Homo Digitalis Hoofdstuck 3 Flashcards
(35 cards)
1
Q
approfondir
A
verdiepingen
2
Q
déclaration de revenus
A
belastingaangift
3
Q
encombrant
A
omslachtig
4
Q
d’autre part
A
daareentegen
5
Q
partiel
A
gedeeltelijk
6
Q
contourner
A
omspringen
7
Q
coton-tige
A
wattenstafje
8
Q
la boîte à gants
A
handschoenenkastje
9
Q
généralement
A
doorgaans
10
Q
initialement
A
aanvankelijk
11
Q
amateur de
A
verzot op
12
Q
révolution
A
de omwenteling
13
Q
je l’ai fait avant
A
ik haalde het eerder al eens dan
14
Q
sociétés de service publique
A
nutsbedrijf
15
Q
le poteau
A
de paal
16
Q
se dépêcher
A
hasten
17
Q
sans aucun doute
A
helemaal geen sprake
18
Q
déploiement mondial
A
wereldwijd uitrol
19
Q
adopter, accueillir
A
omarmen
20
Q
non fondé
A
ongegrond
21
Q
prendre soin,soulager
A
ontfermen
22
Q
tuant
A
moordend
23
Q
idiot
A
suf
24
Q
rare
A
zeldzaam
25
soulager
ontlasten
26
externalisé
uitbesteden
27
mettre la barre plus haut
de lat een pak hoger leggen
28
ramer avec les rames
roeien met de riemen
29
un bordel, une boule de noeuds
wirwar aan koterijen
30
le lien, la connexion
de schakel
31
ludique
spelenderwijs
32
acquérir
verwerven
33
tout sauf
allesbehalve
34
très nécessaire
broodnodig
35
recueillir, collecter
vergaren
