AK H1 TW1 Flashcards
(95 cards)
Wat is voedsel volgens de humanitaire wet?
Een basisbehoefte.
Wat is voedselzekerheid en waar staat het vastgesteld?
= het fysieke, economische en sociale toegang hebben tot genoeg, veilig en gezond voedsel.
Dit is vastgesteld in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens in de VN.
Wat is kwantitatieve honger en wat is kwalitatieve honger? + gevolgen en oorzaken.
Kwantitatieve honger = te weinig voedsel -> weinig energie en dood.
Kwalitatieve honger = te ongezond/eenzijdig voedsel. -> ziektes, weinig mineralen en vitamines, lage levensverwachting.
Oorzaken: periode van droogte, slechte overheidsbeleid of conflict.
Wat zijn het gevolgen van honger en leg uit wat SDG’s zijn.
Er zijn directe en indirecte gevolgen die staan op de SDG’s (= doelen voor duurzame ontwikkeling.)
Wat voor vraagstuk heeft voedsel en leg uit.
Obesitas en te weinig voedsel in verschillende delen van de wereld.
Het voedselvraagstuk = verdelingsvraagstuk = moreel vraagstuk.
Wie verdient meer voedsel?
Wat is globalisering?
Het doorgaand proces van internationale uitwisseling van goederen, mensen, geld en informatie.
Het proces van globalisering speelt zich ook met voedsel, maar wat zijn voedselgewassen?
Gewassen dat bedoeld is voor de menselijke consumptie.
In arme landen zijn er veel boeren die voor hunzelf verbouwen, maar soms is er sprake van commerciele landbouw.
= landbouw om daarmee winst te maken. Het is vaak voor de export.
Door commerciele landbouwen verbouwen deze boeren handelsgewassen.
= gewassen dat verbouwt wordt met winst in gedachten, niet voor eigen consumptie, maar voor handel.
Wat is exportlandbouw?
= landbouwactiviteiten die gericht zijn op de uitvoer.
Globalisering, voedsel- en handelsgewassen, commerciele landbouw en export landbouw zijn samenhangend. Leg uit hoe.
Door globalisering raken landen met elkaar steeds meer in de handel, hierdoor maak je handelsgewaasen, maar ook voedselgewassen voor transport binnen je land. Door commerciele landbouw kun je steeds meer winst verdienen en je verdient meer bij de export, dus exportlandbouw.
Wat is geglobaliseerde landbouw?
= commerciele landbouw die gericht is op de wereldmarkt en wordt door de wereldmarkt ook sterk beinvloedt.
Wat zijn de punten bij transport volgens de theorie van Ullman?
Zodat landen met elkaar transporteren zijn er 3 dingen nodig:
1. Complimentariteit = vullen deze gebieden elkaar aan. Gebied A overschot en gebied B loopt tekort, wilt het product en kan het betalen.
2. Transporteerbaarheid = Er zijn goede wegen, havens, vliegvelden, infrastructuur. -> anders nemen de reiskosten, reistijd en het moeite te veel. (bijv. groente en fruit -> snel, anders bedorven.)
3. Tussenliggende mogelijkheden = Als gebied C dichter is bij gebied B en hetzelfde prijs aanbiedt als A, waarom neem je dan de extra reiskosten en reistijd met A?
Tussenliggende mogelijkheden geldt alleen als er 3 variabelen aanwezig zijn.
Hoe zien de prijzen eruit als een land veel van iets maakt en weinig? +regel
Als een land heel veel van iets maakt, zal dat product goedkoper zijn dan wat er weinig wordt gemaakt/geproduceerd.
-> hogere productie -> lagere kosten in produceren in grote hoeveelheden -> lagere prijzen.
Hoezo kun je niet in grote hoeveelheden bijv. kleding weggeven aan arme landen?
Dan zullen de kledingmakers minder gemotiveerd zijn, want de klanten hebben liever gratis kleding. Hierdoor gaat de economie naar beneden.
Wat is onfijn aan de wereldhandel?
Het verloopt niet altijd eerlijk: voedsel waar nodig is wordt niet altijd daar geleverd.
Wat is een groot reden waarom wereldhandel oneerlijk is?
Door de handelspolitiek: = het overheidsbeleid waarmee een land de handel met andere landen regelt.
Rijke landen kunnen bijv. door invoerheffingen, subsidies en akkoorden producten sneller, van beter kwaliteit en goedkoper leveren.
Wat zijn 3 redenen waardoor rijke landen goedkoper en kwalitatiever kunnen produceren?
- Landbouwsubsidies
- Hoge standaarden + tariefmuren
- Dumping in arme landen
Leg uit wat landbouwsubsidies is en hoe dat rijke landen beter goedkoper/kwalitatief producten levert. + het ‘probleem’ en oorzaak/gevolg relatie
= Financiele steun van de overheid aan boeren voor het uitvoeren/starten van een landbouwactiviteit.
Normaal zijn deze subsidies economisch niet handig, ze kosten meer en leveren niet super, maar de overheid vindt dit belangrijk.
De boer krijgt goede kwaliteit mest -> betere goedere.
-> weinig kosten voor de boer + in grote hoeveelheden -> lage producte kosten
Leg uit wat hoge standaarden + tariefmuren is en hoe dat rijke landen beter goedkoper/kwalitatief producten levert. + oorzaak/gevolg relatie
Rijke landen hebben hoge standaarden aan producten, want beter kwaliteit willen meer mensen kopen.
Ook hebben ze tariefmuren = je betaalt om in een bepaald land te verkopen.
-> hierdoor wordt de kwaliteit van inheemse producten groter en goedkoper.
Hoge tariefmuren vindt niet iedereen leuk en dat vermindert en verplaatst met vrijhandel.
= handel tussen landen die volledig plaatsvindt volgens de weten van vraag en aanbod.
Leg uit wat dumping is en hoe dat rijke landen beter goedkoper/kwalitatief producten levert. + oorzaak/gevolg relatie
= het op de markt zetten van producten die onder de kostpijs zitten.
Hierdoor hebben de zaken binnen deze arme landen minder motivatie om iets te maken, want consumenten gaan voor de goedkopere van rijke landen en economie stort naar beneden.
Waardoor zul je alleen meer voedsel moeten produceren?
Door de bevolkingsgroei.
Wat neemt toe door de toegenomen welvaart en wat is de definitie?
De voedselafdruk = het aantal hectare dat nodig is om voedsel te verbouwen per inwoner of per land.