Hoofdstuk 16 - zenuwstelsel Flashcards

(12 cards)

1
Q

delen van centraal zenuwstelsel

A
  • grote hersenen: twee helften
  • kleine hersenen: achteronder grote hersenen
  • hersenstam: tussen grote hersenen en ruggenmerg
  • ruggenmerg: loopt door wervelkolom
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

delen van hele zenuwstelsel

A
  • centraal zenuwstelsel: in schedel en wervelkolom
  • perifereer zenuwstelsel: zenuwen door lichaam
  • animaal zenuwstelsel: regelsysteem voor bewuste acties en reflexen
  • autonoom zenuwstelsel: regelsysteem voor onbewuste functies

aangestuurd via hypothalamus en hypofyse

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

zintuigcentra & bewegingscentra

A
  • zintuigscentra: gezichts-, gehoor-, reuk-, smaak- en gevoelscentrum waarin impulsen terechtkomen
  • bewegingscentra: waaruit impulsen naar spieren lopen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

animale functies van hersenen

A
  • bewust zijn
  • geheugen
  • concentratie
  • wil
  • denken
  • waarneming: verwerking van info uit zintuigen
  • opwekken van impulsen in bewegingscentra
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

functies kleine hersenen

A
  • coördinatie van spierbewegingen
  • handhaving van lichaamshouding
  • herstellen van evenwicht/balans van lichaam
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

functies van hersenstam

A
  • regeling van ademhaling (autonoom)
  • reflexen, gevoel, beweging van hoofd/hals via hersenzenuwen
  • geleiding van impulsen tussen ruggenmerg en hersenen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

3 typen zenuwcellen

A
  • gevoelszenuwcel: geleidt impulsen van zintuig naar centraal zenuwstelsel
  • schakelzenuw: geleidt zenuwen tussen zenuwcellen
  • bewegingszenuwcel: geleidt impulsen van centrale zenuwstelsel naar spieren/klieren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

gevoelszenuwcel

A

geleidt impulsen van zintuig naar centraal zenuwstelsel
- 1 lange uitloper: dendriet, ontvangt impuls van zenuwscel
- cellichaam ligt in ruggenmerg/hersenstam
- korte uitloper: axon, komt binnen aan rugzijde.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

schakelzenuw

A

geleidt zenuwen tussen zenuwcellen
- liggen geheel in centrale zenuwstelsel
- maakt contact met andere zenuwcellen via synapsen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Bewegingszenuwcel

A

geleidt impulsen van centraal zenuwstelsel naar spier/klier
- korte uitlopers: dendriet, ontvangt impulsen van schakel- of gevoelszenuwen via synapsen
- cellichaam gelegen in buikzijde
- 1 lange uitloper: axon, maakt door eindplaatjes contact met spier/klier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

reflexboog van hoofd/hals

A
  1. zintuigcel
  2. gevoelszenuwcel
  3. schakelcel in hersenstam
  4. bewegingszenuwcel
  5. spiervezel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

reflexboog van romp/ledermaten

A
  1. zintuigcel
  2. gevoelszenuwcel
  3. schakelcel in ruggenmerg
  4. bewegingszenuwcel
  5. spiervezel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly