Geschiedenis - 2 B3 1e en 2e industriële revolutie Flashcards

(49 cards)

1
Q

Wat was de voorlopen van Monopoly en waarom had die minder succes?

A
  • The Landlord’s Game
    -> Monopoly wel hit, want TLG draait om samenwerking en M over kapitalisme, alleen werken (individualisme) en geld maken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Referentiekader van de eerste industriele revolutie

A
  • 1700-1939
  • West-Europa (begin), Wereldwijd (daarna)
  • economisch
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wie staat er op de eerste en wie op de tweede plaats van landen die het eerste industrie krijgen?

A

1 = Engeland
2 = Zuidelijk deel VKDN (België)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

referentiekader Adam Smith

A
  • 1776
  • Schotland
  • economie -> uitvinder van economische liberalisme = overal je producten kunnen naar sturen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat deed de productie in de textielsector stijgen? 4

A
  • vraagimpuls uit bevolk-impuls = meer kleren nodig
  • nieuwe uitvindingen in zowel spinnen als weven
  • thuisgebruik was te groot voor huisgezinnen
  • hout naar ijzer
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Uit wat spinnen ze de draad die later gebruikt wordt om te weven?

A

katoen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe werden kleren gemaakt?

A

katoen -> draad spinnen -> weven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat was de eerste verdere uitvinding en wanneer voor het weven? Welk voordeel?

A

Vliegende schietspoel uit 1733

+ hulpwever niet meer nodig = meer man = meer productie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat was de eerste verdere uitvinding en wanneer voor het spinnen? Waarom werd die uitgevonden?

A
  • Spinning Jenny uit 1764 = spinnen van de inslagdraad
  • 8 draden tegelijk (later zelf 100)
  • moet meer draden kunnen omdat het weven ook sneller gaat
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke nieuwe uitvinding en wanneer werd er gevonden voor het spinnen van de basisdraad?

A

Mule Jenny uit 1779

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat was de beste nieuwe uitvinding voor het weven en wanneer?

A

stoomweefgetouw uit 1785

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat was er zo goed aan het stoomweefgetouw uit 1785?

A

kan hele jaar door blijven draaien door de stoommachines

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waar stond de stoommachine voor het weven?

A

in een andere kamer omdat die veel rook uitstoten en daarmee ook hard stinken
-> verbonden met weefgetouw

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

referentiekader Lieven Bouwens

A
  • 1769-1822
  • Gent, België
  • economisch -> ondernemer
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wie was Lieven Bouwens?

A
  • held in Gent maar gehaat in andere landen (vooral Eng)
  • ingenieur: Vl naar Eng om mee te werken aan de Mule Jenny 1779
  • maar vees die uit elkaar en dan illegaal mee naar Gent gemokkeld => industriële spion
  • daarna mooie carrière als ondernemer (bv fabrieken laten bouwen)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is een voorbeeld van de haat van de Engelsen op Lieven Bouwens?

A

staken een pop van hem in brand, want ging met de eer van de Mule Jenny lopen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Waarom was Lieven Bouwens een slechte baas?

A

liet de arbeiders hard werken aan een laag loon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat was het beroep van Lieven Bouwens?

A

eerst ingenieur
later ondernemer bv fabrieken laten bouwen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Van waar kwam de aanbodimpuls voor de ijzerindustrie?

A
  • gebruikte de verbranding voor hout als energiebron maar hout geraakt op

-> gebruik steenkool (cokes) -> hogere temp dan hout => sneller smelten ijzer = hogere productie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Voor wat is de snellere en goedkopere gietijzer-productie nuttig? 3

A
  • gebruiksvoorwerpen
  • machine(onderdelen)
  • bouwwerken
21
Q

Hoe heette die brug uit ijzer die we gezien hadden in de les?

A

Brug nabij Coalbrookdale uit 1777 -> staat nu nog steeds
= de Iron Bridge

22
Q

Wat is een waterframe?

A

een machine die waterkracht verbindt met fabrieken

23
Q

Waarom is waterenergie niet mega handig?

A

Moet aan een rivier + is seizoensgebonden

24
Q

Wie voerde de waterframe in de textiel-industrie in?

A

Richard Arkwright

25
Wat voor een man was Richard Arkwright?
- arrogant => self-made man - ingenieur -> ondernemer (zoals Bouwens)
26
In welke industrie werd de stoomenergie gebruikt?
ijzer en textielindustrie
27
Hoe ontstond waterenergie?
Door de invoering van de Waterframe van R Arkwright
28
Hoe ontstond stoomenergie?
Door de invoering van de stoommachine van T Newcomen in mijnen + later de verbeterde versie van J Watt en M Boulton in allerlei toepassingen
29
Wat was er zo handig aan stoomenergie als je die vergelijkt met waterenergie?
Die is niet afhankelijk van een locatie
30
Wat was de stoommachine van T Newcomen
de enige functie was in mijnen om het water daaruit weg te pompen door een op en neer beweging
31
Hoe werkte de stoommachine van Watt en Boulton in 5 stappen?
1 - kolen: stoom creëren 2 - cilinder + schijf: stoom duwt de schijf omhoog 3 - stroom weglaten waardoor schijf terug daalt 4 - gevolg = hendel gaat op en neer 5 - wiel begint te draaien
32
Wat zijn de 2 toepassingen van de stoommachine?
1 - transport (bv stoomtrein of stoomboot) 2 - communicatie
33
Welke 4 dingen zorgde voor een sterke vooruitgang in transport en communicatie
- verharde landwegen - wegen- en stadstol daalt -> eengemaakte interne markt - kanalen met trekschuiten = bootjes die voortgetrokken worden door paarden - spoorwegen-netwerk
34
Welke eervolle vermelding kunnen we doen voor Be + VKDN?
Waren als 1 vd 1e vor sporennetten
35
Hoe was de bedrijfsorganisatie tijdens de eerste Industriële Revolutiegolf?
AR = Ancièn Regime (ME+VMT) vb ambacht binnen 1 familie + mag niet zelf kiezen (= economie zeer georganiseerd)
36
Wat was het probleem en de oplossing voor het Ancien Regime als bedrijfsorganisatie?
te beperkt + te veel gereglementeerd + praktisch probleem: machines te groot voor in huis
37
Hoe veranderde de bedrijfsorganisatie in de 1e IR? Welke 2 gevolgen had dat?
Thuisarbeid werd fabrieksarbeid: - gevolg1 = door arbeidsverdeling (sterke punjte hebben is die job) zorgt voor stijgende productie - gevolg 2 = kapitaalconcentratie (kapitaal = geld bij elkaar -> gaat niet meer -> naamloze venootschappen + investeringsbanken)
38
Wat zijn de naamloze venootschappen en de investeringsbanken die het 2e gevolg waren van de verandering naar fabrieksarbeid?
- NV = kapitaal van verschillende mensen die stukje winst krijgen - investeringsbanken = overheid die geld geeft/leent aan beginnende industrie
39
Wie startte het Société Générale?
Willem I
40
Hoe veranderde het overheidsbeleid?
van mercantilisme naar vrijemarkt-economie (A Smith)
41
Waarvoor zorgde Adam Smith voor in de verandering van het nieuwe overheidsbeleid?
geen inmening meer van de staat of overheid in de economie BEHALVE voor: - bescherming privébezit - basis-infrastructuur - steun beginnende industriën -> liet economie zijn eigen gang gaan
42
Wat staat er op de x-as en wat op de y-as bij de wet van vraag en aanbod?
x = hoeveelheid y = prijs
43
Waarom was Adam Smith en zijn economische liberalisme geen zegen voor iedereen?
Hij wou een zo kosteloze productie en liet daarom kinderen werken aan een laag loon, want die zijn klein en kosten minder
44
Welke factoren over de stijgende bevolking door de argrarische revolutie hebben geleid tot de industriële revolutie in Eng?
bevolking stijgt door argrarische revolutie = vooruitgang landbouw door bv betere werktuigen - stijgende vraag (meer producten nodig) - stijgende arbeidskrachten (meer mensen die kunnen werken)
45
Welke factoren over de nieuwe financiële technieken hebben geleid tot de industriële revolutie in Eng?
financiële technieken zoals bv beurs, bankbiljetten, aandelen, ... meer geld nodig om te investeren in industrie (fabrieken opbouwen, lonen, ...) = kapitaal
46
Welke factoren over de kolonies hebben geleid tot de industriële revolutie in Eng?
Eng veel kolonies = veel plantages en veel GRONDSTOFFEN = minder betalen want eigen grondstoffen -> overige doorverkopen en dat geld investeren in industrie - kapitaal (rijke klassen die investeerden in industrie) - grondstoffen
47
Welke factoren over het aspect eigen bodem hebben geleid tot de industriële revolutie in Eng?
-> Engeland veel eigen GRONDSTOFFEN zoals bv steenkool, ijzer, ...
48
Welke factoren over de verlichting hebben geleid tot de industriële revolutie in Eng?
- economisch liberalisme = vrije markt (vrijheid in handelen door A Smith) voordeel: meer producten/grondstoffen = meer uitvinden
49
Welke factoren over creatieve ideeën hebben geleid tot de industriële revolutie in Eng?
nieuwe machines uitvinden = TECHNISCHE VENIEUWING voordeel: veel wetenschappers = veel uitvindingen bv James Watt stoommachine