hoofdstuk 3: de koude oorlog Flashcards

(65 cards)

1
Q

kapitalistische wereld

A

een economisch systeem waarin privé-eigendom en ondernemerschap de belangrijkste drijvende krachten zijn, en waar vraag en aanbod de prijzen op de markt bepalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

communistische sovjet-unie

A

een politieke en economische ideologie die streeft naar een klasseloze, staatloze samenleving waar de productiemiddelen collectief bezeten zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

USSR

A

unie van socialistische sovjet republieken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

multipolaire wereld

A

verschillende landen in de wereld kunnen als grootmacht beschouwd worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

conferenties van Jalta en Potsdam

A

conferenties tijdens WOⅡ waar de geallieerden bijeen kwamen om afspraken te maken rond het naoorlogse europa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

bipolaire wereld

A

waar er in de hele wereld maar 2 landen grootmachten zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

containmentpolitiek

A

het communisme en de macht van de SU moesten ingedamd/ingedijkt worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

het ijzeren gordijn

A

in eerste instantie gewone landsgrenzen (buiten bij Duitsland) , later een streng en bewaakte grens met wachttorens, mijnenvelden, prikkeldraad, …

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Oostbloklanden

A

de gebieden tussen het ijzeren gordijn en de SU

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

trumandoctrine

A

elk land met communistische invloedssferen moet geholpen worden (economische en financieel) door Amerika
–> om anti-communistisch te worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

proxy wars

A

bondgenoten van de grootmachten bevechten elkaar of 1 van die grootmachten, maar de twee grootmachten komen niet rechtstreeks met elkaar in conflict, ze mengen zich door het leveren van hulp (wapens, economisch,…)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

het marshallplan

A

een economisch herstelprogramma voor Europa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

COMECON

A

een economisch samenwerkingsverband dat echter inhield dat de deelnemende landen (Oost-Europese onder controle van de US, Cuba, Mongolië en Vietnam) onder andere de planeconomie moesten invoeren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

NAVO

A

= Noord Atlantische Verdrags Organisatie
het is een verdedigingsalliantie met wederzijdse verplichtingen, maar ook rechten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

WARSCHAUPACT

A

is een gelijkaardige militaire samenwerking gelijk de NAVO

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

4 bezettingszones Duitsland

A
  1. Groot-Brittannië
  2. Frankrijk
  3. de VS
  4. de SU
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

de blokkade van West-Berlijn

A

staling wou dit als straf voor de westelijke geallieerden
de stroomvoorziening werd afgeschakeld, wegen en spoorwegen werden gesloten / geblokkeerd door SU leger
= West-Berlijn helemaal afgesloten van de wereld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Duitse Bondsrepublie

A

= BDR
= West-Duitsland
een democratie met als hoofdstad Bonn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Duitse democratische republiek

A

= DDR
= Oost-Duitsland
een communistische totalitaire marionettenstaat van de SU

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

de Berlijnse muur

A

een symbool van de koude oorlog
Scheiding tussen West en Oost Berlijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

atoombommen

A

kernwapen
heel krachtig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

wapenwedloop

A

zoveel mogelijk en zo zwaar mogelijke wapens ontwikkelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Mutual assured destruction

A

= gegarandeerde wederzijdse vernietiging
beide grootmachten gebruiken hun atoomwapens enkel ter afschrikking en intimidatie uit angst om in een atoomconflict elkaar volledig te verwoesten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

second strike capability

A

in het geval van een aanval moet je zeker de mogelijkheid en capaciteit hebben om een tegenaanval te lanceren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
waterstofbom
de krachtigste atoombom
26
het militair industrieel complex
een vervlechting van militaire, industriële en politieke belangen de VS had bijna een permanente oorlogsindustrie die zijn invloed op politiek wil laten gelden
27
missile gap
een (denkbeeldig) tekort aan (nucleaire) raketten
28
wapenbeheersingsverdragen
zijn internationale overeenkomsten die tot doel hebben het ontwikkelen, testen, plaatsen of gebruiken van wapens te beperken vb. het non-proliferatieverdrag en de SALT-akkoorden
29
non-proliferatieverdrag
= een multilateraal akkoord hield in dat enkel de permanente leden van de Veiligheidsraad kernwapens mocht hebben
30
SALT-akkoorden
= bilateraal akkoord = tussen de VS en de SU met als doel het terugdringen van het aantal strategische wapens en het voorkomen van een nucleaire wapenwedloop
31
multilateraal akkoord
een akkoord waarbij verschillende landen zich aan binden
32
bilateraal akkoord
een akkoord tussen 2 landen
33
Agent orange
een ontbladeringsmiddel gebruikt in Vietnam
34
de Vietcong
het communistische bevrijdingsleger in Zuid-Vietnam tijdens de Vietnamoorlog
35
Woodstock en de Summer of Love
--> culturele revolutie Woodstock = het iconisch muziekfestival = symbool van een vreedzaam protest en culturele expressie Summer of love = gekenmerkt door een zoektocht naar spirituele verlichting, gelijkheid en non-conformisme
36
Hippies
leden van een tegenculturele beweging die opkwam in de Verenigde Staten in de jaren zestig en zeventig
37
tegencultuurbeweging
brede sociale beweging die zich kenmerkte door een afwijzing van conventionele normen en waarden, en een alternatieve levensstijl
38
Amerikaanse burgerrechtenbeweging
= bloeide in de jaren '50 en '60 --> was een revolutionaire periode die de koers van de Amerikaanse geschiedenis veranderde
39
Martin Luther King
geloofde in een geweldloos verzet als middel om raciale ongelijkheid te bestrijden
40
Civil rights act
dit verbied discriminatie van ras, huidskleur, religie, geslacht en afkomst
41
Voting rights act
hierbij werd het verboden voor Amerikaanse staten om wetgeving aan te nemen die kiezers op raciale basis benadeeld
42
Malcolm X
- een charismatische en controversiële leider - hij pleitte voor zwarte trots, zelfverdediging en separatisme - hij had een hardere aanpak
43
Rosa Parks
een symbool van verzet toe ze weigerde haar zitplaats in een bus aan een blanke passagier af te staan
44
Black lives matter
een hedendaagse beweging die aandacht vestigt op de diepgewortelde systematische ongelijkheden en onrechtvaardigheden waarmee zwarte gemeenschappen wereldwijd worden geconfronteerd heeft het bewustzijn vergroot over kwesties zoals politiegeweld, massale opsluiting,...
45
institutioneel racisme
betekent dat de processen, het beleid en de (geschreven en ongeschreven) regels van instituten leiden tot structurele ongelijkheid tussen mensen met verschillende achtergronden, huidskleur of religie
46
Nikita Chroesjtsjov
opvolger van Stalin hij wilt de strijd met de VS op een andere manier uitvechten.
47
vreedzame co-existentie
communisme en kapitalisme kunnen volgens hem , een tijd, naast elkaar blijven bestaan --> zwakke systeem zal het dan uiteindelijk wel begeven
48
de space race
een competitie tussen de VS en de SU tijdens de Koude Oorlog, waarin beide landen streden om de superioriteit in de ruimtevaart te bewijzen
49
Joeri Gagarin
de eerste ruimtevaarder die een baan rond de aarde zou maken alvorens behouden terug te keren
50
NASA
de ruimtevaartorganisatie van de VS --> doel: zet een mens op de maan
51
Armstrong
1 van de eerste mensen op de maan
52
boycotten
Het is een manier om druk uit te oefenen op een persoon, organisatie of land, vaak om hun beleid of gedrag te veranderen hierbij uit politieke protesten
53
satellietstaten
de staten die rechtstreeks of onrechtstreeks on,der Sovjetcontrole stonden
54
Leonid Brezjnev
opvolger Chroesjtsjov 1ste prioriteit: Rode leger weer een afschrikwekkend leger maken
55
56
de Praagse Lente
een periode van acht maanden in Tsjecho-Slowakije, van januari tot augustus 1968, waarin het land onder leiding van Alexander Dubček probeerde een meer democratisch en liberale vorm van socialisme te realiseren (= socialisme met een gezicht). Deze periode werd uiteindelijk onderdrukt door een invasie van Warschaupacttroepen
57
akkoorden van Helsinki
= is tussen de Europese landen, VS en de SU een deel van dit akkoord ging over mensenrechten, andere delen gingen over samenwerking op het gebied van economie, wetenschap, technologie, milieu, veiligheidsvraagstukken en humanitaire zaken
58
Human rights watch
strijd voor mensenrechten en is in nasleep van de akkoorden gesticht om de SU te controleren of ze de akkoorden naleven later ook America Watch
59
Ronald Reagan
Amerikaanse president --> roept de USSR ui tot "empire of evil"
60
Moedjahedin
groep Afghaanse strijders die worden bewapend door de VS --> hebben strijd tegen de USSR
61
Lech Walesa
leider van de nieuwe partij "solidariteit" in Polen --> kan het communisme in het land verslaan
62
Mikaïl Gorbatsjov
hij streeft naar een politiek van glasnost en perestrojka
63
glasnost
openheid / duidelijkheid
64
perestrojka
verandering / hervorming
65
Boris Jeltsin
winnaar van de eerste vrije verkiezingen in de USSR leider van de radicale hervormers