Gesprekken voeren Flashcards
(6 cards)
Effectief luisteren, aandachtig luisteren
- invloed van eigen achtergronden, overtuigingen en vooroordelen beperken
- zo onbevangen mogelijk opstellen
- niet alleen woorden, maar ook achterliggende bedoelingen en emotionele lading vast houden
- boodschap van de ander serieus nemen
- mening van de ander respecteren
- ander ruimte geven en niet te snel tot oplossingen willen komen
Aandachtig luisteren: gericht zijn op de patiënt e zijn verhaal en niet te veel bezig zijn met jezelf. dat doe je d.m.v. aandachtgevend gedrag (verbale en non-verbale gedragingen die bedoeld zijn om de ander vrijuit te laten praten en te stimuleren met zijn verhaal door te gaan)
Aandachtgevend gedrag, non-verbaal, verbaal
Non-verbaal:
- gezichtsuitdrukkingen
- oogcontact
- lichaamshouding
- afstand
Verbaal:
- kleine aanmoedigingen
- gebruik van stiltes
Vragen, functies, typen
Functies:
- ontbrekende informatie opvragen
- belangstelling tonen
- een praatje aanknopen
- iemand ruimte geven zijn verhaal te doen
- de ander meer of een ander inzicht geven
- stimuleren tot meer openheid
Typen:
- open vragen: grote vrijheid in antwoorden
- gesloten vragen: effectief als je weinig tijd hebt, als je snel nauwkeurige informatie nodig hebt/nadelen: i=eigen inbreng overheerst, vaak suggestief, patiënt gaat minder verantwoordelijkheid voelen
- aansluitende vragen: gesprek op gang houden en inventariseren
- suggestieve vragen: ander uit tent lokken, bepaalde richting sturen/nadelen: kunnen irritatie opwekken, betrouwbaarheid informatie wordt geringer
- samengestelde vragen: aantal vragen tegelijk, verwarrend
- waaromvragen: beweegredenen vragen/nadelen: kan bedreigend overkomen, schijnverklaringen
Parafraseren, wat is het, functies, kenmerken goede parafrase
In eigen woorden weergeven wat de ander net heeft gezegd.
Functies:
- belonende functie: ander weet dat er goed geluisterd wordt
- controlerende functie: controleren of je het goed hebt begrepen
- sturende functie: herhalen wat je denkt dat belangrijk is
Kenmerken goede parafrase:
- kort en specifiek
- gesteld in eigen, oorspronkelijke woorden
- veronderstellend van toon
- stem gaat aan het einde iets omhoog
- bevat geen enkele waardering van wat de ander heeft gezegd
Samenvatten, doel, wanneer gebruiken, regels goede samenvatting
Betrekking op langer deel van gesprek, weergave van de belangrijkste elementen.
Doel:
aanbrengen van structuur in wat de ander verteld heeft.
Gebruiken in gevallen:
- als je gesprek wilt ordenen
- als je gesprek wilt verhelderen
- als je wil nagaan of je goed begrepen hebt wat er gezegd is
- als je gesprek wilt sturen
Regels goede samenvatting:
- gebruik eigen woorden
- geef hoofdpunten weer
- eindig met een vraag
gevoel reflecteren, functie, voorwaarden
Weergeven van de emotionele ondertoon van wat er gezegd is.
Functies:
- betrokkenheid en begrip tonen
- ander stimuleren gevoelens te uiten en te accepteren, geeft gevoel van veiligheid
- controlefunctie, nagaan of je het gevoel juist hebt getaxeerd
Voorwaarden:
- herkennen van gevoelssignalen
- kiezen van de juiste woorden