ALS Flashcards

1
Q

Waar staat de afkorting ALS voor?

A

Amyiotrofische Laterale Sclerose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat gebeurt er bij ALS op weefselniveau?

A

Er ontstaat verharding (sclerose) aan de zijkant (lateraal) van de hersenstam en ruggenmerg. Bij aantasting van de piramidebaan zenuwcellen (onderdeel centrale motorneuronen) ontstaat er meestal een spastische verlamming.
Bij aantasting van de perifere motorneuronen in de hersenstam en ruggenmerg ontstaat er altijd een slappe verlamming.
Als de spieren niet meer worden aangespoord tot beweging, ontstaat op den duur spieratrofie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn de symptomen van ALS?

A
  • Slappe/spastische verlamming
  • Spieratrofie
  • Dwanghuilen
  • Dwanglachen
  • Spraakstoornissen
  • Slikproblematiek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly