HOOFDSTUK 1 Flashcards

(25 cards)

1
Q

samengestelde stof

A

een stof die uit meerder elementen bestaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

binair zout

A

ionverbinding die uit twee verschillende elementen bestaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

zuivere stof

A

een stof die bestaat uit één soort deeltjes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

moleculeverbinding of moleculaire stof

A

samengestelde stof die uit meerdere verschillende niet-metaalatomen bestaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

rook

A

een heterogeen mengsel van vaste deeltjes verspreid in een gas

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

homogeen mengsel

A

een mengsel waar van je de componenten niet visueel kunt onderscheiden (het mengsel is helder en je kan door het mengsel kijken)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

neutraliteitsregel

A

in de formule van een zout moet de som van alle positieve ionladingen gelijk zijn aan de som van de negatieve ionlading

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

grof of vast mengsel

A

een heterogeen mengsel van vaste stoffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

enkelvoudige stof

A

een stof die uit één element (of één atoomsoort) bestaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

ionverbinding

A

samengestelde stof die opgebouwd is uit ionen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

emulgator

A

een stof die ervoor zorgt dat een emulsie stabiel blijft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

emulsie

A

een heterogeen mengsel van twee vloeistoffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

ternair zout

A

ionverbinding die uit drie verschillende elementen bestaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

neerslag

A

de vaste deeltjes die in een suspensie bezinken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

niet-metaal

A

enkelvoudige stof die uit identieke niet-metaalatomen bestaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

heterogeen mengsel

A

een mengsel waarvan je de componenten wel visueel kan onderscheiden (het mengsel is troebel en je kan niet door het mengsel kijken)

17
Q

suspensie

A

een heterogeen mengsel van een vaste stof in een vloeistof

18
Q

molecule

A

het kleinste deeltje van een stof (moleculaire stof) dat nog dezelfde eigenschappen vertoont als de stof

19
Q

ammoniumzout

A

ionverbinding waarbij het metallisch ion vervangen is door een ammoniumion

20
Q

componenten (bestanddelen)

A

de verschillende stoffen die in een mengsel zitten

21
Q

oplossing

A

een homogeen mengsel van opgeloste stoffen in een vloeibaar oplosmiddel

22
Q

schuim

A

een heterogeen mengsel van gasdeeltjes verspreid in een vloeistof

23
Q

nevel

A

een heterogeen mengsel van vloeistofdeeltjes verspreid in een gas

24
Q

legering

A

een homogeen mengsel van metalen

25
metaal
enkelvoudige stof die uit identieke metaalatomen bestaat