van een epileptische aanval eruit? Wat zijn de symptomen?

A
  1. Aanloopfase
    - Onrust
    - Eigenaar zoeken
    - Wegkruipen
  2. Aanval zelf
    - Dwangedrag
    - Bewustzijnsverlies
    - Spieren opspannen
    - Fietsen
  3. Uitloopfase
    - Moe
    - Blind
    - Onrust
    - Agressie
53
Q

Hoe ziet het actieplan eruit als er een patiënt met een epileptische aanval binnen komt / wanneer een patiënt een epileptische aanval krijgt?

A
  • Zorg dat het dier voldoende plaats krijgt
  • Bij een aanval langer dan 30 minuten of meer dan 3 clusters : levensbedreigend

Actieplan in praktijk :

  1. Luchtweg vrij
  2. IV catheter
  3. Bloedstalen
  4. Dierenarts (medicatie : Valium)
  5. Lichaamstemperatuur (hyperthermie)
  6. O2 toediening (behoefte toegenomen)
  7. Eens gestabiliseerd in rustige omgeving plaatsen
54
Q

Hoe ziet de verging eruit als een dier na een epileptische aanval wordt opgenomen in de praktijk?

A
  • Donker maken kooi
  • Beperk lawaai (fluisteren, geen blaffende honden)
  • Zachte wanden
  • Dier manipuleren enkel indien nodig
  • IV controleren elke 4 uur
  • Observeren
  • Medicatie toedienen (op vraag dierenarts)
  • Monitoren respiratoir en cardiovasculair systeem
  • Verhinder hyperthermie (water of alcohol op vacht, ventilator)