engles blz 119 Flashcards
(40 cards)
1
Q
choose
A
kiezen
2
Q
defintely
A
absoluut
3
Q
explain
A
uitleggen
4
Q
leave
A
weggaan
5
Q
probably
A
waarschijnlijk
6
Q
reseach
A
onderzoek
7
Q
sink
A
gootsteen
8
Q
taste
A
proeven
9
Q
vegtables
A
groenten
10
Q
dairy products
A
zuivelproducten
11
Q
encourage
A
aanmoedigen
12
Q
even though
A
ondanks
13
Q
food poisoning
A
voedselvergifteging
14
Q
force
A
dwingen
15
Q
mean well
A
goed bedoelen
16
Q
breakfast
A
ontbijt
17
Q
change
A
veranderen
18
Q
exercise
A
sporten
19
Q
favourite
A
favorieten
20
Q
glasses
A
bril
21
Q
grow
A
groeien
22
Q
habit
A
gewoonte
23
Q
laugh
A
lachen
24
Q
tease
A
plagen
25
mainly
vooral
26
brain
hersenen
27
clear
duidelijk
28
clumsy
klunzig
29
enough
genoeg
30
forget
vergeten
31
important
belangrijk
32
mucles
spieren
33
relax
ontspannen
34
remeber
onthouden
35
sometimes
soms
36
still
nogsteeds
37
tired
moe
38
wake up
waker worden
39
recharge
opladen
40
scientist
wetenschapper