Functie van mannelijk voortplantingsstelsel Flashcards
(10 cards)
1
Q
zaadleider
A
vervoer van de zaadcellen
2
Q
zaadblaasje
A
voegt vocht met voedingsstoffen toe aan de zaadcellen
3
Q
prostaatklier
A
voegt zaadvocht toe
4
Q
zwellichaam
A
vullen zich met bloed, maken een erectie mogelijk
5
Q
bijbal
A
verzamelplaats voor zaadcellen zodat die kunnen rijpen
6
Q
teelbal
A
aanmaak mannelijke hormonen en zaadcellen
7
Q
urinebuis
A
doorgeven van sperma en urine
8
Q
eikel
A
heel gevoelig voor seksuele prikkels
9
Q
voorhuid
A
beschermen van de eikel
10
Q
balzak
A
beschermen en ondersteunen van de teelballen en de temperatuur lager houden