HC8 Flashcards
(36 cards)
1
Q
Emile Durkheim zegt: ‘de samenleving is een gegeven: samenleving vraagt offers’. Wat bedoelt hij hiermee?
A
De samenleving bestaat nu eenmaal. Onderdeel uitmaken van de samenleving vraagt offers. We moeten moeite doen om aan die normen en wetten te voldoen. We zijn geneigd om egoïstisch gedrag te vertonen, maar het is de samenleving die ons in bedwang houdt. Het voldoen aan de eisen van collectief bewustzijn geeft identiteit
2
Q
Wat zijn volgens Durkheim de drie vormen van criminaliteit?
A
- Innovatie: Criminaliteit is normaal. Er moet innovatie zijn om de samenleving gaande te houden
- Bestraffing en transgressies bevestigt identiteit: Criminaliteit is functioneel. Dit zorgt ervoor dat de normen en wetten worden bevestigd
- Anomie: Criminaliteit is pathologisch. Nu is het niet meer gezond of normaal. Dit wordt een gevaar voor de samenleving.
3
Q
Wat zijn de kenmerken van anomie?
A
- Anomie treedt op bij een snelle overgang van mechanisch naar organisch of vice versa. Het is temporeel
- Regels van collectief bewustzijn zijn niet langer toereikend
- Collectief bewustzijn verzwakt
- Samenleving is onvoldoende een rem op individuele behoeften
- Veel transgressies die bovendien onbestraft blijven –> verzwakt collectief bewustzijn
4
Q
In welke soorten anomie kan (temporele) anomie onderverdeeld worden? Wat staat er centraal?
A
- Lokale anomie –> sociale desorganisatie. Dit is een standaard toestand, maar wel heel lokaal. Door lokale omstandigheden is er weinig collectief bewustzijn.
- Structurele anomie –> strain theorie. Temporele toestand. Collectief bewustzijn is de kern van het probleem
- Differentiële anomie –> sociale controle theorie. Niet iedereen is even sterk verbonden met de samenleving.
5
Q
Wat zegt Robert K. Merton over behoeften en middelen?
A
- Menselijke behoeften zijn niet louter natuurlijk (zoals dorst en trek): er zijn ook behoeften die minder makkelijk te vervullen zijn en die geen natuurlijke rem hebben.
- Cultuur bepaalt de behoefte: American Dream, egalitaire ideologie: Het idee dat als je naar Amerika komt, dat iedereen de doelen bereikt die hij wil bereiken. Hier zit geen natuurlijke rem op. Daar is eigenlijk nooit genoeg van; intrinsieke waarde van het volgen van de middelen
- Structuur bepaalt de middelen
6
Q
Geaccepteerde middelen komen onder druk (strain) te staan wanneer:
A
- Cultural imbalance: Cultuur sterk de nadruk legt op het verwerven van doelen. Het gaat om het einddoel. Je moet rijk worden en beter en meer geld etc.
- Cultural imbalance: Cultuur minder nadruk legt op intrinsieke waarde van geaccepteerde middelen, dus geen nadruk op dat je hard moet werken om succesvol te zijn, maar het gaat om succesvol zijn. Het gaat om het einddoel, maar niet om de middelen, dus als je het op criminele wijze hebt behaald, dan is dat prima.
- Structurele anomie: Cultuur als uitgangspunt hanteert dat culturele doelen voor iedereen bereikbaar zijn. Idee dat American Dream voor iedereen bereikbaar is.
- Structurele anomie: Sociale structuur de toegang tot geaccepteerde middelen beperkt voor personen in bepaalde maatschappelijke posities. De geaccepteerde middelen liggen niet voor iedereen voor het oprapen.
7
Q
Hoe ziet de cultural imbalance en de structurele anomie van de American Dream eruit?
A
- Cultural imbalance: sterke nadruk op monetair succes; minder waardering voor ‘hard werken’
- Structurele anomie: Rags to riches mentaliteit; verschillen tussen arm en rijk; verschillen tussen wit en zwart
8
Q
Merton zegt dat er een permanente toestand van anomie is. Leg dit uit.
A
Merton zegt: Zolang we de American Dream blijven najagen, zolang het niet boeit hoe je de middelen gebruikt om het doel te bereiken en zolang er niets verandert in Amerika, hebben we te maken met een permanente toestand van anomie.
9
Q
Messner en Rosenfeld komen met institutionele anomie. In Amerika zijn alle instituties ondergeschikt gemaakt aan de regels van de economie. Geef voorbeelden
A
- Devaluatie: geringschatting van alles wat niet met geld te maken heeft, bv. huisman/vrouw vs advocaat
- Accomodatie: niet-economische sectoren worden langs een economische maatstaf gelegd, bv. studenten als output van universiteiten.
- Penetratie: economische doelen verdringen andere doelen, bv. American Dream, commercialisering religieuze feesten
10
Q
Wat heeft het marxisme en de kritische criminologie te zeggen?
A
- Mensen zijn niet goed of slecht
- Menselijk gedrag wordt bepaald door de samenleving (materialisme)
- Niet maatschappelijke normen, maar arbeidsverhoudingen zijn doorslaggevend. Maatschappij is de reden voor criminaliteit. Gedrag wordt bepaald door de samenleving waarin ze leven.
11
Q
Wat valt er te zeggen over de sociale klassen in het kapitalisme?
A
- Kapitalisten bezitten productiemiddelen
- Arbeiders bezitten enkel hun arbeid
- Lompen proletariaat: surplus populatie arbeiders
12
Q
Hoe ziet de criminaliteit eruit in de verschillende sociale klassen?
A
- Kapitalisten: Wet instrument onderdrukken proletariaat (instrumenteel marxisme); ideologische dominantie (structureel marxisme): criminalisering excessen, criminaliteitsindustrie
- Arbeiders: Competitie om schaarse arbeidsplaatsen: ze zijn inwisselbaar, je bent niet speciaal, je bent te vervangen
Vals bewustzijn: de schuld van hun toestand wordt naar een andere bevolkingsgroep (bv. vluchtelingen) geschoven en niet naar kapitalisten, die eigenlijk de oorzaak zijn - Lompen proletariaat: Surplus populatie arbeiders: ze zijn overbodig geworden, dus ze gaan criminaliteit plegen –> criminele klasse
13
Q
Wat kan de kritische criminologie/marxistische criminologie zeggen over misdaad en straf?
A
- Dit is het product van het systeem van sociale ongelijkheden. Het systeem is deels zo opgesteld zoals het is, om de status quo zo te houden.
- Middel om sociale ongelijkheden te creëren en in stand te houden –> man/vrouw, wit/zwart, arm/rijk, intersectionaliteit
- Kritisch op gebruik van administratieve gegevens voor criminologisch onderzoek –> kritisch op de administratieve gegevens die uit dat systeem komen, zoals politiegegevens, want degene met de macht bepalen wat strafbaar is en wat niet. Daardoor krijg je niet de juiste visie op criminaliteit, omdat er al een bias is
14
Q
Een voorbeeld van de kritische criminologie is dat veel mensen in de gevangenis zitten voor drugs, maar er is een verschil tussen crack cocaïne en poeder cocaïne. Leg uit.
A
De straf voor crack cocaïne is veel hoger dan de straf voor poeder cocaïne. Poeder cocaïne wordt vooral gebruikt door rijke, witte mensen en crack cocaïne meer door zwarte mensen. Bepaalde bevolkingsgroepen worden disproportioneel hard gestraft door de war on drugs en dat zijn de zwarte mensen. Deze groep heeft steeds minder middelen om de doelen te bereiken, waardoor ze meer criminaliteit plegen. Dit is een typische manier om bepaalde groepen op hun plaats te houden
15
Q
Wat zijn de kenmerken van Merton’s Strain theorie?
A
- Er is een chronische staat van anomie –> American Dream: Nadruk op materiële welvaart, minder waarde aan legitieme middelen
- Sommige groepen ervaren strain: Culturele doelen zijn niet voor iedereen realiseerbaar; discrepantie tussen doel en middelen veroorzaakt strian
- Reacties op strain (structurele positie)
- Macrotheorie
16
Q
Wat zijn de 5 opties die mensen kunnen hebben bij de straintheorie van Merton?
A
- Conformeren
- Innoveren
- Ritualisme
- Terugtrekken
- Rebellie
17
Q
Wat houdt conformeren in?
A
- Meest voorkomende strategie (anders is er geen stabiele samenleving mogelijk)
- Acceptatie van doelen en middelen, ookal blijven doelen hiermee buiten bereik
- Uitbreiden van middelen: Nemen van een tweede baan
- Verlagen van doelen: Onderscheid tussen ideale doelen en realistische verwachtingen __. weten dat ze waarschijnlijk nooit miljonair zullen worden
18
Q
Wat houdt innoveren in?
A
- Het accepteren van doelen, verwerpen van middelen
- Leidt tot de meeste vormen van economische criminaliteit
- Straatcriminaliteit maar ook witteboordencriminaliteit
- Het voortbestaan van succesvolle vormen van innovatie vergroot de anomie binnen een samenleving, omdat conformisten overstappen naar innovatie. Succesvolle innovatie zorgt ervoor dat conformisten ook gaan overstappen naar innovatie, want de conformisten doen hun best om het met goede middelen te doen, terwijl andere mensen meer succesvol zijn en geen goede middelen gebruiken
19
Q
Wat houdt ritualisme in?
A
- Culturele doelen verwerpen, maar middelen accepteren
- Volgens het boekje
20
Q
Wat houdt terugtrekken in?
A
- Culturele doelen en middelen verwerpen
- Dropouts, alcoholici, drugsverslaafden, zwervers
21
Q
Wat houdt rebellie in?
A
- Nieuwe doelen, nieuwe middelen
- Meer gekarakteriseerd door deviantie i.p.v. criminaliteit
- Collectieve strategie
- Studentenbeweging, Hippies, Punks, anti-globalisten, fundamentalisten
22
Q
Wat zijn de elementen van de strain theorie?
A
- Object: Criminaliteit van groepen binnen de samenleving
- Explanans: Strain, relatieve deprivatie
Structureel maatschappelijke toestand. Strain in de samenleving, als groep
Geen psychologische toestand. Het is niet een gevoel van frustratie van iemand zelf - Explanandum: Deviant gedrag, waaronder crimineel gedrag op welk moment in elke (Westerse) samenleving
23
Q
Wat is de kritiek op de strain theorie van Merton?
A
- Niet mogelijk om criminaliteit van de middenklasse te verklaren
- Andere doelen dan het verkrijgen van geld of status worden genegeerd
- Onduidelijk waarom slechts bepaalde individuen over gaan tot criminaliteit
24
Q
Cloward en Ohnlin hebben Merton’s strainmodel genomen en dat iets veranderd. Zo kan er bij innoveren conflict en criminaliteit zijn. Wat houdt conflict hier in?
A
Bij innoveren accepteren ze de doelen, maar niet de middelen, dus ze zoeken naar andere middelen. Als dit niet illegale middelen zijn, dan komt het tot conflict. Dit zijn bv. street gangs. Ze hebben geen mogelijkheden, geen structuur om die doelen te bereiken. Ze gaan hun eigen status hiërarchie maken. Er is contstant conflict tussen de groepen en de samenleving, maar er is geen crimineel gedrag.
25
Robert Agnew kwam met de general strain theorie. Wat houdt deze theorie in?
- Adolescenten streven verschillende doelen na
- Adolescenten streven korte termijn doelen na --> ze zijn niet bezig met de American Dream, maar meer met kan ik deze sneakers kopen, vinden mensen mij leuk etc.
- Meerdere typen strain --> structureel maatschappelijke strain, maar ook kleine problemen
- Microniveau
- Negatieve relaties met anderen
- Relaties waarin de persoon niet behandeld wordt zoals die behandeld zou willen worden: 1. blokkeren van gewaardeerde doelen --> naar de volgende klas willen, maar je cijfers zijn niet goed genoeg
2. Verwijderen van bereikte gewaardeerde doelen --> telefoon afgepakt
3. Presenteren van negatieve stimuli --> gepest worden
26
De General Strain Theory van Agnew hanteert twee manieren van coping. Welke en wat valt eronder?
- Niet delinquente coping: Aanwezigheid van alternatieve doelen, zelfredzaamheid, intelligentie, sociaal netwerk, sterke sociale controle, angst voor straf, geen toegang tot criminele mogelijkheden
- Delinquente coping: Lage zelfcontrole, delinquente vrienden, eerdere ervaringen met (uitblijven van) straf
27
Delinquente coping is waarschijnlijk als:
- De ervaren strain hoog is
- De ervaren strain als onrechtvaardig wordt gezien: als je gestraft wordt voor iets dat je niet hebt gedaan of als jij harder wordt gestraft voor iets dan iemand anders ookal gaat het om hetzelfde feit
- De strain gepaard gaat met een verlaging van sociale controle bv. verstoorde band ouders/school
- Delinquente coping een aantrekkelijk alternatief vormt, bv. terugvechten
28
Hoe ontstaat criminaliteit volgens de general strain theorie in een paar woorden?
Van negatieve ervaringen naar negatieve emoties naar criminaliteit
29
Waarom zijn er zoveel theorieën? Er zijn verschillen in:
- Object
- Explanandum
- Verklaringsniveau
- Ervaren kennisprobleem
- Mensbeeld/maatschappijbeeld
- Toetsingsmogelijkheden
- Tegensprekende bronnen
- Specialisatie
- Fragmentatie
30
Hoe ziet een geïntegreerde theorie eruit van sociale controle en strain?
- Sociale controle hoog, motivatie hoog: delinquentie laag
- Sociale controle laag, motivatie hoog: delinquentie hoog
- Sociale controle hoog, motivatie laag: Delinquentie afwezig
- Sociale controle laag, motivatie laag: delinqueentie laag
31
Wat zijn de bezwaren van tegenstanders van integratietheorie?
- Theorieën met tegenstrijdige premissen zouden niet verenigbaar zijn bv. leertheorieën (Waarom overtreedt iemand de regel?) en controle theorieën (waarom houdt iemand zich aan de regel?)
- Boodschappenlijstjes en vaag geformuleerde theorieën: theoretische competitie verplicht tot duidelijk formuleren premissen en hypothesen
- Complexe, moeilijk toetsbare modellen: veel variabelen, zelden allemaal gemeten in een enkele dataset
- Geïntegreerde theorieën vormen weer extra theorieën
32
Wat zijn de assumpties, onderzoeksvraag, verklaringen, strain, overige belangrijke begrippen en het verklaringsniveau van de Strain (structurele anomie) theorie van Merton?
- Assumpties: Economisch succes is een universeel doel (motivatie)
- Onderzoeksvraag: Waarom overtreden mensen de maatschappelijke normen?
- Verklaringen: Discrepantie tussen culturele doelen en geïnstitutionaliseerde middelen --> strain. Vijf mogelijke reacties op strain, innoveren leidt tot de meeste vormen van (economische) criminaliteit.
- Strain: Blokkeren van gewaardeerde doelen (American Dream); economisch van aard
- Overige belangrijke concepten: Culturele disbalans --> nadruk op het doel, niet op de middelen; structurele anomie: egalitaire ideologie, maar in de praktijk is niet iedereen gelijk
- Verklaringsniveau: Macro
33
Wat zijn de assumpties, onderzoeksvraag, verklaringen, strain, overige belangrijke begrippen en het verklaringsniveau van de General Strain theorie van Agnew?
- Assumpties: Culturele doelen zijn verschillend (leeftijd, kort vs. lange termijn) (motivatie)
- Onderzoeksvraag: Waarom overtreden mensen de maatschappelijke normen?
- Verklaringen: Negatieve relaties met anderen, relaties waarin de persoon niet behandeld wordt zoals die behandeld zou willen worden.
1. Blokkeren gewaardeerde doelen
2. Verwijderen bereikte gewaardeerde doelen
3. Presenteren negatieve stimuli
Economisch en sociaal
- Strain: Het ervaren van strain (negatieve ervaringen) kan leiden tot negatieve emoties (woede, frustratie, ontevredenheid, depressie, angst) wat via coping leidt tot criminaliteit
- Overige belangrijke concepten: Coping: delinquente vs niet-delinquente.
Delinquente coping is waarschijnlijker als: de strain hoog is, gezien als onrechtvaardig, gepaard gaat met een verlaging van sociale controle en als het een aantrekkelijk alternatief is
- Verklaringsniveau: Micro
34
Wat zijn de uitgangspunten, assumpties, verklaringen, strain, overige belangrijke begrippen en de duur van de (temporele) anomietheorie van Durkheim?
- Uitgangspunt: Samenleving als rem op individuele behoeften
- Assumpties: Collectief bewustzijn is gericht op: conformisme (organische samenleving), regulatie (mechanische samenleving, integratie samenleving als rem op individuele behoeften (collectief bewustzijn)
- Verklaringen: Collectief bewustzijn brengt rechten en plichten maar ook verwachtingen en verwachtingen brengen daardoor criminaliteit/deviantie tot stand
- Strain: Bij snelle verandering van regels is het collectieve bewustzijn niet meer passend op de daadwerkelijke situatie
- Overige belangrijke concepten: -
- Duur: Tijdelijke toestand van anomie
35
Wat zijn de uitgangspunten, assumpties, verklaringen, strain, overige belangrijke begrippen en de duur van de strain (structurele anomie) theorie van Merton?
- Uitgangspunt: Samenleving creëert individuele behoeften
- Assumpties: Amerikaanse/Westerse cultuur is gericht op het verkrijgen van materieel succes
- Verklaringen: Materieel succes van onbevredigbare behoeften, daardoor vormt de samenleving geen rem op gedrag (anomie) (collectief bewustzijn is zelfs aanjager) en komt criminaliteit/deviantie tot stand
- Strain: Culturele disbalans --> nadruk op het doel, niet op de middelen
Structurele anomie: egalitaire ideologie, maar in de praktijk is niet iedereen gelijk
- Overige belangrijke concepten: Groepen in de samenleving die een discrepantie ervaren tussen doel en de beschikbare middelen ervaren strain
- Duur: Voortdurende toestand van anomie
36
