AFP 1: Stress en Shock Flashcards

(33 cards)

1
Q

Hoe komt een stressreactie het lichaam binnen?

A

via zintuigen, sensoren of gedachten.

Waarnemend gevaar -> via zintuigen (sensorische input)
Zintuigen -> hersenschors (bewustwording), limbisch systeem (emoties), hersenstam formatio reticularis (vitale functies)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat wordt er geregeld in het limbisch systeem?

A

Emoties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waar komt de verhoogde spierspanning uit vanuit de hersenen?

A

Formatio reticularis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Stresshormoon coritsol is dit acute of langdurig?

A

Langdurig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Stresshormoon adrenaline is dit acute of langdurig?

A

Acute

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de definitie van shock?

A

Een absoluut of relatief tekort aan circulerend volume

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat valt onder relatieve shock?

A

Distrubitieve shock

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat valt onder absoulute shock?

A
  • hypovolemische shock
  • cardiogene shock
  • obstructieve shock
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is een oorzaak van een hypovolemische shock?

A

Te kort aan volume door:

  • bloedverlies
  • vochtverlies
  • uitdroging
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn symptomen van een hypovolemische shock?

A
  • bleke huid
  • lage bloeddruk
  • snelle pols
  • snelle ademhaling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is een behandeling voor een hypovolemische shock?

A
  • toedienen van vloeistoffen of bloed
  • bloeding of vochtverlies stoppen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn oorzaken van een cardiogene shock?

A
  • Hartfunctie faalt; het hart pompt het bloed niet meer rond
  • Myocardinfarct
  • Hartritmestoornis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn symptomen van een cardiogene shock?

A
  • bleke huid
  • stuwing of geen pols
  • dyspneu (kortademigheid)
  • lage bloeddruk
  • longoedeem
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn behandelingen voor een cardiogene shock?

A
  • medicatie
  • zuurstof
  • behandeling aan onderliggende oorzaak
  • hartritme verbeteren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn soorten die bij de distributieve shock horen?

A
  • anafylactische shock
  • toxische shock
  • septische shock
  • neurogene shock
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn oorzaken van een distributieve shock?

A
  • capillairen open -> volume, waardoor de rest van het stelsel weinig volume heeft
  • sepsis
  • anafylaxie
  • ruggenmergletsel
17
Q

Wat zijn symptomen van een distributieve shock?

A
  • rode, warme huid
  • eerst krachtige pols, daarna lage bloeddruk
18
Q

Wat zijn behandelingen voor een distributieve shock?

A
  • antibiotica (bij sepsis)
  • adrenaline, antihistaminica of epi-pen (bij anafylaxie)
  • vloeistoffen toedienen
  • vasopressoren (om bloeddruk te verhogen)
19
Q

Wat zijn oorzaken van een obstructieve shock?

A
  • stolsels in een grote arterie (embolie)
  • harttamponade
  • spanningspneumothorax
20
Q

Wat zijn symptomen van een obstructieve shock?

A
  • lage bloeddruk
  • verhoogde ventrale veneuze druk (CVD)
  • cyanose (blauwverkleuring)
21
Q

Wat zijn behandelingen voor een obstructieve shock?

A
  • oorzaak opheffen zoals drainage (bij pneumothorax of tamponade)
  • trombolyse (bij longembolie)
  • operatie
  • stolsels oplossen
22
Q

Wat zijn symptomen van het compenseren van een tekortschietende bloedsomloop?

A
  • snelle of zwakke pols, hartkloppingen en bloeddrukdaling
  • benauwdheid, snelle ademhaling
  • dorst, droge mond of misselijkheid
  • daling urineproductie
  • onrust of bewustzijnsverlies
  • bleke, koude huid, zweterig en klam, rillerig, ingevallen gezicht, spitse neus en koude ledematen.
23
Q

Wat is een algemene aanpak met betrekking tot shock?

A
  • plat leggen en benen omhoog (bij verslechtering ademhaling half zittende houding)
  • geen drinken geven
  • afdekken bij gevaar onderkoeling, niet afdekken in een warme omgeving
24
Q

Waar staat VIP behandeling voor?

A
  • ventilatie
  • infusie
  • pompkracht
25
Wat zijn functies van de formatio reticularis?
- hartregulatiecentrum - vasomotorencentrum - ademcentrum - verhoging spiertonus en alertheid
26
Wat is een reactie van het sympathisch zenuwstelsel?
Fight en flight reactie
27
Wat stuurt de hypothalamus aan?
Hormoonstelsel en autonome zenuwstelsel
28
Hoe werkt de aansturing van cortisol?
Hypothalamus (CRH) -> hypofyse (ACTH) -> bijnierschors -> cortisol
29
Via de sympaticus worden adrenaline en noradrenaline afgegeven, welke is hormonaal en welke is neuraal?
Adrenaline -> hormonaal Noradrenaline -> neuraal
30
Wat gebeurt er in het lichaam bij arenaline afgifte?
- Verhoging hartfrequentie, slagkracht, bloeddruk - meer bloedvolume naar spieren, minder naar huid en darmen - pupilverwijding en alertheid - omzetting glycogeen in glucose dus verhoging glucosespiegel
31
Wat is er verhoogd bij langdurige stress?
- cortisol - adrenaline - thryroxine - groeihormoon
32
Waar gaat na de zintuigen (waarneming) een waarnemend gevaar heen in het lichaam?
- hersenschors - limbisch systeem - formatio reticularis
33
Wat kan het limbisch systeem voor emoties waarnemen?
- agressie - onrust - woede - angst - seksuele belangstelling - opwinding - gevoel voor beloning en straf