begrippen: sociaal-economoisch Flashcards

(21 cards)

1
Q

adel

A

Bevoorrechte stand die geen belastingen betaalde en voor bescherming zorgde, zoals graven of hertogen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

ambacht

A

groepering van stedelijke handwerkers uit dezelfde bedrijfstak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

ambtsadel

A

Niet-adellijken die adel werden door verdienste of rijkdom.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

aristocratie

A

Rijke en machtige elite, inclusief adel en burgerij.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

beden

A

Extra belastingen opgelegd door de vorst.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

burgerij

A

Rijke, machteloze groep uit de Derde Stand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

clerus

A

Bevoorrechte stand van geestelijken zonder belastingplicht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

derde stand

A

Niet-bevoorrechte groep die werkte en belastingen betaalde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

driehoekshandel

A

Handel tussen Europa, Afrika en Amerika, met slavenhandel als belangrijk onderdeel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

drieslagstelsel

A

Systeem waarbij landbouwgrond in drie delen werd bewerkt, met een beurtrol van gewassen en braak.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

economische crisis

A

Periode van economische achteruitgang, armoede en werkloosheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

gilde

A

Middeleeuwse vakbond per ambacht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

globalisering

A

Wereldwijde verspreiding van de economie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

industrialisatie

A

Proces waarbij handarbeid wordt vervangen door machinale arbeid vanaf ±1750.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

kapitalisme of vrije markteconomie

A

winstgericht economisch systeem met privébezit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

klassenmaatschappij

A

Maatschappij verdeeld in rijke en arme klassen, ontstaan na het ancien régime.

17
Q

mercantilisme

A

politiek voor maximale staatsrijkdom via handel

18
Q

protectionisme

A

economische bescherming door importbeperking

19
Q

standenmaatschappij

A

maatschappij in het ancien régime, verdeeld in standen met eigen rechten en plichten

20
Q

tiende

A

kerkbelasting van 10% op oogst of vee

21
Q

urbanisatie

A

stedengroei door bevolkingsgroei en plattelandsvlucht