H5 Flashcards

(17 cards)

1
Q

Wat betekent referentiekader?

A

“Een referentiekader is het geheel van persoonlijke waarden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de taak van een redactie?

A

“Een redactie is de groep mensen die de inhoud van een krant of programma bepaalt en is altijd op zoek naar nieuws.”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke vier manieren gebruiken redacties om nieuws te verkrijgen?

A

“1. Ze gaan zelf op zoek naar nieuws. 2. Ze lezen persberichten. 3. Ze kopen berichten van persbureaus. 4. Ze krijgen tips of informatie van personen.”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn selectiecriteria?

A

“Selectiecriteria zijn de regels die journalisten hanteren om te kiezen wat in het nieuws komt en wat niet.”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn vier selectiecriteria voor nieuws?

A

“1. De actualiteit. 2. De bijzonderheid van een gebeurtenis. 3. De nabijheid van een nieuwsfeit. 4. De doelgroep en het commerciële belang.”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waarom is actualiteit belangrijk voor nieuws?

A

“Nieuws is alleen nieuws als het actueel is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waarom komt iets in het nieuws als het bijzonder is?

A

“Als iets bijzonder is omdat het vreemd of onverwacht is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe beïnvloedt nabijheid het nieuws?

A

“Hoe dichterbij iets gebeurt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waarom speelt de doelgroep een rol bij nieuwsselectie?

A

“Redacties hebben een commercieel belang en willen zo veel mogelijk geld verdienen door nieuws dat hun doelgroep aanspreekt.”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is nepnieuws?

A

“Nepnieuws is nieuws waarvan de makers weten dat het niet waar is en het is bedoeld om politieke doelen te bereiken of om mensen op te lichten.”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is objectiviteit in de journalistiek?

A

“Objectiviteit is een beschrijving van gebeurtenissen die klopt met de werkelijkheid en niet gekleurd is door een eigen mening.”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn de vier criteria om objectief te blijven?

A

“1. Scheiding tussen meningen en feiten. 2. Passende woorden en beelden kiezen. 3. Hoor en wederhoor toepassen. 4. Meerdere bronnen gebruiken.”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat betekent hoor en wederhoor?

A

“Hoor en wederhoor betekent dat journalisten de verschillende partijen aan het woord laten.”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is het belang van meerdere bronnen?

A

“Eén bron is geen bron

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is selectieve perceptie?

A

“Selectieve perceptie is het feit dat iemand bewuste of onbewuste keuzes maakt bij het waarnemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hoe speelt selectieve perceptie een rol bij journalisten?

A

“Journalisten maken keuzes op basis van hun referentiekader

17
Q

Wat is het effect van een referentiekader op een journalist?

A

“Een journalist die bijvoorbeeld op GroenLinks stemt