Abdomen Flashcards
(18 cards)
Waaruit ontstaat het omentum majus
Het dorsale mesenterium
Waaruit bestaat het omentum minus
Ligamentum hepogastricum, gedeelte tussen lever en maag en het ligamentum hepatoduodenale tussen de lever en het duodenum. Hierin ligt de vena portae, ductus choledochus en de arteria hepatica.
Welke ligamenten zitten er op de lever
Rechter en linker triangelvormig ligament, ligamentum teres (ronde ligament) en ehet ligamentum falcifore (ontstaat uit het ventrale mesenterium tijdens de ontwikkeling)
Hoe heet het eerste gedeelte van de maag, dat bij de instroom zit
Cardia
Hoe heet het gedeelte van de maag dit boven het grote lichaam zit, in een buktje
Fundus
Hoe heet het lichaam van de maag
Corpus
Hoe heet het gedeelte van de maag tussen het corpus en de sluitspier
Antrum
Hoe heet de sluitspier van de maag, dat tussen het duodenum en het antrum ligt
Pylorus
Wat is het verschil tussen het jejunum en het ileum
Jejunum is donkerder, dikker, heeft donkerdere plooien.
Ileum is lichter, dunner, en heeft kleinere plooien
Wat is en waar ligt de valvula ileocaecalis
Het is een klep dat ligt tussen het ileum en het caecum
Wat is het taeniae
Een spier in de dikke darm dat zorgt voor peristaltische bewegingen
Wat zijn de haustrae
Uitstulpingen in de dikke darm, die ontstaan door de taeniae die korter is dan de dikke damr zelf
Hoe heet de aftakking van de truncus coeliacus naar de lever
Arteria hepatica
Hoe aftakking van de truncus coeliacus naar de maag
Arteria gastrica
Hoe heet de aftakking van de truncus coeliacus naar de milt
Arteria lienalis
Waar krijgt de lever zijn bloed vanaf, en hoe voert het zelf weer bloed af
Zuurstofarm bloed van de meeste buikorganen komen naar de lever via de vena portae. Het krijgt zuurstofrijk bloed vanaf de aortae, truncus coeliacus, arteria hepatic. Voert het zelf weer af door de vena hepatica, wat uitkomt op op de vena cava inferior.
In welke delen kun je de ductus hepaticus opdelen
Ductus choledochus, zijtak naar het duodenum
Ductus hepaticus, zijtak naar de lever toe
Ductus cysticus, tak dat het gal naar de lever/duodenum aftakking vervoert.
Welke buikspieren zijn er
Bovenste laag:
M. Obliquus externus abdominis (schuine vezels)
M. Obliquus internes abdominis (schuine )
M. Transversus abdominis (parallel transversale richting spiervezels)
Gaan mediaal over in peesplaat aponeurose, daaronder ligt de
M. Rectus abdominis (onderbroken door intersectiones tendinae, wordt blokjes)