hoofdstuk 3: de koude oorlog Flashcards
(65 cards)
kapitalistische wereld
een economisch systeem waarin privé-eigendom en ondernemerschap de belangrijkste drijvende krachten zijn, en waar vraag en aanbod de prijzen op de markt bepalen
communistische sovjet-unie
een politieke en economische ideologie die streeft naar een klasseloze, staatloze samenleving waar de productiemiddelen collectief bezeten zijn
USSR
unie van socialistische sovjet republieken
multipolaire wereld
verschillende landen in de wereld kunnen als grootmacht beschouwd worden
conferenties van Jalta en Potsdam
conferenties tijdens WOⅡ waar de geallieerden bijeen kwamen om afspraken te maken rond het naoorlogse europa
bipolaire wereld
waar er in de hele wereld maar 2 landen grootmachten zijn
containmentpolitiek
het communisme en de macht van de SU moesten ingedamd/ingedijkt worden
het ijzeren gordijn
in eerste instantie gewone landsgrenzen (buiten bij Duitsland) , later een streng en bewaakte grens met wachttorens, mijnenvelden, prikkeldraad, …
Oostbloklanden
de gebieden tussen het ijzeren gordijn en de SU
trumandoctrine
elk land met communistische invloedssferen moet geholpen worden (economische en financieel) door Amerika
–> om anti-communistisch te worden
proxy wars
bondgenoten van de grootmachten bevechten elkaar of 1 van die grootmachten, maar de twee grootmachten komen niet rechtstreeks met elkaar in conflict, ze mengen zich door het leveren van hulp (wapens, economisch,…)
het marshallplan
een economisch herstelprogramma voor Europa
COMECON
een economisch samenwerkingsverband dat echter inhield dat de deelnemende landen (Oost-Europese onder controle van de US, Cuba, Mongolië en Vietnam) onder andere de planeconomie moesten invoeren
NAVO
= Noord Atlantische Verdrags Organisatie
het is een verdedigingsalliantie met wederzijdse verplichtingen, maar ook rechten
WARSCHAUPACT
is een gelijkaardige militaire samenwerking gelijk de NAVO
4 bezettingszones Duitsland
- Groot-Brittannië
- Frankrijk
- de VS
- de SU
de blokkade van West-Berlijn
staling wou dit als straf voor de westelijke geallieerden
de stroomvoorziening werd afgeschakeld, wegen en spoorwegen werden gesloten / geblokkeerd door SU leger
= West-Berlijn helemaal afgesloten van de wereld
Duitse Bondsrepublie
= BDR
= West-Duitsland
een democratie met als hoofdstad Bonn
Duitse democratische republiek
= DDR
= Oost-Duitsland
een communistische totalitaire marionettenstaat van de SU
de Berlijnse muur
een symbool van de koude oorlog
Scheiding tussen West en Oost Berlijn
atoombommen
kernwapen
heel krachtig
wapenwedloop
zoveel mogelijk en zo zwaar mogelijke wapens ontwikkelen
Mutual assured destruction
= gegarandeerde wederzijdse vernietiging
beide grootmachten gebruiken hun atoomwapens enkel ter afschrikking en intimidatie uit angst om in een atoomconflict elkaar volledig te verwoesten
second strike capability
in het geval van een aanval moet je zeker de mogelijkheid en capaciteit hebben om een tegenaanval te lanceren