1c Woordjes Flashcards
(140 cards)
1
Q
De school
A
L’école
2
Q
Naar school gaan
A
Aller à l’ecole
3
Q
De middelbare school
A
Le collège (onderbouw)
Le lycée (bovenbouw)
4
Q
Het eindexamen
A
Le bac
5
Q
Beginnen
A
Commencer
6
Q
Eindigen
A
Finir
7
Q
De leraar
A
Le professeur
8
Q
De leerling
A
L’élève
9
Q
Aardig
A
Gentil
10
Q
Streng
A
Sévère
11
Q
Makkelijk
A
Facile
12
Q
Moeilijk
A
Difficile
13
Q
De pauze
A
La récré
14
Q
Het boek
A
Le livre
15
Q
Het schrift
A
Le cahier
16
Q
De snelhechter
A
La chemise
17
Q
Het blaadje
A
Une feuille de papier
18
Q
Het etui
A
La trousse
19
Q
Het potlood
A
Le crayon
20
Q
De pen
A
Le stylo
21
Q
De gum
A
La gomme
22
Q
De puntenslijper
A
Le taille-crayon
23
Q
Het woordenboek
A
Le dictionaire
24
Q
Gebruiken
A
Utiliser
25
Pakken
Prendre
26
Schrijven
Écrire
27
Lezen
Lire
28
Parler
Spreken
29
Écouter
Luisteren
30
Décrire
Omschrijven
31
Deviner
Raden
32
Passer Le bac
Eindexamen doen
33
4vwo
La seconde
34
De voorexamen klas
La première
35
La terminale
De examenklas
36
L’école
De school
37
Aller à l’école
Maar school gaan
38
Le collège
Onderbouw
39
Le lycée
Bovenbouw
40
Le bac
Het eindexamen
41
Commencer
Beginnen
42
Finir
Eindigen
43
Le professeur
De leraar
44
L’élève
De leerling
45
Gentil
Aardig
46
Sévère
Streng
47
Facile
Makkelijk
48
Difficile
Moeilijk
49
La récré
De pauze
50
Le livre
Het boek
51
Le cahier
Het schrift
52
La chemise
De snelhechter
53
Une feuille depapier
Een blaadje
54
La trousse
Het etui
55
Le crayon
Het potlood
56
Le stylo
De pen
57
La gomme
De gum
58
Le taille-crayon
De puntenslijper
59
Le dictionaire
Het woordenboek
60
Utiliser
Gebruiken
61
Prendre
Pakken
62
Écrire
Schrijven
63
Lire
Lezen
64
Spreken
Parler
65
Luisteren
Écouter
66
Omschrijven
Décrire
67
Raden
Deviner
68
Eindexamen doen
Passer Le bac
69
4vwo
La secondaire
70
De voorexamen klas
La première
71
De examenklas
La terminale
72
De buurman
Le voisin
73
De buurvrouw
La voisine
74
De agenda
L’agenda
75
Het rooster
L’emploi du temps
76
De les (uur)
Le cours
77
Het klaslokaal
La salle de classe
78
Het computerlokaal
La salle de classe
79
Het huiswerk
Les devoirs
80
Leren
Apprendre
81
Maken doen
Faire
82
Een vraag
Une question
83
Een antwoord
Une réponse
84
Werken
Travailler
85
Een overhoring
Une interro
86
Het cijfer
La note
87
Kiezen
Choisir
88
Het vak
La matière
89
Nederland
Le néerlandais
90
Engels
L’anglais
91
Frans
Le français
92
Duits
L’allemand
93
Wiskunde
Le maths
94
Natuurkunde
La physique
95
Scheikunde
La chimie
96
Biologie
La biologie
97
Geschiedenis
L’histoire
98
Aardrijkskunde
La géographie
99
Tekenen
Le dessin
100
Maatschappijleer
L’instruction civique
101
Gym
La gym. L’education physique
102
Godsdienst
La religion
103
Informatica
L’informatique
104
Slagen
Réussir à
105
L’heure creuse
Het tussenuur
106
Het profiel
L’ensemble des matières choisies
107
Le voisin
De buurman
108
La voisine
De buurvrouw
109
L’agenda
Agensa
110
L’emploi du temps
Het rooster
111
Le cours
De les het lesuur
112
La salle de classe
Het klaslokaal
113
La Salle d’informatique
Het computerlokaal
114
Les devours
Het huiswerk
115
Apprendre
Leren
116
Une question
Een vraag
117
Une réponse
Een antwoord
118
Travailler
Werken
119
Une interro
Een overhoring
120
La note
De cijber
121
Choisir
Kiezen
122
La matière
Het vak
123
Le néerlandais
Nederlands
124
L’anglais
Engels
125
Le français
Frans
126
L’allemand
Duits
127
Les maths
Wiskunde
128
La physique
Natuurkunde
129
La chimie
Scheikunde
130
La biologie
Biologie
131
L’histoire
Geschiedenis
132
La géographie
Aarderijkskunde
133
Le dessin
Tekenen
134
L’instruction civique
Maatschappijleer
135
La gym
Gym
136
La religion
Godsdienst
137
L’informatique
Informatica
138
Réussir à
Slagen
139
L’heure creusse
Het tussenuur
140
L’ensemble des matières choisies
Het profiel
