Expression Flashcards
(12 cards)
1
Q
Allegedly
A
Zogezegd
2
Q
To be in custody
A
In voorarrest zitten
3
Q
To remain in custody
A
In voorarrest blijven
4
Q
To break curfew
A
Een avondklok overtreden
5
Q
To post bond
A
Een borg betalen
6
Q
To reach a verdict
A
Tot een besluit komen
7
Q
Abusive behaviour
A
Mishandeling
8
Q
To hold accountable
A
Verantwoordelijk houden
9
Q
To be out on bail
A
Op borgtocht vrij zijn
10
Q
To face charges
A
Berecht worden
11
Q
To deny accusations
A
Beschuldigingen ontkennen
12
Q
A restraining order
A
Dwang/straatverbod