Hoe wordt informatie verwerkt door neuronen? Flashcards

1
Q

12 Hoe wordt informatie verwerkt door neuronen?

A

Hangen af van aantal transmitterbindende receptoren en hoeveelheid vrijkomende
neurotransmitter
Individuele neuronen hebben een synaptische input van vele andere neuronen; stimuleren of
inhiberen;
- Excitatorische post-synaptisch potentiaal = EPSP  positieve lading  Na+ instroom
- Inhibitorende post-synaptisch potentiaal = IPSP  negatieve lading  Cl- instroom
* K+ vloeit uit de cel, Cl- vloeit in de cel; Cl- kanalen domineren
Hoe dichter bij de axonheuvel, des te meer invloed de synaps heeft; dichtheid van de Na+ kanalen
neemt toe
AP genereren; som van alle EPSP en IPSP is de doorslaggevend factor
Bijdrage individuele synapsen; grootte van postsynaptische stroom en afstand tot axonbasis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

12 Temporale summatie

A

opgetelde EPSP’s na elkaar van 1 synaps

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

12 Spatiale summatie

A

opgetelde EPSP’s en IPSP’s van meerder synapsen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

12 Uiteindelijke impulsfrequentie

A

is het resultaat van evaluatie van alle EPSP en IPSP

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

12 Synapsen

A

op cellichaam zijn belangrijker dan op dendrieten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

12 Leerproces

A

synapsen worden dominant  stijging van Ca2+ influx

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly