Economische omgeving B Flashcards

(39 cards)

1
Q

door wat wordt de economische ontwikkeling gestimuleerd?

A
  • door de productiecapaciteit
  • door de effectieve vraag
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat versnelt de economische groei?

A
  • technologische vooruitgang
  • bevolkingsgroei
  • stijging kwaliteit onderwijs
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

economische groei

A

jaarlijkse toename van productie van goederen en diensten in een land

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

afkorting effectieve vraag

A

EV

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Procentuele groei van het reële BBP formule

A

▪ ((Nieuw – oud)/oud)X 100= ..%
▪ ((BBP jaar n – BBP jaar n-1) /BBPjaar n-1) X
100 = economische groei

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat valt er af te leiden uit de grafiek van de economische groei doorheen de jaren?

A

de economische groei fluctueert doorheen de tijd afwisselend met grote crisissen en florerende periodes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

6 voorbeelden fluctueren van economische groei

A
  • 1929 Wall Street Crash ↓
  • golden sixties ↑
  • jaren ‘70 ↓
  • jaren ‘80 (aan het stijgen)
  • jaren ‘90 ↑
  • 2008 financiële crisis ↓
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

de conjunctuurbeweging

A

de opeenvolging van een periode van snellere en tragere economische groei (soms daling)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

hoogconjunctuur

A

periode waarin de groeivoet voortdurend hoger ligt dan de trend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

laagconjunctuur

A

periode waarin de groeivoet voortdurend lager ligt dan de trend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wanneer is de groeivoet gelijk aan de trend

A

als de conjuncturele ontwikkeling EV en de structurele ontwikkeling PC elkaar kruisen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

synoniem hoogconjunctuur

A

boom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

zie slides 16, 17, 19 en 18

A

ok

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

synoniem laagconjunctuur

A

slump

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

synoniem trend

A

groeibeweging

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

conjuncturele ontwikkeling

A

de feitelijke ontwikkeling van het reël BBP, veroorzaakt door de veranderingen in de effectieve vraag

16
Q

afkorting effectieve vraag

17
Q

structurele ontwikkeling

A

de trendmatige groei van het potentiële BBP, veroorzaakt door de groei van de productiecapaciteit (PC)

18
Q

uit welke twee factoren bestaat de structurele ontwikkeling?

A

arbeid en kapitaal

19
Q

wanneer is er sprake van onderbesteding of laagconjunctuur?

20
Q

wanneer is er sprake van overbesteding of hoogconjunctuur?

21
Q

wanneer is er sprake van bestedingsevenwicht?

22
Q

bij expansie: vraag naar producten

23
Q

bij expansie: productiecapaciteit

A

maximaal benut -> uitputting van voorraad

24
bij expansie: prijzen
stijgen (inflatie stijgt)
25
bij expansie: arbeidsmarkt
is krap -> conjuncturele werkloosheid daalt
25
bij contractie: vraag naar producten
daalt
25
periode van expansie
conjuncturele inflatie
25
bij contractie: productiecapaciteit
onderbenut -> grote voorraden
25
bij contractie: arbeidsmarkt
niet genoeg werk -> conjuncturele werkloosheid stijgt
25
bij contractie: prijzen
dalen
25
indicator van het verleden
vertraagde: werkloosheid
26
indicator van het heden
gelijklopende: het reële BBP of het BBP naar volumes
26
voorspellende indicatoren
- conjunctuurbarometer van de NBB - index van het Europeese consumentenvertrouwen
26
voorbeeld conjunctuurbarometer van NBB
55%: toestand = beter 45%: toestand = slechter -> index +10
26
gemiddelde van cijfers bij conjunctuurbarometer van de NBB
synthetische indicator
27
hoe ver voorop loopt de conjunctuurbarometer van de NBB?
1 tot 2 maanden
27
telefonische enquête bij consumenten (NBB)
- economische situatie in België - werkeloosheid in België - financiële situatie van de gezinnen - het sparen door de gezinnen
27
externe factoren
- schokken (bv corona) - olieprijzen - overheidsbeleid - (handels)oorlog - innovaties in producten en productiemethodes