Hoofdstuk 1: Superdiversiteit Flashcards

(39 cards)

1
Q

Drie soorten landen gebaseerd op inkomen

A
  1. High-income countries: >80% van bevolking in stedelijk gebied
  2. Upper-middle-income countries: 50-80% van bevolking in stedelijk gebied
  3. Low to lower-middle-income countries: meerderheid woont in landelijk gebied
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Cities

A

Minstens 50 000 inwoners
Bevolkingsdichtheid van min 1500 mensen/km2
Bebouwingsdichtheid van meer dan 50% bebouwd gebied
45% van de bevolking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Towns

A

Minstens 5 000 inwoners
Bevolkingsdichtheid van min 300 mensen/km2
35% van de bevolking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Villages

A

Minder dan 5 000 inwoners
20% van de bevolking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Grootsteden

A

Steden met 100 000 inwoners
Meer dan helft van de wereldbevolking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Metropolen

A

Steden met meer dan 1 000 000 inwoners

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Steden in Vlaanderen

A

13 centrumsteden (1/4 Vlaamse bevolking)
Twee grootsteden: Antwerpen en Gent (1/8 van Vlaamse bevolking)
Elf regionale steden: Aalst, Brugge, Genk, Hasselt, Kortrijk, Leuven, …

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Sociale desorganisatie-theorie

A

Theorie die stelt dat er verschillende zones zijn in een stad: centrale zone, fabrieken zone, zone of transition, …
Verlies aan sociale controle als gevolg van migratie en verstedelijking
Zone of transition: plaats waar veel kans is op criminaliteit en deviant gedrag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Superdiversiteit

A

Nieuwe fase in migratiehistoriek en demografie
Immigratiesamenleving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Post-multiculturalisme

A

Reactie tegen multiculturalisme want we verliezen dominante meerderheid uit oog
Vertovec: verantwoordelijkheid ligt niet alleen bij mensen die binnenkomen, maar ook bij ons (meerderheid betrekken)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Multiculturalisme

A

Promotie van tolerantie, respect voor collectieve identiteiten en groepen (vooral specifieke focus op identiteit van migranten en etnische minderheden)
Veel kritiek begin 21ste eeuw: kiem van extremisme en terrorisme

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Drie voordelen van multiculturalisme

A
  1. Groep representeren bij lokaal of nationaal beleid
  2. Instituties herstructureren naar pluralistische provisie en dienstverlening
  3. Maatregelen nemen om gelijkheid, respect en tolerantie te promoten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Drie manieren waardoor er druk op/verzet tegen multiculturalisme kwam

A
  1. Veranderende aard van globale migratie
  2. Veranderende spanningen in formatie van naties
  3. Slechte socio-economische omstandigheden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Drie gevolgen van verzet multiculturalisme

A
  1. Afbreken sociaal systeem
  2. Etnische spanningen
  3. Groei van extremisme en terrorisme
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Acht kritieken op multiculturalisme volgens Vertovec

A
  1. Marginalisatie van minderheden
  2. Verdeel-en-heers strategie
  3. Gemeenschap wordt benaderd als vaststaand, terwijl die veranderlijk is
  4. Meer aandacht voor cultuur dan voor socio-economische deprivatie
  5. Persistente aanwezigheid van discriminatie en racisme in samenleving
  6. Diepe en blijvende ongelijkheid onder etnische minderheden
  7. Kritiek op etnische minderheden zelf gericht
  8. Drang om eigen culturen, tradities en eigen identiteit te behouden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Marginalisatie van minderheden

A

Binnen de groep waar al aandacht aan wordt besteed, zijn er nog altijd andere minderheden die over het hoofd worden gezien → bevinden zich aan de rand en voelen zich niet thuis

17
Q

Verdeel-en-heers strategie

A

We spelen bepaalde groepen tegen elkaar uit en sommige groepen krijgen meer mogelijkheden dan anderen

18
Q

Belgische migratiegeschiedenis

A

1945: aantrekken gastarbeiders (Polen, Italianen) voor heropbouw
Golden Sixties: werkmogelijkheden die mensen die hier woonden niet wilden doen → nog meer gastarbeiders van overal naar hier
1974: immigratiestop
‘70-‘80: veel gastarbeiders worden immigranten en laten families overkomen

19
Q

Oorzaken scharniermoment naar superdiversiteit (jaren 1990)

A

Verdere gezinshereniging, versnelde globalisering, asielaanvragen
1989: val Berlijnse muur → migratie uit Oost-Europa + uitbreiding EU met nieuwe lidstaten

20
Q

Le croissant pauvre

A

Achterstandswijken
Mensen uit Noord-Afrika en nieuwkomers (zonder papieren)

21
Q

Territoriale seggregatie

A

Mensen werken minder samen omdat ze voelen dat hun buurten gestigmatiseerd zijn en ze denken alles zelf te moeten doen
Minder organisatie van bovenuit in deze buurten omdat er bv. amper toerisme is → organisationeel gebrekkig + er wordt veel doorgeschoven naar buurtopbouwwerk

22
Q

Superdiversiteit: een kwantitatieve breuk

A

Majority-minority cities: steden waar de meerderheid van de bewoners uit een brede waaier van minderheden bestaat

23
Q

Superdiversiteit: een kwalitatieve breuk

A

Basispatroon van migratie veranderde: van mensen uit een klein aantal landen van herkomst naar een klein aantal gastlanden naar mensen uit een zeer groot aantal landen van herkomst naar een zeer groot aantal gastlanden → diversiteit in de diversiteit

24
Q

Diversiteit in de diversiteit

A

Enorme hybriditeit in achtergronden van migranten: meer nationaliteiten, meertaligheid, groei religieuze diversiteit, transnationalisme, diversiteit in migratiemotieven, verblijfsstatuten, sociaal-economische positief en tussen gemeenschappen
→ concept ‘nationaliteit’ wordt in vraag gesteld: wat betekent het nog?

25
Negen uitdagingen waarmee we ons moeten bezighouden
1. Geraken we eindelijk voorbij het wij-zij denken 2. Erken toenemend belang van transnationale realiteiten 3. Pak de (gekleurde) armoede (eindelijk) (écht) aan 4. Maak van integratie opnieuw een positief burgerschap-verhaal 5. Stimuleer Nederlands vanuit erkenning van meertaligheid 6. Werken aan herverdeling én erkenning 7. Werken aan structuur én cultuur 8. Superdiversiteit vraagt interculturalisering van opleidingen en beroepen 9. Superdiversiteit, welke toekomstscenario's?
26
Uitdaging 1: Geraken we eindelijk voorbij het wij-zij denken?
Eigen aan superdiversiteit: wij-zij denken Zorgt voor onvoldoende (h)erkenning van complexe realiteit Doel: 'wij-zowel-als-zij denken' + van 'of/of-denken' (of Belg of migrant) naar 'en/en-denken' (en Belg en migrant)
27
Klassieke asssimilatietheorie
Proces waarbij etnische minderheidsgroepen zich aanpassen aan de normen en waarden van de meerderheidsgroep Verwerpt dubbele etnische identiteit → past niet bij superdiversiteit
28
Uitdaging 2: Erken toenemend belang van transnationale realiteiten
Migratie is fundamenteel veranderd van definitief afscheid (communicatietechnologie, snelle goedkope mobiliteit) Transnationaliteit: leven in één land én tegelijk ook elders
29
Uitdaging 3: Pak de (gekleurde) armoede (eindelijk) (écht) aan
Structurele armoede is heel erg gelinkt aan migratie (amper maatschappelijke reactie op) 12% autochtone Belgen onder armoedegrens, 52% Marokkaanse gezinnen, >1/3 Turkse en Oost-Europese gezinnen
30
Uitdaging 4: Maak van integratie opnieuw een positief burgerschap-verhaal
Burgerschap-verhaal: burgers worden effectief als volwaardig burger gezien Puur statistisch is er geen meerderheid meer, maar de macht behoort nog steeds tot de witte 45-65 jarige hetero man Open/verdoken assimilatie-beleid: iedereen mag zogezegd meedoen, maar onder onze voorwaarden Convivaliteit
31
Convivaliteit
Verwijst naar de wijze waarop individuen met diverse culturele achtergronden met elkaar samenleven in superdiverse steden, waarbij diversiteit als een doodnormaal en alledaags gegeven wordt beschouwt dat nauwelijks nog opgemerkt wordt
32
Uitdaging 5: Stimuleer Nederlands vanuit erkenning en meertaligheid
Nederlands stimuleren, maar we leven de facto in meertalige steden (meer dan 100 in Brussel) Meertaligheid noodzakelijk in frontlinie en zorgberoepen, ligt politiek heel gevoelig Doel: meertaligheid koesteren en vanuit die erkenning Nederlands aanleren
33
Uitdaging 6: Werken aan herverdeling én erkenning
Herverdeling: versterking sociaal-economische positie vanuit benadering van de andere als gelijke (~ongelijkheid) Erkenning: waardering van verschil in culturele posities en erkenning van fundamentele verschillen (~identiteit)
34
Uitdaging 7: Werken aan structuur én cultuur
Bestrijden van structurele achterstelling (armoede, arbeidsmarkt, …) én werken aan cultuur zonder te culturaliseren Etnisch-culturele elementen als kracht, maar ook drempel erkennen Van cultuur-sensitief naar divers-sensitief
35
Uitdaging 8: Superdiversiteit vraagt interculturalisering van opleidingen en beroepen
Frontlinieberoepen (onderwijs, zorg, …) werken meer dan ooit in en met diversiteit Nood aan (verdere) interculturalisering
36
Uitdaging 9: Superdiversiteit, welke toekomstscenario's?
Superdiversiteit is een feitelijke ontwikkeling, op zichzelf niet goed of slecht, hangt af van hoe we er mee omgaan Scharniermoment: roept nieuwe vragen op of plaatst oude vragen over migratie/integratie in een nieuwe context Angst en vernedering of hoop en empowerment
37
Scenario 1: Angst en vernedering?
Wij-zij-denken blijft wederzijds dominant Groeiende gekleurde armoede, werkloosheid en ongelijkheid Wederzijdse polarisering → Superdiversiteit als sociale tijdbom
38
Scenario 2: Hoop en empowerment
Superdiversiteit groeit uit tot een evidente realiteit Ruimte voor en erkenning van meervoudige identiteiten, emancipatie en sociale stijging → Toekomst van steden ligt niet in (verdere) polarisatie, maar in mobilisatie van de superdiversiteit van alle bewoners
39
Vier kritieken op superdiversiteit
1. Het is slechts één manier om (etnisch-culturele) diversiteit te benaderen 2. Vaak is de ene visie/benadering ontwikkeld als reactie op een andere 3. Benaderen diversiteit louter positief, te weinig aandacht voor structurele ongelijkheid 4. Activistische benaderingen: intersectionaliteit, post-kolonialisme