D2 - H6: vrouwelijke sexuele ontwikkeling Flashcards

(13 cards)

1
Q

Natuurlijke selectie

A

individuen met het best aangepaste genotype hebben meeste kans op overleving en de meeste nakomelingen te krijgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Seksuele selectie

A

type natuurlijke selectie wat leidt bij mannetjes tot structuren en gedragingen (vb. grote veren, veel kleur, mooiste zang, …) die hen helpen in de strijd tegen andere mannetjes, en/of die hen goed scoren bij vrouwtjes.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

INTER-seksuele selectie

A

voorkeur(en) van het andere geslacht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

voorkeur(en) van het andere geslacht

A

INTER-seksuele selectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

INTRA-seksuele selectie

A

competitie tussen geslachtsgenoten onderling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

competitie tussen geslachtsgenoten onderling

A

INTRA-seksuele selectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Trivers ouderlijke investeringstheorie?

A

⇒ Hoe meer energie en zorg het lid van een bepaalde sekse inherent moet besteden aan een nakomeling…

  • hoe kieskeuriger die sekse is voor partnerkeuze
  • hoe competitiever de andere sekse zal zijn om seksuele toegang te krijgen tot die ene sekse
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Darwin-Bateman paradigma?

A
  1. Mannelijk RS = meer variabel
  2. Mannen halen meer voordelen uit paren met meerdere verschillende vrouwtjes
  3. Mannen = gretig om te paren met eender welk vrouwtje tov vrouwtjes = meer kieskeurig en minder gretig.

→ Mannetjes met meerdere partners zal meer nakomelingen produceren.

→ Vrouwtjes winnen niet meer nakomelingen door met meerdere partners te paren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

variatie in RS: multi-dimensionale strategie

macho

A

Competitie voeren om aan de top te geraken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

variatie in RS: multi-dimensionale strategie

consort

A

Aanbieden van hulpbronnen of zorgzaamheid bieden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

variatie in RS: multi-dimensionale strategie

CAD

A

Low investment, max. mating opportunities

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

variatie in RS: multi-dimensionale strategie

DAD

A

Ouderlast mee op zich nemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

fundamentele asymmetrie in afmetingen en energie-inhoud van gameten → vrouwtjes beperkt aantal grote eicellen (= veel energie), mannetjes veel sperma )(= minder energie)

A

Anisogamie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly