H5 - Verzorgingsstaat Flashcards

(62 cards)

1
Q

Verzorgingsstaat

A

(Nederland)
De overheid bemoeit zich actief met de welvaart en het welzijn van haar inwoners
- solidariteit + gelijke kansen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welvaart

A

De mate waarin mensen over voldoende middelen beschikken om hun behoeften te vervullen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welzijn

A

De mate waarin mensen tevreden zijn over hun lichamelijke en geestelijke gezondheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Solidariteitsgedachte

A

In een groep of samenleving is er bereidheid om risico’s met elkaar te delen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Colectieve goederen/voorzieningen

A

Goederen waarvan niemand uitgesloten kan worden, ook niet degenen die er niet voor betalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

‘Free riders’

A

Mensen die niet bijdragen aan collectieve goederen maar er wel van profiteren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Functies verzorgingsstaat

A

Verzorgen
Verzekeren
Verheffen
Verbinden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Verzekeren

A

Verzekerd tegen verlies van inkomen

Socialezekerheidsstelsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Socialezekerheidsstelsel

A

Verzekert mensen van een inkomen bij werkeloosheid, ziekte, ouderdom of arbeidsongeschiktheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Verheffen

A

Talenten laten uitkomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Verbinden

A

Sociale cohesie

Door overheidsbemoeienis sociale ongelijkheid verkleind

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Sociale grondrechten

A

Niet afdwingbaar bij de rechter maar overheid moet er actief naar streven
- voldoende werkgelegenheid, bestaanszekerheid en spreiding welvaart, bewoonbaarheid land en bescherming+verbetering leefmilieu, volksgezondheid, voldoende woongelegendheid en maatschappelijke en culturele ontplooiing, goed onderwijs

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Sollicitatieplicht

A

Moet best doen om een baan te vinden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Plicht: premies verzekeringen betalen

A

.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Planeconomie

A

Gelijkheid (communisme + socialisme)
Communistische staatsopvatting
Geen particulier ondernemerschap
Overheid beheert productiemiddelen: grond, bedrijven kapitaal etc.
Doel: werk + opbrengst eerlijk verdelen
Nadeel: studeren voor hetzelfde verdienen?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Vrijemarkteconomie

A

Kapitalisme: vrijheid

Overheid grijpt niet actief in (minder solidariteit)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Verzorgingsstaten (Esping-Anderson)

A

Sociaaldemocratisch
Liberaal
Corporatisitisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Sociaaldemocratische verzorginsstaat (Scandinavische model)

A

Gelijkheid
Overheid: groot bij leveren van goederen en diensten
Groot stelsel sociale voorzieningen
Flexibele arbeidsmarkt
Hoge collectieve lastendruk + grote sociale zekerheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Liberale verzorgingsstaat (Angelsaksische model)

A

Eigen verantwoordelijkheid, particulier initiatief
Overheid: beperkt, zorgt voor goed ondernemingsklimaat
Markt: grote rol
Laag niveau sociale voorzieningen
Kleine collectieve sector: weinig premies

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Corporatistische verzorgingsstaat

A

(Mengeling sociaaldemocratisch x liberaal)
Bescherming van het gezin
Vrije markt ingeperkt:
Sterk ontwikkelde collectieve sector + sociale zekerheid
Harmonieuze samenwerking overheid, werkgeversorganisaties en vakbonden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Sociale partners

A

Vertegenwoordigers van de werknemers- en werkgeversorganisaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Doelstellingen gemengde markteconomie

A
  • evenwichtige arbeidsmarkt: door subsidies en voorrangsbeleid ondervertegenwoordige groepen op de markt helpen
  • rechtvaardige inkomensverdeling: door invoering wettelijk minimumloon en progressief belastingsstelsel (op basis van inkomen)
  • creëren van goede arbeidsvoorwaarden en arbeidsomstandigheden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Arbeidsverhoudingen

A

De manier waarop sociale partners met elkaar omgaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Sociaal economische raad (SER)

A

Werknemers- en werkgeversorganisaties en onafhankelijke deskundigen (Kroonleden) overleggen
- adviseert regering op sociaal en economisch gebied

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Collectieve arbeidsovereenkomst (cao)
Een overeenkomst tussen werkgevers en werknemers uit 1 bedrijfstak over de arbeidsvoorwaarden - algemeen verbindend: geldt voor alle werkgevers en werknemers in een bedrijfstak (door minister Sociale Zaken en Werkgelegenheid gedaan)
26
Harmoniemodel
Via onderhandelingen tot een overeenstemming komen
27
Conflictmodel
Belangtegenstellingen woren benadrukt
28
Het poldermodel
Het sluiten van compromissen tussen overheid, vakbonden en werkgevers
29
Doelen overheid gebied onderwijs
1. Ongelijkheid terugdringen - idereens talenten kansgeven 2. Hoogopgeleide beroepsbevolking - concurreren met het buitenland Verheffingsfunctie van de verzorgingsstaat
30
Onderwijsinspectie
Controleert alle onderwijsinstellingen - openbare scholen: opgericht door overheid, directe verantwoordelijkheid - bijzondere scholen: iniatief levensbeschouwelijke organisaties met particulier bestuur (mag shit eisen)
31
Kansenongelijkheid
Twee mensen met dezelfde kwaliteiten maar bvb laag en hoog opgeleide ouders : talent onderbenut
32
Scandinavische model
Leerlingen zo lang mogelijk bij elkaar (16/17) | Daarna pas theoretisch of praktijk onderwijs
33
Sociale zekerheidsstelsel
``` Soviale verzekeringen (verplicht) Sociale voorzieningen ```
34
Sociale voorzekeringen
Premies om te verzekeren tegen risico - werknemersverzekeringen - volksverzekeringen
35
Werknemersverzekeringen
Betalen: werkgevers+werknemers UWV (Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (opgericht door werkgevers en werknemersorganisaties - WW, WULBZ, WIA
36
WW
Werkeloosheidswet - werknemers onvrijwillig werkeloos - afhankelijk van aantal gewerkte jaren
37
WULBZ
Wet uitbreiding loondoorbetalingsplicht bij ziekte | - max 2 jaar, 70% door werknemers
38
WIA
Wet werken en inkomen naar arbeidsvermogen - gevolg langdurige ziekte - hangt af laatstverdiende loon en mate arbeidsongeschiktheid
39
Volksverzekeringen
Iedereen met inkomen betaald premie | - AOW, ANW, AKW
40
AOW
Algemene ouderdomswet - inkomensafhankelijk - omslagstelsel
41
ANW
Algemene nabestaandenwet | - afhankelijk inkomen achtergebleven partner
42
AKW
Algemene kinderbijslagwet | - ouders van kinderen <18
43
Sociale voorzieningen
Als mensen niet op sociale verzekeringen aanspraak maken | Betaald vanuit belastingsopbrengsten
44
Participatiewet
Boven 18 zelf in eigen bestaan voorzien | - door gemeente uitgevoerd
45
Bijstandsuitkering
Vangnet socialezekerheidsstelsel - algemene bijstand: minimumbedrag dat je maandelijks nodig hebt - bijzondere bijstand: ongewone extra kosten, sociale dienst bepaalt hvl
46
Participatiesamenleving
een samenleving waarin iedereen die dat kan verantwoordelijkheid neemt voor zijn of haar eigen leven en omgeving, zonder hulp van de (landelijke) overheid. - mensen moeten zelfstandiger zijn - bezuinigingen: collectieve voorzieningen betaalbaar houden - mantelzorg
47
Mantelzorg
De hulp die vanuit de directe omgeving door familie, buren en vrienden aan iemand wordt gegeven
48
Zorgverzekeringen
Zorgpremies: basisverzekeringen (+ aanvullende) | - inkomensafhankelijke bijdrage door middel van je loon
49
Eigen risico
Eerste ziektekosten zelf betalen | Doel: zorgpremies laag houden
50
Zorgverzekeraars: particulier
- marktwerking Voor: ziekenhuizen + zorgverzekeraars functioneren zelfstandiger Tegen: zorgverleners > slimme deals (beperkend)
51
Piramide van Maslow
5 basisbehoeften zelfrealisatie - erkenning en waardering - behoefte aan sociaal contact - veiligheid en zekerheid - lichamelijke behoeften
52
Arbeidsethos
De waarde die mensen aan arbeid toekennen - Calvijn (1509-1564): Arbeid adelt - Max Weber (1864-1902): Calvinisme droeg mee aan kapitalisme - verlichte denkers (Adam Smith, Karl Marx): arbeid = middel tot sociale mobiliteit
53
Recht op arbeid (1983)
Overheid moet zich inspannen om voor iedereen werkgelegenheid te scheppen
54
1983: grondwetswijziging
.
55
Arbeid = maatschappelijke plucht
Solidariteitsgedachte verzorgingsstaat
56
Sociale ongelijkheid
Wanneer welvaart, macht en maatschappelijke kansen ongelijk verdeeld zijn
57
Sociale privileges
Bepaalde voorrechten die het gevolg zijn van verschillen in welvaart en macht
58
Sociaal kapitaal
De mate waarin iemand beschikt over voordelige, ‘handige’ sociale connecties
59
Maatschappelijke positie
De plaats die je inneemt op de maatschappelijke ladder - economische factoren (beroep, vermogen) - politieke factoren (macht) - sociale factoren - culturele factoren : cultureel kapitaal
60
Cultureel kapitaal
Geheel van kennis, vaardigheden en opleidingen van een mens
61
Emancipatiebeleid
Gesubsidieerde banen en wettelijke regelingen stimuleren werkgevers om eerder sollicitanten uit bepaalde groepen in dienst te nemen (gehandicapten, chronische zieken etc)
62
Doel vakbewegingen
Belangenbarmhartiging van werknemers