Hoofdstuk 3 - Gewaarwording - Les 3

Question 1

Waarom kunnen we gewaarwording een bottom-up proces noemen?

Answer 1

De zintuigelijke waarnemingen gaan naar de hersenen

Question 2

Wat zijn hier de top-down processen?

Answer 2

Alles wat de hersenen doen met de binnengekomen informatie

Question 3

Wat is het McGurk-effect?

Answer 3

Onze zintuigen werken niet onafhankelijk van elkaar, maar beïnvloeden elkaar

Question 4

Wat is gewaarwording?

Answer 4

De opname van de stimulus uit de omgeving, die stimulus word vertaalt naar elektrische en chemische signalen en wordt naar de hersenen gestuurd.
Verder wordt er niets mee gedaan

Question 5

Wat is waarneming?

Answer 5

Verwerking + interpretatie van de stimulus door de hersenen

Question 6

Wat zijn de 5 klassieke zintuigen volgens Aristoteles

Answer 6

1. zicht
2. gehoor
3. reukzin
4. tastzin
5. smaak

Question 7

Wat is een zintuig?

Answer 7

Iets waarvoor een eigen receptor bestaat, waarvoor hersengebieden bestaan die informatie verwerken

Question 8

Wat is licht?

Answer 8

Elektromagnetische straling

Question 9

Hoe bewegen de elektrisch geladen deeltjes?

Answer 9

Ze trillen / oscilleren traag of snel afhankelijk van de golflengte

Question 10

Wat is een lange golflengte?

Answer 10

De deeltjes bewegen traag op en neer

Question 11

Wat is een korte golflengte?

Answer 11

De deeltjes bewegen snel op en neer

Question 12

Wat is het zichtbaar spectrum?

Answer 12

Het deel van de lichtstralen in het heelal dat wij kunnen waarnemen. We zien slechts een fractie van alles: 400 - 700 nm

Question 13

Wat is lichtintensiteit?

Answer 13

Hoeveelheid fotonen per tijdseenheid

Question 14

Hoe kan de lichtintensiteit zich gedragen?

Answer 14

1. Reflectie
   2a. Gaat over transparant voorwerp
   2b. veranderen van richting (refractie)
2. Absorptie

Question 15

Welke lichtbronnen kennen we?

Answer 15

• Zon
• Zelf gemaakt
• Druk op ogen
• Elektrische stimulus van de cortex

Question 16

Hoe verschillen lichtstralen? En wat bepaald dit?

Answer 16

Qua golflengte, dit bepaald de kleur

Question 17

Wat is de prisma shift?

Answer 17

Wanneer het beeld de retina bereikt is het beeld ondersteboven en in spiegelbeeld.
De omkering zal door de hersenen gecorrigeerd worden

Question 18

Wat is het belang van de retina?

Answer 18

De retina is een dun weefselblaadje aan de achterkant van de oogbol en bevat +/- 127 miljoen lichtgevoelige receptoren die de energie omzetten in elektrochemische signalen van het (transductie)
7m kegeltjes + 120m staafjes

Question 19

Wat zijn kegeltjes?

Answer 19

Kegeltjes zijn verantwoordelijk voor de perceptie van kleur. Ze vereisen sterk licht en detecteren niet bij een lage intensiteit
De concentratie kegeltjes is het grootst in het centrale gedeelte van de retina (fovea)

Question 20

Wat zijn staafjes?

Answer 20

Staafjes zijn verantwoordelijk voor het zien van beweging, hiervoor is een lage intensiteit nodig, hun concentratie is het grootst ROND de fovea (parafovea)

Question 21

Uit welke 3 delen bestaat de retina?

Answer 21

• Visuele receptoren (onderaan)
• Horizontale cellen
• Ganglioncellen

Question 22

Wat zijn de visuele receptoren?

Answer 22

Kegeltjes + staafjes

Question 23

Wat zijn de horizontale cellen?

Answer 23

bipolaire + amacriene cellen

Question 24

Wat doen de Ganglioncellen?

Answer 24

Comprimeren de informatie van de 127 miljoen cellen naar 1 miljoen signalen

Question 25

Wat is de blinde vlek?

Answer 25

Een deel van het visueel veld dat niet wordt waargenomen

Question 26

Wat is lateraliteit?

Answer 26

duidt op de verschillen in specialisatie van beide hersenhelften

Question 27

Wat bedoelen we met contralaterale projecties

Answer 27

Wat we zien met het linkeroog wordt verwerkt in de rechterhemisfeer, het omgekeerde geld voor het rechter oog

Question 28

Hoe communiceren de twee hersenhelften met elkaar

Answer 28

Corpus callosum

Question 29

Wat bedoelen we met split brain?

Answer 29

Beschadigd corpus callosum | In vroeger tijden werd het corpus callosum wel eens doorgesneden bij iemand die last had van hevige epilepsie-aanvallen

Question 30

Bespreek myopie

Answer 30

Het probleem met het zien van verre voorwerpen. De lens is te bol en het brandpunt staat te ver naar voor

Question 31

Oplossing voor myopie?

Answer 31

Bril met concave lens (holle lens)

Question 32

Bespreek hypermetropie

Answer 32

Het probleem met het zien van voorwerpen die dichtbij. de lens is te plat en het brandpunt staat te ver naar achter

Question 33

Oplossing hypermetropie?

Answer 33

Bril met convexe lens (bolle lens)

Question 34

Bespreek astigmatisme

Answer 34

Sommige oriëntaties in het retinale beeld zijn onscherp omdat de lens niet meer perfect rond is

Question 35

Oplossing astigmatisme

Answer 35

bril waarvan de correctie is aangepast voor de verschillende richtingen

Question 36

Bespreek presbyopie

Answer 36

verziendheid door leeftijd

Question 37

Helderheid of lichtperceptie wordt bepaald door:

Answer 37

- Hoeveelheid fotonen - Direct of reflectie? - Constant houden

Question 38

Wat is het constant houden?

Answer 38

Het oog probeert een constante hoeveelheid licht binnen te laten door de pupil te vergroten/ verkleinen. Ook de receptoren spelen een rol

Question 39

Wat stelde Isaac Newton

Answer 39

In 1704 stelde hij dat wit zonlicht een mengeling is van verschillende kleuren

Question 40

Wie was Thomas Young?

Answer 40

Hij was een Engels natuurkundige dat leefde in de 18de en 19de eeuw

Question 41

Wat houdt de trichromatische theorie in?

Answer 41

Deze theorie werd ontwikkelt door Young in 1802 | Alle kleuren worden gegenereerd door 3 kleuren met verschillende intensiteit

Question 42

Welke bevinding werd gemaakt in de 19de eeuw?

Answer 42

Mensen bezitten 3 soorten kegeltjes die verschillend reageren op verschillende golflengten

Question 43

Welke soorten kegeltjes zijn er?

Answer 43

1. korte golflengte kegeltjes 2. midden golflengte kegeltjes 3. lange golflengte kegeltjes

Question 44

Wat is kleurendefficiëntie?

Answer 44

Kleuren niet goed kunnen onderscheiden

Question 45

Welk soort kleurenblindheid komt het vaakst voor?

Answer 45

Rood-groen kleurenblindheid

Question 46

Hoe wordt kleurenblindheid getest?

Answer 46

Ishihara tests