CiO thema 3 en 4 Flashcards
(41 cards)
Non-verbale communicatie
(functies in interactie)
- vervangen
- accentueren of verzachten
- aanvullen
- tegenspreken
- reguleren
Halo effect
als je een positief iets ziet, zal de rest door gegeneraliseerd zijn, dus ook positief
Reciprocal liking
- mensen voelen zich sneller aangetrokken tot mensen als ze denken dat ze door hen worden gewaardeerd
- vaak ook self-fulfilling prophecy
Zelfbewustzijn en emotiemanagement
mate waarin men bewust is van eigen gevoel en in staat is deze te herkennen en te balanceren
Communicatieproces
(betekenis niveaus)
- referentieel aspect (inhoud van de boodschap = letterlijke betekenis)
- expressief aspect (je zegt iets over jezelf, wat je voelt bij de boodschap, door de manier waarop je iets zegt)
- relationeel aspect (relatie van zender tot ontvanger)
- appellerend aspect (wat de ander van je verwacht)
Cognitieve schema’s
(betekenis)
georganiseerde verzameling van kennis/ beelden over individuen, een groep individuen of gebeurtenissen; gebruikt om info te selecteren, ordenen, interpreteren en op te slaan in ons geheugen
Fysieke aantrekkelijkheid
(stereotype)
- Halo effect
- reward by association
- evolutionair
- leereffect
Fysieke aantrekkelijkheid
we voelen ons meer aangetrokken door fysiek aantrekkelijke personen
- symmetrie
- bij mannen wordt de kaaklijn mooi gevonden
- bij vrouwen worden babytrekken mooi gevonden
- als iemand meer gaat lijken op het gemiddelde van de populatie wordt hij/zij aantrekkelijker gevonden
Zelfonthulling
proces waarbij mensen via verbale en non-verbale uitingen informatie over zichzelf doorgeven aan hun gesprekspartner. Mate waarin we iets van onszelf laten zien in interactie
Zelfonthulling
(functie)
- voorspellen en reduceren onzekerheid
- kweken van vertrouwen/ betrokkenheid
Chronemics
gebruik van tijd in communicatie (o.a. duur, punctualiteit)
- sterk afhankelijk van macht
Responsiveness
- positieve reacties op communicatief gedrag ander
- mensen voelen zich sneller aangetrokken tot communicatief vaardige personen
- belang van mimicry (spiegelen)
Paralanguage
o.a. toonhoogte, intonatie, snelheid, accenten, volume, vocale interferenties
- overbrengen emoties
- bepaalt ook weer beeldvorming
Empathie
meeleven en laten weten dat je meeleeft
- altercentrisme (gerichtheid op de ander)
- coginitief
- deels aangeleerd en deels aangeboren
Reward by association
door met aantrekkelijke mensen om te gaan, kun je zelf als aantrekkelijker worden beoordeeld
Kinesics
Lichaamstaal
- afhankelijk van cultuur
- schatting ongeveer 5000 verschillende expressies
- effect van lichaamstaal doorgaans groter dan verbale cues
- spiegelen van lichaamstaal
Communicatie
(verstoringen)
belemmering bij zender en codering
- leveling (scherpe kantjes/ belangrijke details van de boodschap afhalen
- sharpening (situatie overdrijven/ details toevoegen om het leuker en levendiger te maken)
- kan bewust of onbewust
Communicatieproces
(vormen)
- intrapersoonlijke communicatie (interne dialogen, in je hoofd)
- massacommunicatie (altijd via een medium, altijd afstand)
- interpersoonlijke communicatie (tussen twee of meer individuen)
Interactiepatronen
Regeneratieve interactiepatronen
- positief communicatieklimaat (je mag fouten maken, risico’s nemen. Niet direct gestraft door fouten maken)
Degeneratieve interactiepatronen
- negatief communicatieklimaat (wantrouwen, geen fouten en risico’s en snel gestraft)
Communicatieproces
(oud en nieuw model)
Johari window
Verstoringen
(belemmering bij ontvanger en decodering)
- selectieve aandacht
- selectieve kennisname
- selectief aanvaarden: verwerpen of vervormen
- selectieve waarneming
Communicatieproces
Propinquity effect
we voelen ons vooral aangetrokken tot mensen die we vaker zien en waar we vaker mee optrekken
- mere exposure effect