Antibiotica die de nucleïenzuur-synthese remmen

Question 1

AB in deze groep

Answer 1

Chinolonen (ciprofloxacin), Rifampicine, Metronidazol, Nitrofurantoïne

Question 2

Chinolonen (ciprofloxacin) werking

Answer 2

blokkeren DNA-replicatie door binden aan DNA-gyrase -> 2zijdige breuk in bacteriële chromosoom ontstaat.

Question 3

Chinolonen (ciprofloxacin) spectrum

Answer 3

gramnegatieve staven, atypische verwekkers longontsteking (legionella)

Question 4

Chinolonen (ciprofloxacin) indicatie

Answer 4

infecties door gramnegatieve staven en pneumonie door atypische bacterie, in principe reserveantibioticum.

Question 5

Chinolonen (ciprofloxacin) toediening

Answer 5

IV en oraal (enige middel oraal tegen pseudomonas)

Question 6

Chinolonen (ciprofloxacin) bijwerking

Answer 6

tendinitis, achillespeesruptuur, QTc verlening, hartafwijkingen

Question 7

Chinolonen (ciprofloxacin) bijzonderheden

Answer 7

bij tegelijktijdig gebruik van calcium, magnesium, aluminium, zink en ijzer wordt in darm complex gevormd dat onoplosbaar is en daardoor minder geresorbeerd wordt. Ciprofloxacin kan alleen met deze preparaten gebruikt worden als dit vele uren na elkaar wordt ingenomen.

Question 8

Rifampicine werking

Answer 8

ingrijping op RNA-polymerase

Question 9

Rifampicine toediening

Answer 9

IV en oraal

Question 10

Rifampicine indicatie

Answer 10

infecties door stafylokokken van vreemd-lichaamsmateriaal (biofilm), TBC

Question 11

rifampicine spectrum

Answer 11

smal, grampositieve S. aureus + MRSA

Question 12

Rifampicine bijwerking

Answer 12

rode verkleuring lichaamsvloeistof (onschuldig), griepachtig gevoel (koorts + rilling), hepatitis

Question 13

Rifampicine bijzonderheden

Answer 13

nooit als monotherapie toepassen (resistentie), controleer leverenzymen, heel veel interacties via P450 systeem (altijd interactie-checker raadplegen)

Question 14

Metronidazol spectrum

Answer 14

anaerobe bacterie

Question 15

Metronidazol toediening

Answer 15

IV en oraal

Question 16

Metronidazol indicatie

Answer 16

peritonitis na darmperforatie, pseudomembraneuze colitis door C. difficile, Giardia lamblia, trigomas vaginale, tropische infectie (ameben dysenterie)

Question 17

Metronidazol bijwerking

Answer 17

perifere polyneuropathie bij langdurig (>4 wk) gebruik, verstoring instelling vit K antagonisten.

Question 18

Metronidazol bijzonderheden

Answer 18

dosering aanpassen aan slechtere leverfunctie, bij tegelijkertijd gebruik van alcohol treedt disulfiram-achtige reactie op met misselijkheid, braken, rood gelaat -> gebruik alcohol wordt afgeraden.