Pathogenese MS Flashcards

1
Q

Uit welke cellen bestaat het aangeboren immuunsysteem?

A

Uit NK-cellen, macrofagen en granulocyten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Uit welke cellen bestaat het adaptieve immuunsysteem?

A

Uit lymfocyten (B- en T-cellen).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waarin kunnen T-cellen differentieren en wat is de functie van deze cellen?

A

In CD4+ cellen -> T-helper cellen.

In CD8+ cellen -> intracellulaire infecties tegengaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe herken je een grijze stof laesie macroscopisch (met het blote oog)?

A

Dit is de plek waar demyelinisatie heeft plaatsgevonden, hier lijkt grijze stof te zitten op plekken waar eigenlijk de witte stof hoort te zitten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe herken je een gecombineerde grijze-wittestof laesie?

A

In het midden van deze laesie zit een bloedvat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn (vijf) kenmerken van een actieve (granulaire) laesie?

A

In het midden van de laesie heeft demyelinisatie plaatsgevonden. Macrofagen worden hierdoor aangetrokken die het afgebroken myeline verwerken en in schuimcellen veranderen. Daarnaast bevinden er zich hypertrofische astrocyten in de laesie, kan het oligodendrocyten aantal dalen of stijgen en is er sprake van perivasculaire infiltraten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waardoor kan het aantal oligodendrocyten in een actieve laesie nog stijgen?

A

Het oligodendrocyten aantal kan stijgen doordat ze dan een poging doen om nieuw myeline te vormen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn perivasculaire infiltraten?

A

Ontstekingscellen die zich rondom het bloedvat van de laesie bevinden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat betekent het als macrofagen HLA-DR tot expressie brengen?

A

Dat ze antigeenpresenterend zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat kan je vinden in macrofagen die HLA-DR kleuren?

A

Lipidenresten van myeline.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn kenmerken van een chronisch actieve laesie?

A

De laesie is meestal een gevolg van een actieve laesie. De macrofagen zijn vanuit het bloedvat binnengekomen, hebben al het myeline opgeruimd (naast kleine restanten) en zijn in schuimcellen veranderd.
Aan de rand bevinden zich hypertrofische astrocyten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat gebeurd er bij een chronisch actieve laesie met het aantal oligodendrocyten?

A

Die kan afnemen, gelijk blijven of toenemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zie je onder een microscoop als je een chronisch actieve laesie kleurt met myeline? En wat zie je als je het met HLA-DR kleurt?

A

Je ziet dan een duidelijke grens tussen gezond myeline en daar waar demyelinisatie heeft plaatsgevonden. Bij een HLA-DR kleuring zie je dat de antigeenpresenterende macrofagen zich precies op die rand tussen gezond myeline en gedemyeliniseert myeline bevindt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Waarom wordt de chronische inactieve laesie inactief genoemd?

A

Omdat er geen actieve immuuncellen meer aanwezig zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat ondergaan astrocyten in een chronisch inactieve laesie en waardoor?

A

Gliose; een niet-specifieke verandering van de astrocyten. Dit is als reactie op schade aan het zenuwstelsel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Waardoor is remyelinisatie in een chronisch inactieve laesie niet mogelijk?

A

Omdat de astrocyten van vorm zijn veranderd en de laesie bezetten. Hier kunnen oligodendrocyten niet doorheen.

17
Q

Waardoor daalt het aantal oligodendrocyten in een chronisch inactieve laesie?

A

Omdat de oligodendrocyten de laesie niet goed kunnen bereiken door de gliotische astrocyten.

18
Q

Wat zie je als je een chronisch inactieve laesie op HLA-DR kleurt?

A

Vrij weinig, er zijn geen macrofagen meer die antigenen kunnen presenteren.

19
Q

Wat kan je onder de microscoop wel bij een bepaalde kleuring zien voor een chronisch inactieve laesie?

A

Reactieve verdikte astrocyten.

20
Q

Wat gebeurd er in de Normal Appearing White Matter fase?

A

Microglia rondom neuronen veranderen langzamerhand (worden reactief), er zijn nog geen immuuncellen en in de neuronen/axonen vinden kleune veranderingen plaats.

21
Q

Wat lijkt een voorteken te zijn voor microglia die chronisch actief worden?

A

Er is een verband gevonden tussen de ionopname van macrofagen en microglia. De enkel macrofagen die kunnen verschijnen, lijken een voorteken te zijn voor de microglia.

22
Q

Welk celtype speelt de grootste rol bij MS?

A

Macrofagen.

23
Q

Welke soort cellen komen veelvoudig voor bij MS?

A

Immunoglobulines en complement-eiwitten.

24
Q

Wat zijn leukocorticale laesies?

A

Dit zijn laesies dit dicht bij de cortex/grijze stof liggen.

25
Q

Waar vind je antigeen presenterende macrofagen bij een HLA-DR kleuring op leukocorticale laesies?

A

Alleen in het witte stof gedeelte van de laesie.

26
Q

Wat zijn schaduwplakken?

A

Dit zijn plekken waar remyelinisatie heeft plaatsgevonden. Op deze plek zijn enkele myelineschedes te vinden, waar de schedes wel dunner zijn en de knopen van Ranvier smaller.

27
Q

Er is een verband tussen het type laesie en de leeftijd van overlijden. Wat is dit verband?

A

Dat patiënten eerder overlijden met veel actieve laesies en patiënten later overlijden met veel inactieve laesies en schaduwplakken.

28
Q

Op welke vraag geeft de oligodendrocyte stress theorie een antwoord?

A

Op de vraag waarom laesies voortdurend gevormd worden en verdwijnen, ongeacht de duur van de ziekte.

29
Q

Beschrijf de oligodendrocyte stress theorie.

A

In een studie werden microglia geactiveerd m.b.v. HSPB5, dit had als gevolg dat bepaalde genen upregulated werden in pre-actieve laesies. Hierdoor werden oligodendrocyten geactiveerd die HSPB5 tot expressie brachten dat vervolgens als beschermend eiwit de laesie liet krimpen.

30
Q

Hoe kunnen pre-actieve laesies actief worden?

A

Dit gebeurd wanneer HSPB5 opnieuw geproduceerd wordt i.c.m. IFN-y. IFN-y ontstaat waarschijnlijk doordat chronische stress in oligodendrocyten chronische microgliale activatie veroorzaakt.