Brainscape's Knowledge GenomeTM

Browse over 1 million classes created by top students, professors, publishers, and experts.


See full index

Blok Rood > Gyn - deel 1 > Flashcards

Gyn - deel 1 Flashcards

1
Q

Zwangerschapshypertensie diastole 90-95

A

A

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Zwangerschapshypertensie diastole 95-100

A

B

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Zwangerschapshypertensie diastole >100 (pre-eclampsie)

A

C

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Zwangerschapshypertensie met normoglykemie

A

A

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Tijdens zwangerschap daalt/stijgt Hb, hoe?

A

Daalt, fysiologisch. Door stijgen plasma

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Amnisure

A

Test op bepaald eiwit dat alleen in vruchtwater zit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Gebroken vliezen beleid, hoe lang afwachten

A

Max 72u

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Test start bevalling
Afkapwaarde
Waar zit het

A

Fibronectinetest (>50ngml)

Zit tussen decidua van uterus en vliezen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waar op letten bij toucheren

A

POVASI; portio, ontsluiting, vliezen, aard, stand, indaling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Fergusonreflex

A

Druk op cervix zorgt voor meer oxytocineafgifte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hodge 1

A

Bovenrand symfyse

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hodge 2

A

Onderrand symfyse

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hodge 3

A

Spinae ischiadicae

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hodge 4

A

Bekkenbodem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wanneer kraambedpsychose

A

Dag 3/4 na baring

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wanneer kraamvrouwentranen

A

Eerste 12-14dgn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wanneer postpartum depressie, oorzaak, behandeling

A

12-24wkn postpartum, slaapgebrek, slaapmedicatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Ademfrequentie baby

A

40-60x pm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Hartfrequentie baby

A

110-130x pm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Afvallen baby

A

8% normaal, na week 2 aankomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Temp baby

A

36,5-37,5

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wanneer plassen na baring

A

Binnen 24u

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wanneer poepen na baring

A

Binnen 48u

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Salpingitis

Wat voor pijn geeft dit?

A

Ontsteking eileiders

slingerpijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Opstootpijn
Hoe doe je dit?
Wat geeft het weer?

A

Vingers in achterste fornices, opgaande beweging. Oprekking cavum douglasi
Pijnlijk is peritoneum prikkeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Slingerpijn
Hoe doe je dit?
Wat geeft het weer?

A

Vingers in beide zijden portio, draaiende beweging rechts en links.
Pijnlijk is ontsteking eileiders

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Welke weken is vroeggeboorte

A

22-37wkn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

PPROM, afkorting en wat is het

A

Premature Prelabour Ruptering of Membranes

Prematuur gebroken vliezen zonder contracties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Belangrijkste risicofactor herhaling vroeggeboorte

A

Vroeggeboorte in VG

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Bij hoeveel mm verkorte cervix

A

<25mm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

Welke etniciteit veel en welke weinig vroeggeboortes

A

Veel: negroïde
Weinig: aziatisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
32
Q

Grens levensvatbaarheid

A

24 weken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
33
Q

IRDS
Afkorting
O/
B/

A

Infant Respiratory Distress Syndrome
O/ Surfactantproductie insuffiënctie en structurele onrijpheid longen
B/ glucocorticoïden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
34
Q

Periventriculaire leucomalacie

A

Zacht worden van witte stof naast ventrikels hersenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
35
Q

Intraventriculaire hemorragie, O/

A

Hersenbloeding, omdat autoregulatie in cerebrale vaten nog niet optimaal is, bij vroeggeboorte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
36
Q

ROP

A

Prematurenretinopathie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
37
Q

Myometrial quiescence

A

Relatieve inactiviteit myometrium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
38
Q

Welk hormoon wekt weeën op

A

Prostaglandines

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
39
Q

Welk hormoon weekt en verstrijkt cervix, hoe?

A

Metalloproteïnasen, degraderen collageen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
40
Q

Voorbereiding vroeggeboorte
Wat geef je moeder? Hoe vaak?
Waarom?

A

Corticosteroïdeninjecties (bethametason), twee giften met 24u tussen
Voorkomen van IRDS, intraventriculaire hemorragie en NEC

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
41
Q

Magnesiumsulfaat iv
Voor welke week zwangerschap geef je dat
Waarom?

A

<30wkn, neuroprotectie, reductie cerebral palsy

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
42
Q

Tocolyse, doel

A

Weeënremming, overplaatsing naar NICU centrum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
43
Q

Soorten tocolyse

In ieder geval de twee uit NL

A

Oxytocine-antagonisten (NL)
Calciumkanaalblokkers (NL)
Prostaglandine remmers
Beta-sympathicomimetica

44
Q

Belangrijkste oorzaak perinatale sterfte

A

Vroeggeboortes

45
Q

Preventief voorkomen vroeggeboorte volgende zwangerschap, cervixlengte meten wanneer?
Wat doen als <25mm?

A

16-24wkn

Cerclage

46
Q

Moment splitsing 1-3dgn

A

Bichoriale biamniotisch (66%)

47
Q

Moment splitsing 4-8dgn

A

Monochoriale biamniotisch (33%)

48
Q

Moment splitsing 8-13dgn

A

Monochoriale monoamniotisch (1%)

49
Q

Wat zie je op een echo bij bichoriale tweeling

A

Lambda sign

50
Q

Echo monochoriaal

A

T-sign

51
Q

Hyperemesis gravidarum, O/

A

Misselijkheid en braken, door snellere stijging hCG in 1e trimester

52
Q

Zwangerschapshypertensie, definitie

A

BD >140/90

53
Q

Pre-eclampsie

A

BD >140/90 + >300mg eiwit in urine

54
Q

Placenta praevia

A

Ligt voor ostium internum

55
Q

Gemiddelde zwangerschapsduren bichoriale tweeling (nulli-/multipara)

A

Nullipara: 36wkn
Multipara: 37+2wkn

56
Q

De weerstand in de a. umbilicalis neemt toe/af als placentafunctie afneemt

A

Toe

57
Q

Gemiddelde zwangerschapsduren monochoriale tweeling (nulli-/multipara)

A

Nullipara: 34+5wkn
Multipara: 36+2wkn

58
Q

Discordante groei, criteria

A

Gratacos criteria

  1. normale a. umbilicalis
  2. unequal sharing
  3. sterk wisselende bloedstroomprofielen
59
Q

TTS

Afkorting, ook wel?

A

Tweeling Transfusie Syndroom, ook wel

TOPS - Twin Oligohydramnion Polyhydramnion Sequence

60
Q

TTS, criteria

A

Quintero criteria

  1. aanwezige blaasvulling donor
  2. afwezige blaasvulling donor
  3. abnormale doppler metingen
  4. hydrops
  5. IUVD 1 of beide kinderen
61
Q

Vruchtwaterpocket Quintero stadium 1

A

Diepste <2cm bij donor, >8cm ontvanger

62
Q

TTS/TOPS, B/ (welke techniek)

A

Intra-uteriene lasercoagulatie, Solomon techniek

63
Q

TAPS, O/

A

Chronische anemie & polycythemie, kleine vasculaire anastomosen

64
Q

Meds zwangerschapshypertensie, mild (3), ernstig (2)

A

mild: oraal methyldopa, labetalol, nicardipine
ernstig: iv labetalol, nicardipine

65
Q

Waardes ernstige pre-eclampsie

A

> 110/>160

66
Q

Vroege pre-eclampsie, weken?

A

<34wkn

67
Q

Directe behandeling pre-eclampsie (2)

A

Labetolol (BD verlaging), magnesiumsulfaat

68
Q

HELLP

A

Hemolysis, Elevated Liver enzymes, Low Platelets

69
Q

Pre-eclampsie, 5 belangrijkste R/

A

nullipara, pre-eclampsie in VG, familieanamnese +, DM, aanwezigheid antifosfolipiden antilichamen

70
Q

Bevalling preterm (2)

A

Corticosteroïden (bethamethason)

Magnesiumsulfaat

71
Q

Behandelgrens; week & gewicht

A

24wkn, 500gram

72
Q

Pre-eclampsie, insult. Couperen? Profylaxe?

A

Niet couperen

Profylaxe: magnesiumsulfaat

73
Q

Pre-eclampsie of placentaprobleem, preventieve meds

Naam & waarom & welke weken

A

Dagelijks 80mg aspirine
Verbetert placentaire functie door vasodilatatie en remming trombo-aggregatie
Tussen 16-36wkn

74
Q

Fluxus; WHO & NL bloedverlies hoeveelheid

A

WHO: 500ml
NL: 1000ml

75
Q

Wereldwijd belangrijkste oorzaak maternale sterfte

A

Fluxus

76
Q

Fluxus, R/ (4)

A

Sectio, macrosomie, langdurige bevalling, epiduraal

77
Q

Fluxus, O/ (4)

A

Tonus, tissue, trauma, trobine

78
Q

Placenta accreta, definitie en risico

A

Placenta meer ingegroeid in baarmoederwand dan hoort, placenta laat lastig los

79
Q

Placenta praevia, definitie

A

Placenta ligt voor cervix

80
Q

Atone uterus, B/

A

uterusmassage

81
Q

Retentio placetae, B/ (3)

A

Bolus oxytocine
Controlled cord traction
OK

82
Q

Wat kan niet over de placenta? IgG of IgM

A

IgG kan wel over placenta, IgM niet

83
Q

Bloedgroep, universele donor

A

0, ery’s

84
Q

Bloedgroep, universele ontvanger

A

AB

85
Q

Plasma, universele donor

A

AB

86
Q

Protocol massaal bloedverlies

A

5eh ery’s, 5eh plasma, 1eh trombo

87
Q

Model van Lalonde (4)

A

Biologische factoren
Omgeving
Voorzieningen gezondheidszorg
Leefstijl

88
Q

SGA, definitie

A

Geboortegewicht, Small for Gestational Age

89
Q

Begrip voor post-terme zwangerschap

A

Serotiniteit

90
Q

Symfyse-fundushoogte, vanaf welke week, hoe?

A

Vanaf 20wkn, cm+4=aantal weken

91
Q

Uterus myomatosus

A

vleesboom

92
Q

Navelstreng, vene/arterie

A

een vene, placenta→foetus, zuurstofrijk

twee arteriën, foetus→placenta, zuurstofarm

93
Q

Doppler meting, welke drie arteriën

A

a. uterina
a. umbilicalis
a. cerebri media

94
Q

Pulsatiliteitsindex formule

A

PI = (Vsyst - Vdia) / Vgemiddeld

95
Q

pH baby ondervoed/prematuur

Laag/hoog pH? Hoe?

A

Laag pH; anaerobe verbranding → verzuring & lactaatvorming

96
Q

Amenorroeduur

A

Eerste dag van laatste menstruatie

97
Q

10wkn zwangerschap

Welke twee onderzoeken

A

Prenatale screening

NIPT

98
Q

Vanaf wanneer kan vlokkentest

A

Vanaf 11wkn

99
Q

Vanaf wanneer kan vruchtwaterpunctie

A

Vanaf 16wkn

100
Q

Down, wat te zien op GUO (3)

A

Korte femurlengte
Breed neusbotje
Ventriculomegalie in hersenen

101
Q

Down, welke afwijkingen vaak (3)

A

AVSD
Omfalocele
Oesophagusatresie

102
Q

Gewicht schatten bij biometrie met (3)

A

Hoofdomtrek
Buikomtrek
Femurlengte

103
Q

Asymmetrische groeivertraging, definitie en oorzaak

A 
Hoofdje normaal (brain sparing), buikomtrek gaat omlaag
Bij placenta-insufficiëntie
104
Q

Lage/hoge PI geassocieerd met placenta-insufficiëntie

A

Hoge PI

105
Q

Kraamvrouwenkoorts, verwekker

A

Groep A streptokok

106
Q

Twee bacteriën gevaarlijk voor baby met bevalling

A

E.Coli, Groep B streptokok

Blok Rood (10 decks)

Brainscape helps you reach your goals faster, through stronger study habits.
© 2024 Bold Learning Solutions. Terms and Conditions