Boekjes Flashcards
(42 cards)
creationisme
Deze stroming dat de mens niet het product is van evolutie doorheen een fylogenese, maar wel het product is van God de schepper.
Ontwikkelingsplasticiteit
plasticiteit verwijst naar het vermogen van een organisme met een specifieke genetische ontwikkeling op verschillende manieren , afhankelijk van de invloed van het milieu is toevallig in mensen kan worden beïnvloed door ontwikkelingsplasticiteit van ontstaan tot aan de adolescentie
Psychoseksuele ontwikkeling
De beschrijving van de geestelijke ontwikkelingsfasen die de mens vanaf zeer jonge leeftijd volgens Sigmund Freud doormaakt.
Empirisme
Het empirisme is een filosofische stroming waarin gesteld wordt dat kennis uit de ervaring voortkomt. Deze stroming is tegengesteld aan het rationalisme.
Nativisme
De erfelijkheidsleer.
Holisme
Visie dat elk geheel meer is dan de som van zijn delen, dat alles onlosmakelijk met elkaar verbonden is.
mensbeelden
- Organismisch = Aanhangers van een organismisch wereldbeeld geloven sterkt in groei van systemen en voorgeprogrammeerd gedrag.
- mechanisch = Aanhangers van een mechanistisch wereldbeeld hanteren veeleer de analogie van een motor: de onderdelen blijven steeds dezelfde en de motor draait maar als iemand de startsleutel omdraait en de brandstof wordt ingepompt.
Behaviorisme
Stroming die pleitte om de mens te zien als een black box. Beperken zich tot dat wat waarneembaar is.
Trechtermodel
Het trechtermodel van vroege ontwikkeling. Vanaf een bepaalde leeftijd wordt het gemakkelijker een bepaalde of een andere weg in te slaan (de groeven worden minder diep) en de individuele verschillen worden ook duidelijker (er zijn meer groeven).
Kanalisatie
Alle kinderen ontwikkelen op ± hetzelfde tempo
Oriëntatiereactie
De oriëntatiereactie kan omschreven worden als een reflexmatige aangeboren reactie op nieuwe, informatieve of intense prikkels uit de omgeving.
Infantiele encefalopathie
cerebrale parese
voorkomend vanaf geboordte
afwijking in spierspanning, onwillekeurige bewegingen & stoornis van coördinatie
ontwikkelingsperiode
= opsplitsen in verschillende ontwikkeling periodes
koppigheidsfase = kenmerkend gedrag van peuters dat in deze fase veel meer voorkomt
fixatie = blijven zitten in bepaalde fase
regressie = terugkeren naar vorige fase
lege nest fase = verlaten van thuis, ouderkoppel op zichzelf dient terug te vallen
Nature-nurture controverse
Meningsverschil rond de indeling van invloedfactoren op het menselijk gedrag in natuur versus cultuur, milieu of rijping versus leren.
Triggerfuncties
Mechanisme dat een proces in gang zet. Het gedrag wordt gestimuleerd door deze externe prikkels en zal zich ook hiernaar richten.
Kastkinderen
Kinderen die gedurende een bijna onvoorstelbaar lange periode door ouders worden opgesloten op zolder, in stal of kelder of zelfs in een kleerkast.
ADHD
attention deficit and hyperactivity disorder
Successieve approximatie
Alle gedrag wordt beloond dat in de richting gaat van het uiteindelijk aan te leren gedrag. Ook wel ‘shaping’ genoemd.
skinner box
Het bekende voorbeeld van operante conditionering, de rat is de box. Wanneer een uitgehongerde rat op een schakel drukt in de box, krijgt het voedsel. Het voedsel dient als een beloning voor het operant gedrag. De frequentie van het operant gedrag zal hierdoor toenemen. Het gaat om handelen en niet een reflex.
reacties/reflex
- grijpreflex = Manier om te overleven. Het vastklampen aan iemand (de moeder).
- zoekreactie = Van de mond (naar de tepel).
- stapreactie = Verdwijnt enkele maanden na de geboorte. Een uitloper van een ontwikkeling die reeds in de embryonale periode voor de geboorte plaatsgrijpt. De ideale positie voor een kind in de baarmoeder, voor de geboorte is met het hoofd naar omlaag en de baarmoeder heeft een omgekeerde peer vorm. Op een bepaalde leeftijd beginnen de voetjes te duwen, trappelen of krabbelen van zodra door zij- of stuitligging er minder goede positie kan balanceren. Bovenaan hebben de beentjes meer vrij spel, en het middenrif en de bovenste buikspieren van de moeder zullen het kindje naar beneden duwen.
Hysterie
Lichamelijke symptomen zonder fysiologische of lichamelijke oorzaak
Neuro- imaging
Beeldvorming van de hersenactiviteit
James – lange theorie
Ik word bang omdat mijn hart sneller slaat –> Verwarring oorzaak en gevolg
Savant
Persoon die intellectueel op laag niveau functioneert of aan een mentale ontwikkelingsstoornis lijdt MAAR die wel uitblinkt op een geïsoleerde begaafdheid of vermogen van de hersenen