Hoofdstuk 3 Flashcards
Goldstein (46 cards)
Perceptie
- Ervaringen die voortkomen uit stimulatie van de zintuigen.
- Kunnen veranderen als gevolg van nieuwe informatie
- Wordt gebruikt bij probleemoplossing en redeneren
- Dynamische processen die komen kijken bij onze acties en onze acties
ondersteunen
Inverse projection problem definitie
een enorm aantal mogelijke objecten kan
worden geassocieerd met een bepaald beeld op het netvlies;
Inverse projection problem voorbeelden
- De afbeelding die op het retina valt als je bv. naar een boek kijkt is
ambigue -> de vierkante omtrek van het boek, kan door veel andere
objecten gemaakt worden (trapezium bv.). - Het probleem dat het visuele systeem de 3D structuur van objecten moet bepalen op basis van 2D projecties.
Viewpoint invariance (constantie);
het vermogen om een object te
herkennen van verschillende gezichtspunten (voor, achter, zijkant).
Mensen kunnen dit wel wanneer ze maar een klein deel zien, computers niet.
Bottom-up verwerking
Omvat alle informatieverwerking die begint met stimulatie van de receptoren en wat via het centrale zenuwstelsel in de hersenen terecht komt.
-> Alle sensorische ervaringen vallen onder bottom-up verwerking
Top-down verwerking;
Processen die beginnen bij de hersenen (de top) van
het pereceptuele proces.
-> De kennis die een persoon van de omgeving heeft, de verwachtingen
van personen, en de aandacht voor een bepaalde stimuli -> zijn nodig
voor top-down informatieverwerking.
Belangrijk voor objectherkenning
de context waar het object zich in bevindt (is belangrijk voor…)
Objectherkenning bij mensen; kijken vooral naar…
lichaamskenmerken en dan met name naar gezichtskenmerken (de context)
Spraak segmentatie;
Mensen die kennis van een bepaalde taal hebben kunnen horen wanneer een woord eindigt en wanneer er een nieuwe begint.
-> Zonder de kennis van die taal (bottom-up). Andere perceptie (een continuous sound signal) dan iemand die de taal wel kent (individuele woorden) (top-down).
Direct pathway model;
Volgens dit model ontstond pijn wanneer receptoren in de huid (nociceptoren), gestimuleerd worden en dan hun signalen in een directe weg vanaf de huid naar de hersenen sturen.
Direct pathway model; bottom-up of top-down?
Dit is bottom-up want het proces hangt af van de stimulatie van receptoren.
Placebo-effect;
Als patiënten geloven dat de stof effect zal hebben patiënten verwachten minder pijn daadwerkelijke afname pijn.
Modern onderzoek heeft aangetoond dat pijn beïnvloedt kan worden door (3):
- Wat de persoon verwacht
- Waar de persoon zijn aandacht naar richt
- En of afleidende stimuli aanwezig zijn.
Helmholtz
Onderzoeker/wetenschapper …:
Theorie van de onbewuste gevolgtrekking; Sommige van onze
percepties komen voort uit onbewuste aannames die we maken over de omgeving.
Het likelihood principle (waarschijnlijkheidsprincipe); def en van wie?
Helmholtz: ‘We perceive the object that most likely caused the pattern of stimuli we have received.’
Dit oordeel over wat het meest waarschijnlijk is rust op onbewuste gevolgtrekking = onze percepties zijn het resultaat van onbewuste, snelle assumpties of gevolgtrekkingen die we maken over de omgeving.
gestaltpsychologen over ‘ervaring’
Ze vonden dat de totale ervaring verklaard kon worden door het combineren van basic elementen van ervaring (sensaties).
o De gestalt theorie vond dat het echter niet simpelweg het ‘adding up’ van sensaties was.
Gestaltpsychologen stelden een aantal principes van perceptuele organisatie op die een indicatie moesten geven van hoe elementen uit de omgeving georganiseerd worden en samengevoegd worden: (3)
- Principe van de goede continuïteit;
- Principe van ‘pragnanz’/simpliciteit;
- Principe van overeenkomstigheid;
(Gestalt)Principe van de goede continuïteit;
Punten die wanneer ze met elkaar verbonden worden resulteren in rechte of subtiel kronkelende lijnen worden gezien als bij elkaar horend. Ook objecten die overlapt worden door andere objecten worden gezien als doorlopend achter het overlappende object.
(Gestalt) Principe van ‘pragnanz’/simpliciteit;
Elke stimuluspatroon wordt op een manier gezien dat de resulterende structuur zo simpel als mogelijk is.
-> We zien het symbool van de Olympische Spelen als 5 cirkels, niet als 9 stukjes.
(Gestalt) Principe van overeenkomstigheid;
Gelijk uitziende objecten worden bij elkaar geplaatst. Dit dient als hulpmiddel om objecten in de omgeving te definiëren.
Gestaltpsychologen over perceptie (kern)
Ze realiseerden zich dat perceptie meer is dan activatie van receptoren.
Wertheimer
Onderzoeker/Wetenschapper:
beschrijft de gestaltprincipes als “intrinsieke wetten” en dat impliceert dat ze in het systeem zijn ingebouwd (aangeboren)
komt overeen met het idee van de gestalt psychologen = dat ervaring perceptie kan beïnvloeden, maar dat de rol van ervaring klein is in vergelijking met de rol van bovengenoemde principes Dit verschilt dus met het likelihood principe van Helmholtz, wat berust op de kennis die we hebben van de omgeving.
Principes van perceptuele organisatie VS Likelihood principe –> Ervaring/Aangeboren
- Principes van perceptuele organisatie: aangeboren, niet erg afhankelijk van ervaring
- Likelihood principe: erg afhankelijk van ervaring
Moderene cognitieve psychologen over perceptie
Meer moderne cognitieve psychologen hebben het idee geïntroduceerd dat
perceptie beinvloedt wordt door onze kennis van regelmatigheden in de omgeving. Er zijn twee soorten regelmatigheden: