Blok 1: week 6, hoorcollege 6: De inrichting van het gerechtsbestuur Flashcards

(18 cards)

1
Q

Wie staat aan de absolute top van het OM?

A

De minister van Justitie en Veiligheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de rol van de Raad voor de rechtspraak binnen het OM?

A

College van Procureurs-Generaal heeft de dagelijkse leiding en kan algemene en bijzondere aanwijzingen geven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat houdt de hiërarchische opbouw van het OM in?

A

Minister van Justitie en Veiligheid, Raad voor de rechtspraak, Gerechtsbestuur, parketten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is artikel 127 wet RO?

A

De minister kan bijzondere en algemene aanwijzingen geven aan de OvJ

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke waarborgen bestaan er bij aanwijzingen van de minister aan de OvJ?

A
  1. Zienswijze college PG vragen (lid 1)
  2. Aanwijzing voor verdere vervoling moet in processtukken opgenomen worden (lid 5).
    Aanwijzing voor niet verdere vervolging moet worden medegeeld aan het parlement (lid 6). Dit staat in art 128 Rv
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de onafhankelijkheidsexceptie volgens artikel 109 wet RO?

A

Rechters zijn beslissingsvrij, maar er is een grote mate van zeggenschap neergelegd in de wet RO

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de samenstelling van de Raad voor de rechtspraak volgens artikel 84 wet RO en wat is de Raad voor de Rechtspraak?

A

5 leden: 3 rechterlijke en 2 niet-rechterlijke leden. Dit is een orgaan op landelijk niveau.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn de taken van de Raad voor de rechtspraak?

A

Financiering van de rechtspraak, bedrijfsvoering, toezicht, instructies geven aan gerechten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de rol van het gerechtsbestuur volgens artikel 15 wet RO en wat is het gerechtsbestuur?

A

Bedrijfsvoering, juridische kwaliteit, aanwijzingen binnen de rechterlijke organisatie. Dit is een orgaan op lokaal niveau. Het is de dircetie van een gerecht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat gebeurt er als de minister bemoeienis heeft met politieke strafzaken?

A

Het roept de schijn op van partijpolitieke vervolgingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat stelt de Venice Commission over de aanwijzingsbevoegdheid van de minister?

A

Bezwaren tegen concrete aanwijzingen, maar niet tegen algemene aanwijzingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is de kritiek van de HR op de hiërarchische structuur?

A

De HR wil niet dat de minister verantwoordelijk is voor de rechtspraak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn de twee opvattingen over machtenscheiding?

A
  • Strikt: rechterlijke onafhankelijkheid = de rechterlijke macht is afgescheiden van de andere staatsmachten. Er is dus weinig controlemogelijkheid
  • Soepel: checks and balances = verschillende staatmachten zoals bijvoorbeeld de uitvoerende macht (minister) contrleren elkaar. nadeel hiervan is dat de onafhankelijkheid van de rechters in gevaar kan komen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn voorstellen voor betere waarborgen voor onafhankelijkheid?

A
  • Raad voor de rechtspraak verder van de minister plaatsen
  • Bedrijfsvoering nader afmaken
  • Meer zeggenschap voor rechters bij benoeming van bestuurders
  • Begroting voor de rechtspraak weg van de minister
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe kan het financieringsstelsel de rechterlijke onafhankelijkheid onder druk zetten?

A

Rechters krijgen minder tijd per zaak door financiële druk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is een mogelijke oplossing voor de druk van het financieringsstelsel?

A

Tarief per uitspraak loskoppelen van de begroting

17
Q

Wat gebeurt er als de wetgever geen goede wetten maakt?

A

De rechter moet zelf met een oplossing komen, wat druk uitoefent

18
Q

Waarin verschilt de rol van de president ten opzichte van de rechters?

A

De president geeft geen opdrachten; rechters overleggen onderling