Geneeskunde 1A HC week 6 Flashcards
(36 cards)
Wat hebben patiënten voor een idee over hun arts en wat klopt hier niet aan?
Dat die alle benodigde kennis heeft om het beroep uit te voeren –> hij weet niet alles, alleen hoe ingewikkeld alles is
Vanuit welke invalshoeken wordt de medische beslissing beïnvloed voor een arts?
Feiten, patiënt factoren, wetgeving, ect.
Wat is de taak van een arts?
Vanuit bevindingen een diagnose stellen, waaruit een prognose van de patiënt kan worden voorspeld, beïnvloed en/of verbeterd
Wat is een diagnose?
Iets wat de arts denkt dat de patiënt heeft, niet perse wat hij daadwerkelijk heeft
Wanneer is iemand ziek?
Geen harde objectieve waarheid, vaak als je een tekort of overschot van iets hebt
het is indirect waarneembaar als ziekteverschijnselen of symptomen
normaalverdeling bij te gebruiken –> mensen die te ver afwijken van de gemiddelde waarden zijn ziek (2,5%)
Wat is gezond volgens de WHO?
Health is a state of complete physical, psychological and social wellbeing
Waarom zijn ziekten objectief?
- Ze bestaan alleen in het hoofd van artsen
- Definitie is dynamisch –> grenzen verschuiven
- Ziekte moet passen in het beeld van wat wij weten
- Verschilt per arts
- Zonder diagnose geen prognose
Wat hebben Hippocrates en Sydenham gedefineerd voor de geneeskunde?
Hippocrates: ziekte wordt veroorzaakt door disbalans van bloed, lymfe, geel en zwart gal –> reason based upon observation
Sydemham: groeperen, determineren en classificeren van symptomen en ziektes –> moeilijk om een grens te trekken vanwege vele overeenkomsten
Wat zijn de 3 niveaus van medische gegevens?
- pathofysiologisch proces: processen die plaatsvinden in het lichaam maar je niet kunt zien, maar wel onderzoeken
- indirecte waarnemingen: de zichtbare symptomen die door het eerste niveau veroorzaakt worden (hoesten, koorts, ect.)
- ziektebeelden: overkoepelende term van bijpassende symptomen (symptomen kunnen overeenkomen tussen ziektebeelden)
Waarom wordt een diagnose ook wel een waarschijnlijkheids/differentiaal-diagnose genoemd?
Omdat er altijd een onzekerheidsfactor is door onzekere gegevens, ze zijn dus nooit zeker
Dit is pas bij pathologisch onderzoek (maar dan is iemand al dood)
Wat doe je bij het stellen van een diagnose?
Weten dat de beslissing om te handelen alsof de patiënt de ziekte heeft, niet zal veranderen door meer informatie
Met deze denkwijze kun je ook diagnoses uitsluiten
Wat is het stappenplan van klacht tot behandeling?
- afnemen anamnese en lichamelijk onderzoek (informatie verzamelen)
- vaststellen probleem en opstellen differentiaaldiagnose (wat is waarschijnlijk)
- aanvullend onderzoek (waarschijnlijkheid van DD vergroten/verkleinen)
- instellen behandelplan (welke therapie)
Wat is belangrijk om te doen als arts met gekregen gegevens?
Gegevens (onzekere) moet je goed interpreteren, wat leidt tot informatie
Als informatie wordt samengevoegd van veel patiënten (aggregatie) waardoor kennis ontstaat
Wat is het verschil tussen kwantitatieve en kwalitatieve gegevens?
- Kwantitatief: maat/getal, het is discreet en continu en het is daadwerkelijk te meten, objectief en minder onzeker
- Kwalitatief: subjectief, onzeker, in bepaalde vorm aanwezig (bijv. hoesten)
Wat is het verschil tussen een systematische of toevallige meetfout?
- Systematische: voortdurend hetzelfde, pakt voor iedereen gelijk uit, hoe kleiner hoe accurater, geen grote gevolgen
- Toevallige: veranderlijk, ene patiënt wel andere niet, hoe kleiner hoe preciezer, invloed op betrouwbaarheid (herhalingsnauwkeurigheid vaak toegepast)
Wat voor kennis heeft een arts?
- ongeveer 2 miljoen stukjes kennis
- georganiseerde kennis
- ervaren arts heeft scripts/prototypes
- onervaren arts heeft hypothetico-deductieve aanpak –> nieuwe gegevens met nieuwe info
- belangrijk om up-to-date te blijven
- bij 2 vd 3 patiënten dingen die hij niet weet –> 80% antwoord gevonden
Wat is een differentiaaldiagnose en vanuit welke denkwijzen kun je hem opstellen?
Lijst van alle mogelijke diagnoses, vaak een combinatie van denkwijzen:
- possibilistisch: al het mogelijke overwegen
- probabilistisch: alles wat waarschijnlijk is (>5% op de ziekte)
- prognostisch: alles met de slechtste prognoses
- pragmatisch: praktisch: behandelbare ziektes, of extra dingen uitsluiten bij 1 onderzoek (zeldzame dingen)
Wat is de werkdiagnose/hypothese en de alternatieven?
Meest waarschijnlijke ziektebeeld, met 4-6 alternatieven met een mindere waarschijnlijkheid (probeert deze uit te sluiten)
daarnaast een lijstje met onwaarschijnlijke alternatieven
en als laatst een lijst met uitgesloten ziektes
Wat kun je met de regel van Bayes?
De kans op een bepaalde ziekte bepalen gegeven het feit dat er een bepaald symptoom is die mensen ervaren, laat het feit dat mensen met de ziekte zonder de bijbehorende symptomen bestaan buiten beschouwing
Wat zijn de stappen van het bepalen van de regel van Bayes?
- bepalen prevalentie/voorafkans: aantal personen dat deze ziekte heeft (incidentie: nauwkeurigere vorm (tijdsgebonden))
- hoe vaak komt het symptoom bij de ziekte voor (soms geen symptomen)
- hoeveel mensen met het symptoom maar niet de ziekte (andere oorzaak symptoom)
ook belangrijk:
- hoeveel mensen hebben de ziekte en het symptoom
Wat is de formule van de regel van Bayes* en wat betekent de formule?
* geen directe hoofdrol, factoren wel belangrijk binnen de geneeskunde
P(Z|S) = ( P(Z) * P(S|Z) ) / ( (P(Z) * P(S|Z)) + ((1-P(Z)) * P(S|nZ)) )
P(Z|S) = kans op ziekte met een symptoom
boven de breuk: kans van mensen met de ziekte en het symptoom
onder de breuk: kans van mensen met het symptoom (wel en niet ziek)
P(S|Z) = kans symptoom mensen met ziekte (sensiviteit)
P(S|nZ) = kans symptoom mensen zonder de ziekte
Wat maakt de regel van Bayes in de praktijk lastig?
- prevalenties vaak onbekend
- prevalentie is anders voor verschillende artsen (huisarts vs. specialist)
- frequentie symptoom bij ziekte en frequentie bij niet-ziekte in populatie vaak onbekend
–> voor elke zieke patiënt ziet de huisarts er 3 niet (1/4 gaat maar bij dezelfde klachten naar de huisarts) - grote onzekerheden dus
Wat is aanvullend onderzoek?
Extra onderzoek dat buiten het lichamelijk onderzoek onder de anamnese valt (bijv. CT-scan)
Het is GEEN bewijs voor een ziekte, slechts een extra component
- ‘normale’ uitslagen bij zieken
- ‘afwijkende’ uitslagen bij niet-zieken
Waarom heb je bij elke test te maken met foutieve uitslagen en welke 2 soorten zijn er?
Door de onzekerheid
- fout-positieve uitslagen: niet-zieken die toch een te hoge waarde testen
- fout-negatieve uitslagen: uitslagen waarbij zieken normale waarden hebben
testen met een definiërend kenmerk heeft dit niet –> je hebt bijv. altijd bloedarmoede bij een laag gehalte aan Hb (zo heet dit eenmaal)