Begrippen hoofdstuk 2 erfelijkheid Flashcards

1
Q

de overerving

A

Het doorgeven van eigenschappen aan de volgende generatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

de monohybride overerving

A

Nagaan hoe één kenmerk wordt doorgegeven aan de volgende generatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

de intermediaire overerving

A

Nagaan hoe één kenmerk wordt doorgegeven aan de volgende generatie wanneer beide allelen genotypisch gelijkwaardig zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

het geslachtschromosoom

A

Het 23ste chromosomenpaar bij de mens.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

de geslachtsgebonden overerving

A

Nagaan hoe een kenmerk waarvan het gen gelegen is op de geslachtschromosomen wordt doorgegeven aan de volgende generatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

de multiple allelen

A

Als er van een gen of erfelijk kernmerk meer dan twee varianten of allelen voorkomen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

de codominantie

A

Als beide allelen dominant voorkomen waardoor ze samen bijdragen tot het fenotype.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly