chapter 4 Flashcards

(19 cards)

1
Q

hoe waren voor 2010 standaard handels afspraken ingedeeld

A

in vier groepen, E, F, C en D

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

hoe zijn standaard handelsafspraken nu ingedeeld

A

in twee groepen, een groep die alleen geldt voor zeetransport en een groep voor alle vormen van transport zoals vrachtwagens, treinen en vliegtuigen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

hoeveel handelsvoorwaarden heb je in incoterms

A

11 clauses heb je in de nieuwe versie 2020.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat bepalen de handelsvoorwaarden in incoterms

A

de verantwoordelijkheden van koper en verkoper bij internationale handel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

DAT (Delivered at Terminal) is veranderd naar DPU (Delivered at Place Unloaded, wat houd dit in

A

Nu hoeft de levering niet per se op een terminal plaats te vinden, maar op elke afgesproken plek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Verzekeringsvoorwaarden in CIP/CIF zijn aangepast, wat is er aangepast

A

een uitgebreidere verzekering is nu verplicht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

FCA Is aangepast, wat houd dit in

A

(free carrier) de koper kan nu gemakkelijker zijn eigen transportmiddel gebruiken om goederen op te halen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

EXW (incoterm)

A

(EX WORKS) De koper neemt alle kosten en risico’s op zich vanaf het afgesproken punt. De verkoper hoeft het product alleen klaar te zetten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

FCA (incoterm)

A

(free carrier) de verkoper levert het product aan de eerste vervoerder bv een trein, vanaf daar neemt de koper de risico’s over.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

FAS (incoterm)

A

(Free alongside ship)alleen voor zee transport, de verkoper levert de goederen naast het schip in de haven. De koper regelt en betaalt het verdere transport.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

FOB (incoterm)

A

(Free on board) alleen voor zeetransport, de verkoper levert de goederen op het schip . De koper regelt en betaalt het verdere transport.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

CFR (incoterm)

A

(cost and freight) alleen voor zeetransport, de verkoper betaalt de transportkosten tot de bestemmingshaven, maar het risico gaat over zodra het op het schip is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

CIF (incoterm)

A

(cost, insurance & freight) alleen voor zeetransport, de verkoper betaalt de transportkosten tot de bestemmingshaven en draagt ook het risico

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

CPT (incoterm)

A

(carriage paid to) de verkoper betaald het transport tot de bestemming maar het risico gaat al eerder over naar de koper.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

CIP

A

(carriage & insurance paid to) De verkoper betaalt het transport tot de bestemming en draagt het risico.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

DPU

A

(deliverd at place unloaded) de verkoper regelt de levering en zorgt dat de goederen op de bestemming zijn uitgeladen. Pas na het uitladen gaat het risico naar de koper.

17
Q

DAP

A

(delivered at place) de verkoper regelt en betaalt alles tot de bestemming, maar de koper moet nog de invoerrechten betalen

18
Q

DDP

A

(delivered duty aid) De verkoper regelt en betaalt alles, inclusief invoerrechten. De koper hoeft alleen nog de goederen te ontvangen.

19
Q

welke incoterm groep is het meest gecompliceerd

A

groep C, omdat de seller betaald voor de transport maar het risico eerder naar de buyer al gaat.