Bloedarmoede Flashcards

1
Q

Uit welke ketens bestaan hemoglobine/erythrocyten?

A

Foetaal: Alfa+Gamma
Post-nataal: Alfa+Bèta (soms delta)
-Bèta is gedefinieerd op chromosoom 11, alfa op chromosoom 16, dus 2 allelen
-Er zijn erfelijke ziektes die hun oorsprong vinden in een fout op het DNA, en dat moet hierbij op 2 chromosomen gedefinieerd zijn. Gen therapieën kunnen aangrijpen op deze monogenetische ziektes.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke mechanismes hebben invloed op de opname en afgifte van zuurstof door hemoglobine?

A
Lage zuurstofspanning (door je op hoogte te begeven of longembolie), pH, temperatuur. 
De zuurstofaffiniteit past zich aan naar wat nodig is bij een bepaald milieu.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Erytropoëse locatie

A

Dooierzak –> lever, milt –> beenmerg (5e maand)

Begint bij een stamcel die differentieert in verschillende soorten volgende stamcellen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is een belangrijke factor in het bepalen of iemand bloedarmoede heeft?

A

Reticulocytwaarde in het perifeer bloed.
Dit zijn cellen die lijken op erytrocyten omdat het de voorlopers zijn, maar bevatten nog restjes RNA van de celkern die er ooit was.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn humorale factoren bij de erythropoëse?

A

-EPO –> hoger erytrocytvolume = hoger Hb = wellicht een betere conditie
+Veruit de belangrijkste in het geheel.
-Overmatige groeifactoren als IL-3
-Schildklier hormoon
-Testosteron

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is een belangrijke regulatieroute van de erytropoëse?

A

HIF-1a en HIF-1b:
-Bij zuurstoftekort door welke oorzaak ook wordt HIF-1a actief –> EPO expressie gestimuleerd –> meer erytrocyt productie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zorgt voor de regulatie van de HIF-1ab route?

A

VHL, want dat kan HIF-1a onder normale omstandigheden inactiveren zodat er geen overmatige EPO productie plaatsvindt. Het wordt vervolgens via het proteasoom gedegradeerd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Bouwstoffen voor rode bloedcellen

A

Ijzer: opgenomen via het duodenum. Het bindt in het bloed aan transferrine waarna de helft naar de spier gaat en de rest naar het beenmerg voor bloedcelaanmaak.
-Macrofagen in de milt breken dode rode bloedcellen weer af en recyclen het ijzer in de bloedbaan of naar de lever voor opslag.

Vitamine B12: voorraad in de lever voor enkele jaren
-Veganisten moeten opletten

Foliumzuur (B11)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Ijzeropname in het duodenum via welke receptor? En naar het bloed via?

A

DMT1 & ferroportine

Ook in de erythroblast wordt ijzer opgenomen via de DMT1 receptor.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hormonale regulatie ijzeropname

A

Hepcidine, want die is als enige in staat het ferroportine uit te schakelen zodat ijzer de bloedbaan niet kan betreden.
Lage hoeveelheid hepcidine wordt gevonden bij ijzergebrek en bvb MDS.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Mean Corpuscular Volume (MCV)

A

Gemiddeld volume van erythrocyten, dus de grootte ervan.

Hematocriet/aantal ery’s per liter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Red cell distribution width (RDW)

A

De mate van spreidding in groottes van cellen. Hoe groot is de grootste, hoe klein is de kleinste.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Mean corposcular hemoglobin (MCH)

A

Hb/ery

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Mean corposcular Hb concentration (MCHC)

A

Hb/Hematocriet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Anemie definitie

A

Een te lage hemoglobine concentratie t.o.v. de normaalwaarde.
-Mannen: <8 mmol/L is anemie
-Vrouwen: <7 mmol/L is anemie
Het komt vaker voor bij vrouwen dan bij mannen door menstrueel bloedverlies.
–> Moeheid, bleekheid, pijn op borst, kortademigheid, hartkloppingen, duizeligheid.

Ernst van de klachten hangt af van de snelheid van het onstaan van de anemie en co-morbiditeit. Als het langzaam ontstaat heeft je lichaam tijd om te wennen aan het Hb tekort. Dat is belangrijk bij chronische anemie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Indeling van anemie naar oorzaak

A
  • Probleem met ery’s aanmaak: door beenmergziekte of gebrek aan bouwstoffen
  • -> Reticulocyten verlaagd.
  • Verlies van ery’s: door acuut/chronisch bloedverlies, gastro-intestinaal bloedverlies
  • -> Daling Hb of bij gastro-intestinaal; ijzertekort.
  • ->Reticulocyten normaal/verhoogd/verlaagd.
  • Verhoogd verbruik: door hemolyse (versnelde bloedafbraak).
  • -> Reticulocyten verhoogd – Het beenmerg werkt dus nog.
17
Q

Indeling van anemie naar grootte van erytrocyten

A
  1. Microcytaire anemie (MCV <80fl)
    -Komt eigenlijk alleen voor bij Fe gebrek –> verlaagde reticulocyten
    -Kan ook door Hb-pathie of Anemie van chronische ziekte.
    -Bijvoorbeeld sikkelcel of thalassemie komt het ook voor dat de cellen kleiner zijn.
    (Reticulocyten zijn dan verhoogd)
  2. Normocytaire anemie (MCV 80-100fl)
    - Het MCV is hier normaal maar er is toch sprake van een anemie
    - Door bloeding, MDS, sikkelcel, etc.
  3. Macrocytaire anemie (MCV >100fl)
    - Allerlei oorzaken als foliumzuur en B12 deficiëntie
18
Q

Hemolyse

A

=Versnelde bloedafbraak.

Corpusculaire defecten (binnen de rode bloedcel):

  • Afwijkingen Hb productie
  • Membraanafwijkingen
  • Erythrocytaire enzym deficiënties

Extracorpusculaire defecten (buiten de rode bloedcel):

  • Antistoffen
  • Mechanisch: hartklep, infuus
19
Q

Sikkelcel anemie

A

Kwalitatief defect in Hb ketens.

Het gevolg in het bloed is toename van reticulocyten en kan leiden tot normale of verkleinde erytrocyten.

20
Q

Behandeling bloedarmoede

A

De onderliggende oorzaak moet worden behandeld, anders komt het terug.
Als iemand veel klachten heeft wordt erytrocyten transfusie overwogen.
Bepalen of het effectief was:
-Klachten verdwijnen
-Hb stijging, maar klachten hoeven dan nog niet weg te zijn
-pO2 stijging, maar heftige ingreep

21
Q

Transfusies worden niet graag gegeven

A

Er zitten namelijk veel risico’s aan. Een hemolytische transfusiereactie kan dodelijk aflopen. Net als antistofvorming, maar de hoeveelheid antistoffen gaat bij hemolyse niet omhoog.

22
Q

Ontwikkeling van kunstbloed

A

Het moet zuurstof kunnen vervoeren, 120 dagen leven en volume kunnen geven.