Deel 5 Flashcards

(239 cards)

1
Q

ethinylestradiol

A

synthetische oestrogenen

HRT bij primair hypogonadisme, primair ovarieel falen, behandeling menopauzale symptompen
anticonceptie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

mestranol

A

synthetische oestrogenen

HRT bij primair hypogonadisme, primair ovarieel falen, behandeling menopauzale symptompen
anticonceptie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

tamoxifen

A

SERM
competitieve antagonist oestrogeen R borstweefsel
partiele agonist oestrogeen R endometrium (kans op endometriumcarcinoom verhoogt)
agonist oestrogeenreceptor bot (en lever)
( + voor osteoporose)

oestrogeenafh borstkanker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

toremifen

A

SERM
competitieve antagonist oestrogeen R borstweefsel
partiele agonist oestrogeen R endometrium (kans op endometriumcarcinoom verhoogt)
agonist oestrogeenreceptor bot (en lever) (+ voor osteoporose)

oestrogeenafh borstkanker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

raloxifen

A

SERM
competitieve antagonist oestrogeen R borstweefsel
competitieve antagonist oestrogeen R endometrium
agonist oestrogeenreceptor bot (en lever) (+ voor osteoporose)

oestrogeenafh borstkanker
preventie en behandeling van osteoporese bij postmenopauzale vrouwen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

clomifeen

A

SERM
competitieve antagonist oestrogeen R in hypofyse/hypothalamus

oestrogeenafh borstkanker
infertiliteit door anovulatie
getimede ovulatie bij kunstmatige inseminatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

hydroxyprogesteron

A

progesteronderivaten

HRT in combinatie met oestrogeen tegen endometriale hyperplasie/carcinoom
anticonceptie (alleen of in combo met E)
endometriose
hormoonafh endometrium- of prostaatcarcinoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

medroxyprogesteron

A

progesteronderivaten

HRT in combinatie met oestrogeen tegen endometriale hyperplasie/carcinoom
anticonceptie (alleen of in combo met E)
endometriose
hormoonafh endometrium- of prostaatcarcinoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

norethisteron

A

testeronderivaten

HRT in combinatie met oestrogeen tegen endometriale hyperplasie/carcinoom
anticonceptie (alleen of in combo met E)
endometriose
hormoonafh endometrium- of prostaatcarcinoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

norgestrel

A

testosteronderivaten

HRT in combinatie met oestrogeen tegen endometriale hyperplasie/carcinoom
anticonceptie (alleen of in combo met E)
endometriose
hormoonafh endometrium- of prostaatcarcinoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

desogestrel

A

testosteronderivaten

HRT in combinatie met oestrogeen tegen endometriale hyperplasie/carcinoom
anticonceptie (alleen of in combo met E)
endometriose
hormoonafh endometrium- of prostaatcarcinoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

mifepristone

A

anti-progestagenen
partiele agonist progesteronR: sensitiseert uterus voor actie PG

indicaties: + PG analoog: medische abortus, arbeidsinductie bij foetusdoor in utero

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

testosteron

A

androgenen

HRT bij mannelijk hypogonadisme
impotentie door androgeen tekort
anabolica

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

nandrolon

A

anabolica

bij jeuk chronische galwegobstructie
bij sommige aplastische anemieën
bij negatieve stikstofbalans
bij sommige hormoonafh borstkankers
doping
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

stanazolol

A

anabolica

bij jeuk chronische galwegobstructie
bij sommige aplastische anemieën
bij negatieve stikstofbalans
bij sommige hormoonafh borstkankers
doping
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

clenbuterol

A

anabolica

bij jeuk chronische galwegobstructie
bij sommige aplastische anemieën
bij negatieve stikstofbalans
bij sommige hormoonafh borstkankers
doping
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

tetrahydrogestrinon (THG)

A

anabolica

bij jeuk chronische galwegobstructie
bij sommige aplastische anemieën
bij negatieve stikstofbalans
bij sommige hormoonafh borstkankers
doping
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

flutamide

A

niet steroïdaal anti-androgeen

bij prostaatcarcinoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

cyproteron

A

progesteron derivaat met partieel agonistische activiteit op androgeen receptor

bij pubertas praecox
bij hyperandrogenisme, acne bij vrouwen
bij hyperseksualiteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

gonadoreline

A

GnRH agonisten

bij infertiliteit
- pulsatiel indien door anovulatie, oligospermie door hypothalamusinsufficiëntie
- continu voor toediening van gonadotropines
bij gonadale suppressie (continu)
- hormoonafh prostaat en borstkanker
-endometriose
Potentie als anticonceptiva (continu)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

busereline

A

GnRH agonisten

bij infertiliteit
- pulsatiel indien door anovulatie, oligospermie door hypothalamusinsufficiëntie
- continu voor toediening van gonadotropines
bij gonadale suppressie (continu)
- hormoonafh prostaat en borstkanker
-endometriose
Potentie als anticonceptiva (continu)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Gosereline

A

GnRH agonisten

bij infertiliteit
- pulsatiel indien door anovulatie, oligospermie door hypothalamusinsufficiëntie
- continu voor toediening van gonadotropines
gonadale suppressie (continu)
- hormoonafh prostaat en borstkanker
-endometriose
Potentie als anticonceptiva (continu)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

cetrorelix

A

GnRH antagonist

bij infertiliteit voor toediening gonadotropines
gonadale suppressie bij hormoonafh prostaat en borstkanker en bij endometriose
potentie als anticonceptiva

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

danazol

A

progesteron analoog: GnRH daalt

bij endometriose, borstdysplasie en angio-oedeem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
LH
gonadotropine bij infertiliteit door hypofysaire hypofuncite inductie meervoudige ovulatie (ivf, eerst GnRH continu)
26
FSH
gonadotropine bij infertiliteit door hypofysaire hypofuncite inductie meervoudige ovulatie (ivf, eerst GnRH continu)
27
follitropine
gonadotropine analoog gonadotropine bij infertiliteit door hypofysaire hypofuncite inductie meervoudige ovulatie (ivf, eerst GnRH continu)
28
hCG
gonadotropine en analogen inductie puberteit en cryptorchidie
29
papaverine
GM bij erectiedysfunctie intracavernaal eventueel + andere vasodilatator
30
alprostadil
GM bij erectiedysfunctie intracavernaal eventueel + andere vasodilatator
31
sildenafil
GM bij erectiedysfunctie oraal ``` bij erectiestoornissen (seksuele opwinding nodig) arteriële pulmonale hypertesie ```
32
apomorfine
GM bij erectiedysfunctie | sublinguaal
33
Acetylsalicylzuur
NSAID salicylaten anti-pyretisch en analgetisch: 325-650 mg om de 4h anti inflammatoir: 4-6 g per dag (veel nevenw) secundair profylaxe van thromboembolische aandoeningen lokaal: keratolytisch effecten bij wratten
34
sulfasalazine
NSAID salicylaten Combinatie van 5 amino salicylzuur en sulfapyridine. Wordt gesplitst in de colon. bij inflammatoir darmlijden bij reumatoïde artritis
35
paracetamol
NSAID | para-aminofenol of aniline derivaten
36
fenacetine
NSAID | para aminofenol of aniline derivaten
37
indometacine
NSAID arylazijnzuurderivaten bij ankyloserende spondylitis (Morbus Bechterew) bij sluiten van de ductus arteriosus bij de neonaat bij jicht en pseudojicht koortsremming bij morbus Hodgkin
38
aceclofenac
NSAID | arylazijnzuurderivaten
39
diclofenac
NSAID | arylazijnzuurderivaten
40
ketorolac
NSAID | arylazijnzuurderivaten
41
ibuprofen
NSAID | arylpropionzuurderivaten
42
naproxen
NSAID | arylpropionzuurderivaten
43
(dex)ketoprofen
NSAID | arylpropionzuurderivaten
44
flurbiprofen
NSAID | arylpropionzuurderivaten
45
mefenaminezuur
NSAID | fenamaten of N-fenylanthranylzuurderivaten
46
meclofenaminezuur
NSAID | fenamaten of N-fenylanthranylzuurderivaten
47
metamizol
NSAID pyrazolon derivaten een niet opioid analgeticum en anti-pyreticum werking wss reming van PG-synthese in zowel perifeer als centraal ZS risico op agranulocytose bij multimodale pijntherapie bij patiënten met een relatieve of absolute CI voor NSAIDs kan ook bij viscerale pijn en koliekpijn omwille van relaxerende werking op gladde spiercellen
48
fenylbutazone
NSAID pyrazolon derivaten enkel magsitraal wegens beenmergtoxiciteit pas in tweede lijn als andere NSAIDs falen nut in behandeling van spondylarthropatieën, in het bijzonder ankyloserende spondylitis (Morbus Bechterew)
49
piroxicam
NSAID | oxicam
50
tenoxicam
NSAID | oxicam
51
celecoxib
NSAID cox-2 selectief bij patiënten met een voorgeschiedenis van maag-darm ulcera of GI-bloedingen en bij oudere patiënten (>65j) die meer risico lopen op ernstige NSAID gerelateerde bijwerkingen
52
etoricoxib
NSAID cox-2-selectief bij patiënten met een voorgeschiedenis van maag-darm ulcera of GI-bloedingen en bij oudere patiënten (>65j) die meer risico lopen op ernstige NSAID gerelateerde bijwerkingen
53
parecoxib
NSAID cox-2-selectief bij patiënten met een voorgeschiedenis van maag-darm ulcera of GI-bloedingen en bij oudere patiënten (>65j) die meer risico lopen op ernstige NSAID gerelateerde bijwerkingen
54
nabumeton
NSAID arylpropionzuurderivaat prodrug van naproxen
55
hydrocortison (= cortisol)
endogeen glucocorticoïden
56
prednisolon
glucocorticoïden anti-inflammatoire/immuunsuppresieve behandeling neoplastische aandoeningen substitutietherapie bij bijnierschorsinsufficiëntie gunstig effect op longrijping bij de foetus
57
triamcinolon
glucocorticoïden anti-inflammatoire/immuunsuppresieve behandeling neoplastische aandoeningen substitutietherapie bij bijnierschorsinsufficiëntie gunstig effect op longrijping bij de foetus
58
betamethason
glucocorticoïden anti-inflammatoire/immuunsuppresieve behandeling neoplastische aandoeningen substitutietherapie bij bijnierschorsinsufficiëntie gunstig effect op longrijping bij de foetus
59
dexamethason
glucocorticoïden anti-inflammatoire/immuunsuppresieve behandeling neoplastische aandoeningen substitutietherapie bij bijnierschorsinsufficiëntie gunstig effect op longrijping bij de foetus
60
9alfa-fluorocortisol
mineralocorticoïden
61
aldosteron
mineralocorticoïden
62
Methotrexaat
DMARDs: de gouden standaard Foliumzuurantagonist met cytotoxische en immunosuppresieve werking Behoort tot de eerste keuze p.o. preparaten bij reuma bij kanker
63
sulfasalazine
DMARDs behoort tot eerste keuze preparaten (bij RA en inflammatoir darmlijden) Het is een combi van een sulfonamide (sulfapyridine) en 5-aminosalicylaat bij reuma
64
(hydroxy) chloroquine
DMARDs preventie en behandeling van malaria anti-inflammatoire werking komen pas maanden na de start tot stand QT verlenging bij reuma
65
Leflunomide
DMARDs inhibeert geactiveerde T-cellen bij reuma
66
infliximab
TNF-alfa antistoffen (chimeer) biotechnologische DMARDs bij reuma
67
adalimumab
TNF-alfa antistoffen (volledig humaan) biotechnologische DMARDs bij reuma
68
etanercept
TNF-receptor analoog (recombinant humaan eiwit) biotechnologische DMARDs bij reuma
69
anakinra
IL1-receptor antagonist (recombinant) biotechnologische DMARDs bij reuma
70
ciclosporine
immunosuppressiva inhibitie van transcriptie van het IL2gen, leidt tot minder IL2 en minder Th-cel activatie. P-gp inhibitor bij orgaan- en beenmergtransplantaties (eventueel + GC of + cytotoxisch GM of + anti-lymfocyten-Ig) bij reuma
71
Tacrolimus
immunosuppressiva macrolide AB bij orgaan- en beenmergtransplantaties (eventueel + GC of + cytotoxisch GM of + anti-lymfocyten-Ig). Vooral curatief
72
sirolimus
immunosuppressiva macrolide AB werkt in op de voortgang in celcyclus van G1 naar S fase bij reuma
73
everolimus
immunosuppressiva bij reuma
74
temsirolimus
immunosuppressiva bij reuma
75
azathioprine
immunosuppressiva interfereert met purinesynthese cytotoxisch relatief selectief op B- en T-celproliferatie omdat deze cellen teren op de novo purine synthese controleren van orgaan rejectie bij reuma
76
mofetilmycofenolaat
immunosuppressiva cytotoxisch middel tegen inosine-monofosfaat dehydrogenase en purinesynthese tegen clonale proliferatie van zowel B als T cellen bij reuma
77
Basiliximab
immunosuppressiva monoclonaal antistof tegen alfa keten van IL2-R thv Th-cellen tegen hypersensitiviteitsreacties + andere immunosuppresiva tegen acute rejectie
78
daclizumab
immunosuppressiva monoclonaal antilichaam tegen IL2 tegen hypersensitiviteitsreacties + andere immunosuppresiva tegen acute rejectie
79
rituximab
anti CD20 monoclonaal antistof alternatieve therapieën bij reuma bij non Hodgkin lymphoma
80
abatacept
immunosuppresivum dat T-cel activatie verhindert alternatieve therapieën bij reuma
81
cyclofosfamide
cytotoxisch middel meest krachtig immunosuppresivum tegen clonale profileratie van zowel B als T cellen indicatie: inductie 'schijn'-tolerantie en autoimmuunziektes
82
efalizumab
gehumaniseerd mAb tegen CD11a, dus tegen T-cel activatie en infiltratie tegen psoriasis
83
penicillamine
DMARD bij reuma
84
organische goudverbindingen
goudzouten DMARD bij reuma
85
trastuzumab
antilichaam tegen ERBB2 (HER2) bij borstkanker
86
natalizumab
antilichaam tegen anti-alfa4-integrin tegen MS (tegen de migratie van leukocyten)
87
bevacizumab
antilichaam tegen VEGF bij kanker
88
panitumumab
antilichaam tegen EGFR bij colorectale kanker
89
ergotamine
specifieke anti-migraine GM moederkoornalkaloïden WM: aanhoudende craniale vasoconstrictie met weinig hoofdpijn recidief Gebruik: bij onvoldoende efficiciteit van zuivere analgetica, NSAIDs en triptanen (in stap 3)
90
dihydroergotamine
specifieke anti-migraine GM moederkoornalkaloïden WM: aanhoudende craniale vasoconstrictie met weinig hoofdpijn recidief Gebruik: bij onvoldoende efficiciteit van zuivere analgetica, NSAIDs en triptanen
91
sumatriptan
``` specifieke anti-migraine GM analogen van serotonine (triptanen) selectieve 5HT1B/1D-R-agonisten 5HT1F agonisme Gebruik: bij onvoldoende werkzaamheid van stap 1 medicatie en/of frequentie, ernstige aanvallen ```
92
methysergide
5HT2-R-antagonist | profylaxis migraine
93
flunarizine
Ca-antagonist | profylaxis migraine
94
Colchicine
``` bij jicht (acute aanval en profylaxis) berust op binding met tubuline resulterend in inhibitie van de polymerisatie tot microtubuli, daardoor inhibitie van leukocytenmigratie en fagocytose door inhibitoren ```
95
allopurinol
uricostatica alloxanthine, metaboliet van allopuinol: niet competitieve inhibitor van xanthine oxidase. Vermindert de synthese van urinezuur chronische, profylactische behandeling van jicht (niet bij acute aanval) bij hyperuricemie tgv hematologische aandoeningen of tgv chemotherapie
96
febuxostat
uricostatica inhibitor van xanthine oxidase bij chronische hyperuricemie tweede keuze bij jicht (wanneer allopurinol niet wordt verdragen of CI is)
97
probenecid
uricosurica tweede keuzeproduct bij patiënten met recidiverende jichtaanvallen, bij wie tophi verschijnen of die jicht en een zeer hoog plasma-urinezuur hebben
98
lesinurad
uricosurica tweede keuzeproduct bij patiënten met recidiverende jichtaanvallen, bij wie tophi verschijnen of die jicht en een zeer hoog plasma-urinezuur hebben
99
rasburicase
recombinant uraat oxidase katalyseert de omzetting van urinezuur naar allantoïne behandeling en profylaxe van acute hyperuricemie bij start van chemot om acuut nierfalen te voorkomen met patiënten met hematologische maligniteiten met een hoge tumorlast en kans op een snelle tumorlyse of inkrimping
100
canakinumab
humaan monoclonaal antilichaam tegen interleukine-1-beta symptomatische behandeling van volwassen patiënten met frequente aanvallen van jichtartritis bij wie NSAIDs en colchicine CI zijn, niet wordt verdagen of geen adequate respong geven, en bij wie herhaalde kuren van corticosteroïden niet geschikt zijn
101
difenhydramine
H1-antagonist, eerste generatie ook muscarine R blokkeren sedatie farmacotherapie van hooikoorts, urticaria, angio-oedeem
102
promethazine
H1-antagonist, eerste generatie ook muscarine R blokkeren sedatie farmacotherapie van hooikoorts, urticaria, angio-oedeem
103
meclozine
H1-antagonist, eerste generatie ook muscarine R blokkeren sedatie farmacotherapie van hooikoorts, urticaria, angio-oedeem
104
loratadine
H1-antagonist, tweede generatie niet sederend farmacotherapie van hooikoorts, urticaria, angio-oedeem
105
cetirizine
H1-antagonist, tweede generatie niet sederend farmacotherapie van hooikoorts, urticaria, angio-oedeem
106
ebastine
H1-antagonist, tweede generatie niet sederend farmacotherapie van hooikoorts, urticaria, angio-oedeem
107
terfenadine
H1-antagonist, tweede generatie niet sederend hoog risico op torsades des points: van de markt
108
astemizole
H1-antagonist, tweede generatie niet sederend hoog risico op torsades des points: van de markt
109
fexofenadine
H1-antagonist, derde generatie niet sederend metaboliet van terfenadine farmacotherapie van hooikoorts, urticaria, angio-oedeem
110
desloratadine
H1-antagonist, derde generatie niet sederend metaboliet van loratadine farmacotherapie van hooikoorts, urticaria, angio-oedeem
111
levocetirizine
H1-antagonist, derde generatie niet sederend actief enantiomeer farmacotherapie van hooikoorts, urticaria, angio-oedeem
112
levocabastine
H1-antagonist, derde generatie niet sederend actief enantiomeer farmacotherapie van hooikoorts, urticaria, angio-oedeem
113
betahistine
sterke antagonist van H3 receptor en zwakke agonist van de H1 receptor bij nausea en braken bij vestibulaire vertigo of ziekte van Ménière
114
cinnarizine
H1-antagonist farmacotherapie van hooikoorts, urticaria, angio-oedeem bv bij nausea en braken bij vestibulaire vertigo of ziekte van Ménière bij reisziekte en geassocieerde nausea en braken
115
salbutamol
kortwerkende beta-2 mimetica via inhalatie eerstekeuzetherapie bij astma eerste keuze ter preventie van inspanningsgebonden astma en voor een verwachte blootstelling aan een allergeen bij acute aanval: inhalatie oraal: zeldzaam
116
fenoterol
kortwerkende beta-2 mimetica via inhalatie eerstekeuzetherapie bij astma eerste keuze ter preventie van inspanningsgebonden astma en voor een verwachte blootstelling aan een allergeen bij acute aanval: inhalatie oraal: zeldzaam
117
formoterol
langwerkende beta2mimetica via inhalatie onderhoudsbehandeling van astma in combo met inhalatiecorticosteroïden eerste keuze als ad on wanneer astma onvoldoende onder controle is met corticos alleen
118
salmeterol
langwerkende beta2mimetica via inhalatie werkt traag, niet geschikt voor acute aanvallen onderhoudsbehandeling van astma in combo met inhalatiecorticosteroïden eerste keuze als add on wanneer astma onvoldoende onder controle is met corticos alleen
119
vilanterol
langwerkende beta2mimetica via inhalatie COPD onderhoudsbehandeling van astma in combo met inhalatiecorticosteroïden eerste keuze als ad on wanneer astma onvoldoende onder controle is met corticos alleen
120
indacaterol
langwerkende beta2mimetica via inhalatie COPD onderhoudsbehandeling van astma in combo met inhalatiecorticosteroïden eerste keuze als ad on wanneer astma onvoldoende onder controle is met corticos alleen
121
beclomethason
inhalatiecorticosteroiden basisbehandeling van langetermijncontrole van astma bij ernstige astma en bij astmacrisis kan orale of parenterale toediening nodig zijn
122
budesonide
inhalatiecorticosteroiden basisbehandeling van langetermijncontrole van astma bij ernstige astma en bij astmacrisis kan orale of parenterale toediening nodig zijn
123
fluticason
inhalatiecorticosteroiden basisbehandeling van langetermijncontrole van astma bij ernstige astma en bij astmacrisis kan orale of parenterale toediening nodig zijn
124
theofylline
methylxanthines adenosinereceptorantagonisten inhibite van phosphodiësterase: toename cAMP en cGMP voor de controle van nachtelijke symptomen die blijven bestaan ondanks onderhoudsbehandeling met inhalatiecorticosteroïden, of als add-on wanneer andere middelen onvoldoende doeltreffend zijn intraveneuze toediening bij acute astama aanval als alle andere middelen falen TDM!
125
ipratoriumbromide
anticholinergica via inhalatie kortwerkend deel van onderhoudsbehandeling voor symptoomcontrole bij astma. indien er sprake is van een ernstige aanval, of wanneer geen verbetering optreedt met een kortwerkend beta-2-mimeticum, kan aan het beta-2 mimeticum een kortwerkend anticholinergicum via inhalatie worden geassocieerd. vooral aangewezen bij astma als gevolg van irritante stimuli met belangrijk PSZ gemedieerde reflex bronchospamsen
126
aclidinium
langwerkende muscarine antagonisten | bij COPD
127
tiotropium
langwerkende muscarine antagonisten | bij COPD
128
umeclidinium
langwerkende muscarine antagonisten | bij COPD
129
glycopyrronium
langwerkende muscarine antagonisten | bij COPD
130
Montelukast
leukotrieenreceptor antagonist orale therapie onderhoudsbehandeling van astma indien inhalatiecorticosteroiden alleen onvoldoende resultaat bekomen of bij CI of intolerantie aan glucocorticoiden tweede keus of add-on
131
omalizumab
recombinant gehumaniseerd monoclonaal anti-IgE antilichaam subcutaan patienten met ernstige allergische astma met bewezen IgE-gemedieerde overgevoeligheid, die onvoldoende onder controle zijn met hoge doses inhalatiecorticosteroïden en langwerkende beta-2-mimetica
132
mepolizumab
gehumaniseerd monoclonaal antilichaam tegen interleukine 5 dat de productie en levensduur van eosinofielen vermindert bij ernstig eosinofiel astma bij volwassenen
133
insuline
Diabetes mellitus type 1 zo nodig aanvulling van orale antidiabetica bij type 2 DM bij zwangerschapsdiabetes
134
metformine
orale antidiabetica, biguaniden vermindering van de insulineresistentie verhogen glucoseopname en verbruik in skeletspieren verminderen gluconeogenese in de lever Eerste keuze product bij obese type 2 DM ie nog een residuele insulinesecretie hebben
135
glibenclamide
orale antidiabetica, sulfonylureumderivaten langwerkend stimulatie van de insulinesecretie tgv inhibitie van atp-afh k-kanalen bij niet obese type 2 DM de onvoldoende reageert op diabetesdieet
136
gliclazide
orale antidiabetica, sulfonylureumderivaten langwerkend met gereguleerde afgifte korterwerkend met normale afgifte stimulatie van de insulinesecretie tgv inhibitie van atp-afh k-kanalen bij niet obese type 2 DM de onvoldoende reageert op diabetesdieet
137
glimepiride
orale antidiabetica, sulfonylureumderivaten langwerkend stimulatie van de insulinesecretie tgv inhibitie van atp-afh k-kanalen bij niet obese type 2 DM de onvoldoende reageert op diabetesdieet
138
glipizide
orale antidiabetica, sulfonylureumderivaten korterwerkend stimulatie van de insulinesecretie tgv inhibitie van atp-afh k-kanalen bij niet obese type 2 DM de onvoldoende reageert op diabetesdieet
139
gliquidon
orale antidiabetica, sulfonylureumderivaten korterwerkend stimulatie van de insulinesecretie tgv inhibitie van atp-afh k-kanalen bij niet obese type 2 DM de onvoldoende reageert op diabetesdieet
140
repaglinide
orale antidiabetica, gliniden atp-afh k kanalen thv beta cellen sluiten type 2
141
pioglitazon
orale antidiabetica, glitazonen insuline sensitizers vermindering van de insulineresistentie door te binden aan PPAR(gamma). De binding moduleert de transcriptie van genen, wat leidt tot toename in gevoeligheid voor insuline met een verbeterde opname van vetzuren en glucose niet als eerste keuzeproduct
142
rosiglitazon
orale antidiabetica, glitazonen insuline sensitizers vermindering van de insulineresistentie door te binden aan PPAR(gamma). De binding moduleert de transcriptie van genen, wat leidt tot toename in gevoeligheid voor insuline met een verbeterde opname van vetzuren en glucose niet als eerste keuzeproduct, van de markt in EU
143
acarbose
orale antidiabetica competitieve inhibitor van de disacharidasen bij behandeling van type 2 DM, al dan niet in combo met andere orale preparaten
144
sitagliptine
orale antidiabetica, gliptinen dipeptidylpeptidase-4-remmers inhiberen de afbraak van de incretines (GLP1 en GIP) bij type 2 mDM in combo met metformine, sulfonylureumderivaten, een glitazone of insuline
145
linagliptine
orale antidiabetica, gliptinen dipeptidylpeptidase-4-remmers inhiberen de afbraak van de incretines (GLP1 en GIP) bij type 2 mDM in combo met metformine, sulfonylureumderivaten, een glitazone of insuline
146
alogliptine
orale antidiabetica, gliptinen dipeptidylpeptidase-4-remmers inhiberen de afbraak van de incretines (GLP1 en GIP) bij type 2 mDM in combo met metformine, sulfonylureumderivaten, een glitazone of insuline
147
saxagliptine
orale antidiabetica, gliptinen dipeptidylpeptidase-4-remmers inhiberen de afbraak van de incretines (GLP1 en GIP) bij type 2 mDM in combo met metformine, sulfonylureumderivaten, een glitazone of insuline
148
vildagliptine
orale antidiabetica, gliptinen dipeptidylpeptidase-4-remmers inhiberen de afbraak van de incretines (GLP1 en GIP) bij type 2 mDM in combo met metformine, sulfonylureumderivaten, een glitazone of insuline
149
canagliflozine
orale antidiabetica, gliflozinen inhibitoren van de natriumglucose-cotransporter 2 (SGLT2) thv nieren p-gp inhibitor geen eerste keuzeproducten wel in toenemende mate aanbevolen als add-on therapie indien metformine onvoldoende glycemiecontrole geeft
150
empagliflozine
orale antidiabetica, gliflozinen inhibitoren van de natriumglucose-cotransporter 2 (SGLT2) thv nieren geen eerste keuzeproducten wel in toenemende mate aanbevolen als add-on therapie indien metformine onvoldoende glycemiecontrole geeft
151
dapagliflozine
orale antidiabetica, gliflozinen inhibitoren van de natriumglucose-cotransporter 2 (SGLT2) thv nieren geen eerste keuzeproducten wel in toenemende mate aanbevolen als add-on therapie indien metformine onvoldoende glycemiecontrole geeft
152
exenatide
incretinemimetica GLP 1 analogen: imiteren de werking van de endogene incretines werking: stimuleren van de insulinesecretie door beta cellen bij hyperglycemie, remmen van de glucagonsecretie door alfa-cellen, vertragen van de maaglediging, verhogen van verzadigingsgevoel, verminderen van voedselinname, vermindering van glucoseproductie in lever add on indien metformine in monotherapie onvoldoende glycemiecontrole geeft
153
liraglutide
incretinemimetica GLP 1 analogen: imiteren de werking van de endogene incretines werking: stimuleren van de insulinesecretie door beta cellen bij hyperglycemie, remmen van de glucagonsecretie door alfa-cellen, vertragen van de maaglediging, verhogen van verzadigingsgevoel, verminderen van voedselinname, vermindering van glucoseproductie in lever add on indien metformine in monotherapie onvoldoende glycemiecontrole geeft
154
dulaglutide
incretinemimetica GLP 1 analogen: imiteren de werking van de endogene incretines werking: stimuleren van de insulinesecretie door beta cellen bij hyperglycemie, remmen van de glucagonsecretie door alfa-cellen, vertragen van de maaglediging, verhogen van verzadigingsgevoel, verminderen van voedselinname, vermindering van glucoseproductie in lever add on indien metformine in monotherapie onvoldoende glycemiecontrole geeft
155
lixisenatide
incretinemimetica GLP 1 analogen: imiteren de werking van de endogene incretines werking: stimuleren van de insulinesecretie door beta cellen bij hyperglycemie, remmen van de glucagonsecretie door alfa-cellen, vertragen van de maaglediging, verhogen van verzadigingsgevoel, verminderen van voedselinname, vermindering van glucoseproductie in lever add on indien metformine in monotherapie onvoldoende glycemiecontrole geeft
156
semaglutide
incretinemimetica GLP 1 analogen: imiteren de werking van de endogene incretines werking: stimuleren van de insulinesecretie door beta cellen bij hyperglycemie, remmen van de glucagonsecretie door alfa-cellen, vertragen van de maaglediging, verhogen van verzadigingsgevoel, verminderen van voedselinname, vermindering van glucoseproductie in lever add on indien metformine in monotherapie onvoldoende glycemiecontrole geeft
157
calcium
tegen osteoporose
158
cholecalciferol
Vitamine D3 tegen osteoporose eerste lijnsstrategie voor behandeling van osteoporose
159
calcifediol
25-OH-D3 metaboliet | bij osteoporose
160
alfacalcidol
synthetisch derivaat dat in de lever wordt omgezet tot calcitriol bij osteoporose
161
alendronaat
bisfosfonaat hoeksteen bij behandeling van osteoporose inhibitoren van de osteoclastische botresorptie bij osteoporose bij de man en vrouw (primair of secundair) bij hypercaliëmie behandeling van de ziekte van Paget preventie van fracturen bij botmetastasen met fractuurrisico
162
risedronaat
bisfosfonaat hoeksteen bij behandeling van osteoporose inhibitoren van de osteoclastische botresorptie bij osteoporose bij de man en vrouw (primair of secundair) bij hypercaliëmie behandeling van de ziekte van Paget preventie van fracturen bij botmetastasen met fractuurrisico
163
pamidronaat
bisfosfonaat hoeksteen bij behandeling van osteoporose inhibitoren van de osteoclastische botresorptie bij osteoporose bij de man en vrouw (primair of secundair) bij hypercaliëmie behandeling van de ziekte van Paget preventie van fracturen bij botmetastasen met fractuurrisico
164
zoledronaat
bisfosfonaat hoeksteen bij behandeling van osteoporose inhibitoren van de osteoclastische botresorptie bij osteoporose bij de man en vrouw (primair of secundair) bij hypercaliëmie behandeling van de ziekte van Paget preventie van fracturen bij botmetastasen met fractuurrisico
165
teriparatide
Parathyroidhormoon: stimuleert botresorptie bij continue exogene toediening, stimuleert de botaanmaakt bij intermittente toediening bij ernstige postmenopauzale osteoporose wanneer andere middelen falen vermindert het risico op vertebrale en niet-vertebrale fracturen
166
denosumab
recombinant monoclonaal antilichaam tegen eiwit RANKL veroorzaakt significante daling van het aantal vertebrale fracturen, heupfracturen en niet vertrebrale fracturen osteoporose (6 maanden sc)
167
bis(chloroethyl)amine
alkylerende stoffen cytotoxisch door transfer van hun alkylgroepen op verschillende cellulaire componenten met vorming van covalente bindingen. Alkylering van kern-DNA leidt tot celdood. bij kanker
168
ethylenimine
alkylerende stoffen cytotoxisch door transfer van hun alkylgroepen op verschillende cellulaire componenten met vorming van covalente bindingen. Alkylering van kern-DNA leidt tot celdood. bij kanker
169
nitrosourea
alkylerende stoffen cytotoxisch door transfer van hun alkylgroepen op verschillende cellulaire componenten met vorming van covalente bindingen. Alkylering van kern-DNA leidt tot celdood. bij kanker
170
cisplatinum
alkylerende stoffen, platinumderivaten cytotoxisch door transfer van hun alkylgroepen op verschillende cellulaire componenten met vorming van covalente bindingen. Alkylering van kern-DNA leidt tot celdood. bij kanker
171
carboplatinum
alkylerende stoffen, platinumderivaten cytotoxisch door transfer van hun alkylgroepen op verschillende cellulaire componenten met vorming van covalente bindingen. Alkylering van kern-DNA leidt tot celdood. bij kanker
172
busulfan
alkylerende stoffen cytotoxisch door transfer van hun alkylgroepen op verschillende cellulaire componenten met vorming van covalente bindingen. Alkylering van kern-DNA leidt tot celdood. bij kanker
173
temozolomide
alkylerende stoffen cytotoxisch door transfer van hun alkylgroepen op verschillende cellulaire componenten met vorming van covalente bindingen. Alkylering van kern-DNA leidt tot celdood. bij kanker
174
dacarbazine
alkylerende stoffen cytotoxisch door transfer van hun alkylgroepen op verschillende cellulaire componenten met vorming van covalente bindingen. Alkylering van kern-DNA leidt tot celdood. bij kanker
175
procarbazine
alkylerende stoffen cytotoxisch door transfer van hun alkylgroepen op verschillende cellulaire componenten met vorming van covalente bindingen. Alkylering van kern-DNA leidt tot celdood. bij kanker
176
methotrexaat
foliumzuurantagonist bindt aan katalytische zijde van het dihydrofoliumzuurreductase bij kanker ook bij RA
177
fluorouracil
antimetaboliet | bij colorectale tumoren
178
vincristine
plantderivaten, vinca-alkaloiden binden specifiek aan tubuline: veroorzaken depolymerisatie van de microtubuli bij borstcarcinoom en hematologische tumoren
179
vinblastine
plantderivaten, vinca-alkaloiden binden specifiek aan tubuline: veroorzaken depolymerisatie van de microtubuli bij borstcarcinoom en hematologische tumoren
180
vindesine
plantderivaten, vinca-alkaloiden binden specifiek aan tubuline: veroorzaken depolymerisatie van de microtubuli bij borstcarcinoom en hematologische tumoren
181
paclitaxel
plantderivaten, taxanen, immobiliseren microtubuli in de gepolymeriseerde toestand iv bij borstcarcinoom ook in combinatieschemas, vaak bij ovariumcarcinoom
182
docetaxel
plantderivaten, taxanen, immobiliseren microtubuli in de gepolymeriseerde toestand po bij borstcarcinoom ook in combinatieschemas, vaak bij ovariumcarcinoom
183
irinotecan
plantderivaten, camptothecines inhiberen topo-isomerase I bij gemetastasteerde colorectale kanker
184
topotecan
plantderivaten, camptothecines inhiberen topo-isomerase I bij ovarium-, cervix, en longcarcinoom
185
etoposide
plantderivaten, podophyllotoxines inhibeert mogelijks topoisomerase II bij monocytaire leukemie, testiskanker
186
antracyclines
cytotoxische AB beschadigen DNA door intercalatie tussen specifieke basen, door covalente binding of via vrije zuurstofradicalen en blokkeren zo de synthese van nieuw DNA of RNA
187
bleomycine
cytotoxische AB beschadigen DNA door intercalatie tussen specifieke basen, door covalente binding of via vrije zuurstofradicalen en blokkeren zo de synthese van nieuw DNA of RNA
188
epirubicine
cytotoxische AB beschadigen DNA door intercalatie tussen specifieke basen, door covalente binding of via vrije zuurstofradicalen en blokkeren zo de synthese van nieuw DNA of RNA
189
dactinomycine
cytotoxische AB beschadigen DNA door intercalatie tussen specifieke basen, door covalente binding of via vrije zuurstofradicalen en blokkeren zo de synthese van nieuw DNA of RNA
190
mitomycine
cytotoxische AB beschadigen DNA door intercalatie tussen specifieke basen, door covalente binding of via vrije zuurstofradicalen en blokkeren zo de synthese van nieuw DNA of RNA
191
anastrozol
niet steroïdale reversibele aromatase inhibitoren bij borstkanker
192
letrozol
niet steroïdale reversibele aromatase inhibitoren bij borstkanker
193
exemestaan
steroïdale irreversibele aromatase inhibitor bij borstkanker
194
aminoglutethimide
inhibitie omzetting cholesterol tot pregnenolon en progesteron inhibitie omzetting androsteendion tot oestron bij borstkanker (ER en PR positieve borsttumoren)
195
erlotinib
proteine kinase inhibitoren inhiberende werking op het tyrosinekinse thv EGFR bij bv NSCLC
196
gefitinib
proteine kinase inhibitoren inhiberende werking op het tyrosinekinse thv EGFR bij bv NSCLC
197
lapatinib
proteine kinase inhibitoren inhiberende werking op het tyrosinekinse thv EGFR bij bv NSCLC
198
imatinib
proteine kinase inhibitoren specifieke inhibitei van BCR-ABL bij chronisch myeloide leukemie
199
pazopanib
proteine kinase inhibitoren
200
sorafenib
proteine kinase inhibitoren
201
vemurafenib
proteine kinase inhibitoren proteinekinase BRAF bij o.a. melanomen
202
ranitidine
H2-receptorantagonist competitief antagonisme verminderde zuur en pepsine secretie behandeling van maag en duodenumlcus gastro-oesofageale reflux preventie van ulcera tgv NSAID gebruik preventie van bloedingen van stress ulcera op intensieve zorgen
203
omeprazol
Protonpomp inhibitor irreversibele inhibitor van het enzym K/H-atpase behandeling van maag en duodenumulcus gastro-oesofageale refluxoesofagitis zollinger ellison syndroom (vaak hoge dosis) preventie van erosies en ulceraties van de maag en het duodenum als gevolg van inname van NSAIDs bij risicogroepen
204
lansoprazol
Protonpomp inhibitor irreversibele inhibitor van het enzym K/H-atpase behandeling van maag en duodenumulcus gastro-oesofageale refluxoesofagitis zollinger ellison syndroom (vaak hoge dosis) preventie van erosies en ulceraties van de maag en het duodenum als gevolg van inname van NSAIDs bij risicogroepe
205
pantoprazol
Protonpomp inhibitor irreversibele inhibitor van het enzym K/H-atpase behandeling van maag en duodenumulcus gastro-oesofageale refluxoesofagitis zollinger ellison syndroom (vaak hoge dosis) preventie van erosies en ulceraties van de maag en het duodenum als gevolg van inname van NSAIDs bij risicogroepe
206
rabeprazol
Protonpomp inhibitor irreversibele inhibitor van het enzym K/H-atpase behandeling van maag en duodenumulcus gastro-oesofageale refluxoesofagitis zollinger ellison syndroom (vaak hoge dosis) preventie van erosies en ulceraties van de maag en het duodenum als gevolg van inname van NSAIDs bij risicogroepe
207
misoprostol
analoog van prostaglandine E1 werkt inhiberend op de zuursecretie + heeft cytoprotectief effect (verbetert de mucosedoorbloeding, verhoogt de mucusproductie, verhoogt de weerstand van de maagmucosa tegen schadelijke uitwendige factoren) off label na miskraam: expulsie van miskraamweefsel preventie van postpartum bleding inductie bij mors in utero, mola
208
NaHCO3
antiacida maagzuur neutraliseren symptomatische verbetering enkel als adjuverende behandeling van ulcera
209
CaCO3
antiacida maagzuur neutraliseren symptomatische verbetering enkel als adjuverende behandeling van ulcera
210
Al(OH)3
antiacida maagzuur neutraliseren symptomatische verbetering enkel als adjuverende behandeling van ulcera
211
Mg(OH)3
antiacida maagzuur neutraliseren symptomatische verbetering enkel als adjuverende behandeling van ulcera
212
domperidone
D2-R-antagonist bij dyspepsie en gastroparese bij nausea en braken bij gastro-oesofagale reflux
213
alizapride
D2-R-antagonist bij dyspepsie en gastroparese bij nausea en braken bij gastro-oesofagale reflux
214
metoclopramide
D2-R-antagonist bij dyspepsie en gastroparese bij nausea en braken bij gastro-oesofagale reflux
215
cisapride
verhoogt de maagcontractie en versnelt de maaglediging kan QT-verlenging geven
216
ondansetron
5HT3antagonist sertronen anti-emetica beperkt tot braken tgv vagale stimulatie en tgv chemotherapie/radiotherapie
217
granisetron
5HT3antagonist sertronen anti-emetica beperkt tot braken tgv vagale stimulatie en tgv chemotherapie/radiotherapie
218
palonosetron
5HT3antagonist sertronen anti-emetica beperkt tot braken tgv vagale stimulatie en tgv chemotherapie/radiotherapie
219
tropisetron
5HT3antagonist sertronen anti-emetica beperkt tot braken tgv vagale stimulatie en tgv chemotherapie/radiotherapie
220
aprepitant
selectieve neurokinine1 receptor antagonist | in combo met sertonen en glucocorticoiden voor preventie van nausea en braken tgv hoog emetogene therapie
221
netupitant
selectieve neurokinine1 receptor antagonist | in combo met sertonen en glucocorticoiden voor preventie van nausea en braken tgv hoog emetogene therapie
222
hydrofiele colloïden
bulk laxativa | voldoende vochtinname is essentieel
223
agar
bulk laxativa | voldoende vochtinname is essentieel
224
methylcellulose
bulk laxativa | voldoende vochtinname is essentieel
225
lactulose
bulk laxativa voldoende vochtinname is essentieel bij portaalhypertensie ter preventie van hepatische encefalopathie
226
sorbitol
bulk laxativa | voldoende vochtinname is essentieel
227
senna
lokaal irriterende of stimulerende laxantia | kortdurend, eenmalig gebruik
228
casterolie
lokaal irriterende of stimulerende laxantia | kortdurend, eenmalig gebruik
229
fenolftaleine
lokaal irriterende of stimulerende laxantia | kortdurend, eenmalig gebruik
230
bisacodyl
lokaal irriterende of stimulerende laxantia | kortdurend, eenmalig gebruik
231
prucalopride
selectieve 5HT4-R-agonist bij symptomatische behandeling van therapieresistentie obstipatie bij de vrouw geen eerste keuze
232
galzuurbindende resines
anti diarheïca
233
mebendazole
eerste keuze product bij Enterobius vermicularis binden aan parasitaire beta-tubuline
234
niclosamide
eerste keuze product bij behandleing van Taenia | best gecombineerd met laxerend middel nadien
235
metronidazol
nitro-imidazole behandeling van aantal protozoa (Trichomonas vaginalis, Entamoebe histolytica, Giardia intestinalis, Garnerella vaginalis
236
ornidazol
nitro-imidazole behandeling van aantal protozoa (Trichomonas vaginalis, Entamoebe histolytica, Giardia intestinalis, Garnerella vaginalis
237
tinidazol
nitro-imidazole behandeling van aantal protozoa (Trichomonas vaginalis, Entamoebe histolytica, Giardia intestinalis, Garnerella vaginalis
238
ivermectin
behandeling infectie met nematoden en arthropoden indicatie: onchocerciasis, strongyloidiasis immobiliseert organismen door inductie van paralyse via glutamaat geactiveerde Cl-kanalen die enkel bij invertebraten voorkomen
239
praziquantal
bij Schistosoma | niet in belgie