2 Flashcards
(87 cards)
1
Q
de berg
A
der Berg, die Berge
2
Q
het bos
A
der Wald, die Wälder
3
Q
de lucht
A
der Himmel
4
Q
het meer
A
der See
5
Q
de mist
A
der Nebel
6
Q
de plaats
A
der Ort, die Orte
7
Q
de regen
A
der Regen
8
Q
de rivier
A
der Fluss, die Flüsse
9
Q
de sneeuw
A
der Schnee
10
Q
het verkeer
A
der Verkehr
11
Q
de wind
A
der Wind
12
Q
het eiland
A
der Insel
13
Q
de naturr
A
die Natur
14
Q
de omgeving
A
die Umgebung
15
Q
de streek
A
die Gegend
16
Q
de wolk
A
die Wolke
17
Q
de zon
A
die Sonne
18
Q
in januari
A
im Januar
19
Q
in februari
A
im Februar
20
Q
in maart
A
im März
21
Q
in april
A
im April
22
Q
in mei
A
im Mai
23
Q
in juni
A
im Juni
24
Q
in juli
A
im Juli
25
in augustus
im August
26
in september
im September
27
in oktober
im Oktober
28
in november
im November
29
in december
im Dezember
30
op het platteland
auf dem Land
31
in de herfst
im Herbst
32
in de lente
im Frühling
33
in de winter
im Winter
34
in de zomer
im Sommer
35
in het noorden
im Norden
36
in het oosten
im Osten
37
in het westen
im Westen
38
in het zuiden
im Süden
39
het hagelt
es hagelt
40
het regent
es regnet
41
het vriest
es friert
42
het sneeuwt
es schneit
43
het waait
es ist Windig
44
de zon schijnt
die Sonne scheint
45
er is, er zijn
es gibt
46
kamperen
zelten
47
wandelen
wandern
48
barbecueën
grillen
49
druk, hectisch
hektisch
50
glad
glatt
51
koud
kalt, kälter
52
meer
mehr
53
meestal
meistens
54
minder
weniger
55
rustig
ruhig
56
vlak
flach
57
warm
warm, wärmer
58
het strand
der Strand
59
de stad
die Stadt, die Städte
60
het land
das Land, die länder
61
blijven
bleiben, geblieben
62
voetballen
FuBball spielen
63
zien
sehen, gesehen
64
's avonds
abends
65
's middags
nachmittags
66
vanmorgen
heute Morgen
67
altijd
immer
68
vaak
oft
69
goed, beter
gut, besser
70
heet
heiB
71
saai
langweilig
72
de klimaatverandering
der Klimawandel
73
het effect
die Auswirkung
74
benieuwd zijn naar
gespannt sein auf
75
heel
ganz
76
letten op
achten auf
77
per se
unbedingt
78
de voeding
die Nahrung
79
onbestendig
wechselhaft
80
momenteel
derzeit
81
echter
jedoch
82
nauwelijks
kaum
83
buitengewoon
auBergewönlich
84
het bedrijfsleven
die Wirtschaft
85
voorspellen
vorhersagen
86
der Klimawandel
de klimaatverandering
87
die Auswirkung
het effect
