College 4 MAX WEBER Flashcards
(42 cards)
Max weber, hoofdvraag en perspectief
Hoe is rationalisering/ modernisering
mogelijk?
Sociale actie/ Interactionisme
* Symbolisch interactionisme
* Rationele keuze
Weber vroeg zich af hoe het mogelijk is dat de Westerse wereld zo ongelofelijk rijk en
welvarend is geworden in vergelijking met de rest van de wereld.
* Wat kenmerkt de Westerse samenleving?
* Hoe heeft deze samenleving zich ontwikkeld?
Belangrijke werken van Weber
- Methodology of Social Sciences (1949).
- Economy and Society (1922).
- The Protestant Ethic and the Spirit of Capitalism (1905).
Methodology of Social Sciences: Methodologische Essays
Methodologische essays moesten volgens Weber de volgende punten bevatten:
* Waardevrijheid in de wetenschap.
* Ideaaltypen.
* “Verstehen” (“begrijpen”).
* Rationalisering.
* Bureaucratisering.
Methodologische essays moesten volgens Weber de volgende punten bevatten:
* Waardevrijheid in de wetenschap.
Het wetenschappelijke werk moet vrij zijn van normatieve opvattingen. Er moet een
onderscheid gemaakt worden tussen hoe iets is (= feit) en hoe iets zou horen te zijn
(= normatief). De motivatie voor een onderzoek mag wel degelijk normatief zijn (=
pleitbezorger), maar wanneer er wetenschap bedreven wordt, moet er puur objectief
gehandeld worden (= onderzoeker).
Methodologische essays moesten volgens Weber de volgende punten bevatten:
Ideaaltypen
Voor het objectief verklaren van fenomenen in de werkelijkheid, kan men gebruik maken van ideaaltypen. De werkelijkheid is te groot en complex om te kunnen bevatten en beschrijven, daarom moet er gebruik worden gemaakt van ideaaltypen, scherp aangezette weergave van de werkelijkheid op basis van categorisering om verklaringen van ontwikkelingen te maken. Men legt het ideaal af tegen de werkelijkheid, en zorgt door middel van gelijkenissen voor een maatstaaf van de werkelijkheid. Met ideaal wordt bedoelt een uitvergroting van elementen van de werkelijkheid, om zo de werkelijkheid te kunnen verklaren.
Een ideaaltype is niet iets wat je nastreeft
is bijv een straatartiest die een karikatuur tekent van jou
Methodologische essays moesten volgens Weber de volgende punten bevatten:
“Verstehen”
Sociale wetenschappers proberen het gedrag van mensen te interpreteren en te begrijpen (= verstehen). Men moet zich in anderen in leven, om een beeld te krijgen van waarom mensen iets doen. Voor het begrijpen van gedachtes van mensen wordt er gebruik gemaakt van de kwalitatieve methoden (= observatie en interviews). Het perspectief van de onderzochte is van even groot belang als de visie van de onderzoeker. Het maatschappelijk doel is effectieve sturing van de werkelijkheid door beter inzicht in sociale verbanden en gedragingen.
Methodologische essays moesten volgens Weber de volgende punten bevatten:
Interpretatief Individualisme
Weber wil het individu gaan interpreteren als een zingevend wezen, die handelen naar
een bepaald doel en ten opzichte van anderen. De mens doet aan sociaal handelen,
waarbij de zingeving georiënteerd is op anderen. De samenleving is een voortdurende sociale interactie van zowel verbale als symbolische communicatie, die afhankelijk is van tijd en context. Hoe mensen zich vroeger uiten, is anders dan hoe het
tegenwoordig gebeurt.
Een voorbeeld van ideaaltype gaat over de legitimiteit van macht. ‘Waarom doen wat
machtigen tegen ons zeggen?’
o Traditioneel –>
De macht wordt verkregen door je familieleden. Denk aan de buurt oudste, koning(in), keizer, etc. Dit waren Gods woorden op aarde en daarom waren zij machtig.
o Charismatisch leiderschap –>
We doen dingen omdat charismatische mensen ons dit vertellen
o Rationeel-wettelijk –>
De macht is vastgelegd in bijvoorbeeld een democratie. Als we denken dat de wereld anders moet dan doen we dit door te stemmen.
Economy and Society: Economie en Samenleving
Economy and Society gaat over hoe allerlei domeinen (= leefsferen) samenleven en
integreren, zoals economie, rechten, politiek en religie. Met focus op het ontstaan van
de moderne, Westerse samenleving en de negatieve gevolgen van rationalisering.
Rationalisering is volgens Weber het ordenen en systematiseren van de werkelijkheid
met de bedoeling haar voorspelbaar en beheersbaar te maken.
4 motieven van sociaal handelen voor rationaliteit
Traditioneel handelen:
Affectief handelen:
Waarde-rationeel handelen:
Doel-rationeel handelen:
Traditioneel handelen:
dingen die je automatisch doet, zoals na een
toiletbezoek je handen wassen.
Affectief handelen
dingen die je doet vanuit een bepaalde emotie/ affectie, zoals verliefd of boos worden.
Waarde-rationeel handelen
Waarde-rationeel handelen: dingen die je doet vanuit een mening dat het zo
hoort of wanneer je iets belangrijks vindt (op basis van waarden en normen)
Doel-rationeel handelen
(dominant in economie): dingen die je doet na een kosten-baten analyse.
Voorbeeld: Vanuit doel-rationele overwegingen is het wellicht rationeel om je in een bepaald land te vestigen met je fabriek, omdat dit erg goedkoop is, maar het is zodanig goedkoop door kinderarbeid en dat accepteren wij niet (=waarde-rationeel).
Het doel-rationeel handelen is volgens Weber steeds belangrijker geworden in de afgelopen eeuwen door industrialisatie. Het individueel en institutioneel handelen is in toenemende mate gebaseerd op doel-rationele motieven.
- Beter de wereld verklaren.
- Effectieve middelen.
- Specifiekere doelen bereiken.
Gebieden van rationalisering
- Technologische innovatie.
- Vooruitgang natuurwetenschappen.
- Grotere en open markten.
- Formalisering van de staat: hoe meer mensen in een groep zitten, hoe
gestructureerd het te werk moet gaan. - Professionalisering van kunst.
gebieden van rationalisering 1. Techniek en wetenschap
Monniken voerden een vaste dag indeling in. Zo werden de dagen gestructureerd. Door
de opkomst van het Protestantisme waren er minder analfabeten, want protestanten
moesten zelf de bijbel lezen. Dit leverde een bijdrage aan de opkomende wetenschap,
want er dachten meer mensen zelfstandig na.
gebieden van rationalisering
3. Grotere en open markten
Weber ziet dat de wereld langzaam rationaliseert, want het economisch doelrationeel denken neemt toe. Adam Smith liet al zien dat één smid in zijn eentje 100 naalden kan produceren, maar als je dit in een fabriek doet met 10 man kunnen ze er 40.000 maken. Dit is dit efficiënter. Adam Smith keek dus al naar grotere en meer open markten. Het is dus geen onvermijdelijk rechtlijnig proces.
gebieden van rationalisering
4. Formalisering van de staat
De staat zoals wij die nu kennen is ook een best rationaal ingericht orgaan. We hebben
ambtenaren die de regels controleren, want er zijn geschreven grondwetten en bundels.
Dit noemt men ook wel de bureaucratische overheid. In een grote/moderne samenleving
is de bureaucratie de meest ideale vorm om mensen in de samenleving met elkaar een
project te laten doen. Denk aan een groot kantoor of het Duitse leger.
De bureaucratisering
De bureaucratisering is een betrouwbaar systeem met voorspelbare regels. In het
grootste deel van de menselijke geschiedenis was je zonder bureaucratie aangewezen op
andere mensen (ons kent ons). Een bureaucratie maakt geen onderscheid tussen
personen en iedereen heeft dus een gelijke behandeling. De bureaucratie is een
ideaaltype, want op allerlei manieren gaan mensen alsnog sneller of slomer door het
systeem.
Disenchantment: Onttovering
- Religie wijst magie af.
- Wetenschap wijst goddelijke krachten af en vertrouw op natuurwetten.
- Moderne technologie verbreekt banden met tradities.
- Verwereldlijking van het maatschappelijk leven.
secularisering
(= ontkerkelijking)
Weber constateerde al secularisering (= ontkerkelijking), de verwereldlijking van het
maatschappelijk leven, waarbij Godsdienst minder centraal stond met minder
gelovigen. Onttovering zorgde ervoor dat religie zelf werd gerationaliseerd.
Formalisering van de Staat
De staat werd geformaliseerd door geschreven grondwet, wetbundels, speciaal
aangewezen ambtenaren en procesmatigheid (= bureaucratisering).
* Zorgt voor voorspelbare regels.
* Zorgt voor een betrouwbaar monetair systeem.
* Zorgt voor gelijke behandeling.
Bureaucratisering is gelijk aan rationalisering en stimuleert het op anderen gebieden.
De moderne samenleving is volgens Weber een rationele, sociale organisatie door:
- Afzonderlijke sociale instituties.
- Grootschalige organisaties.
- Gespecialiseerde taken.
- Persoonlijke discipline.
- Tijdsbewustzijn.
- Technische bekwaamheden: wat men kan, i.p.v. wat men is.
- Onpersoonlijke relaties.