algemeen Flashcards

(30 cards)

1
Q

geslachtsgemeenschap

A

mannelijke voortplantingscellen of zaadcellen of zo dicht mogelijk bij de vrouwelijke voortplantingscel of eicel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

bevruchting

A

inwendig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

alkalisch

A

stof die rond de spermacel zit (kop) om het zure milieu van de vagina te overleven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

weg van de zaadcel in mannelijk lichaam

A

Seksuele prikkel-> teelbal-> zaadleider-> zaadblaasje-> prostaatklier-> urinebuis-> geslachtsopening

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat voegt de teelbal toe

A

zaadcellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat voegt het zaadblaasje toe

A

zaadvocht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat voegt de prostaat toe

A

prostaatvocht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat is beter voor de kwaliteit van het sperma

A

losse boxershorts-> voor de temperatuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

hoe gebeurd een erectie

A

na de seksuele prikkel vullen de 3 zwellichamen in de penis zich met bloed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

hoe en door wat worden de zaadcellen geregeld

A

hormonaal geregeld vanaf de puberteit, de hypothalamus en de hypofyse sturen de teelballen aan om testosteron te produceren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

waar worden zaadcellen gevormd

A

in de zaadbuisjes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat bevat de kop van de spermacel

A

DNA

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

ongewenst gedrag of seksueel overschrijdend gedrag

A

afwenden van een blik, aannemen van afwerende houding en weerstand zijn duidelijke signalen dat de persoon niet op zijn gemak is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat is seksueel overschrijdend gedrag

A

Naast seksuele handelingen ook seksuele opmerkingen en delen of tonen van beeldmateriaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

ongewenste imiteiten

A

iemand raakt je aan terwijl je dat niet wilt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

seksueel geweld

A

je word gedwongen tot seksueel contact

17
Q

weg van de spermacel in vrouwelijk voortplantingsstelsel

A

vagina-> baarmoederhals-> baarmoeder-> eileider-> eicel

18
Q

waar gebeurt de bevruchting

A

bovenaan in de eileider

19
Q

hoe gebeurt de bevruchting

A
  • de zaadcel versmelt met de kern van de eicel en dat gebeurt nadat de zaadcel binnendringt in de eicel
  • de staart van de zaadcel breekt dan af en de membraaneigenschappen van de eicel veranderen
  • de eicel vormt een bevruchtingsmembraan= permanente barrière voor andere zaadcellen
  • de bevruchte eicel of zygote bevat erfelijk materiaal van de vader en de moeder
    = vanaf dit punt ligt het geslacht vast
20
Q

stamcel

A

cellen die nog alle soorten cellen kunnen worden

21
Q

kiemknop

A

hoopje cellen in de blastula waaruit het embryo zich zal ontwikkelen

22
Q

kiemschijf

A

drie cellagen waaruit het embryo ontstaat

23
Q

embryo

A

vroege stadium van de ontwikkeling na de zygote, van bevruchting tot 8 weken, waarin de basisstructuren en organen zich vormen

24
Q

embryonale fase

A

zygote 24 u
-> embryo dag 14-8 weken
-> abortuswet-> 12 weken= geen menselijke vorm

25
foetale fase
12 weken-40 weken -> menselijke vorm
26
vruchtwater
beschermt tegen bacteriën, infecties en stoten
27
moederkoek of placenta
bloedvaten, zuurstoffen en voedingsstoffen
28
navelstreng
verbindt de foetus met de placenta en aanvoer van voedingsstoffen en zuurstof
29
vruchtzak
beschermt de foetus en biedt een stabiele omgeving voor zijn ontwikkeling
30
vruchtvliezen
bescherming van foetus, helpt het vruchtwater op zijn plaats te houden