Hoofdstuk 5 Flashcards
(35 cards)
Definitie selectieve aandacht
proces waarbij één boodschap geselecteerd wordt voor bewuste verwerking en de rest onderdrukt wordt (Titchener, 1908).
Wat is het posner cueing paradigm
Fixatiepunt/pijlen, aan welke kant staat het vierkantje? vierkant significant sneller ontdekt als het pijltje juiste informatie gaf.
Wat is de dichotische luistertaak
In het ene oor iets anders horen dan het andere (wat hoor je in welk oor onderzoek).
Wat is het cocktail party fenomeen
dat je gesprekken kunt onderscheiden in ruis (Cherry 1950)
Wat is de theorie met vroege selectie
filter tussen sensorisch geheugen en KGT om te filteren wat naar KGT gaat en wat niet.
Wat is de theorie met late selectie
je neemt alles op en verwerkt pas in het KGT wat blijft.
Wat is de attenuatietheorie
(Treisman 1960) filter blokkeert niet volledig maar verzwakt de signalen. Hoe meer aandacht voor de ene stimulus, hoe minder voor de ander.
Gaat het richten van aandacht automatisch of kun je dit zelf sturen?
Bottom-up controle; exogene aandacht (automatisch)
Top-down controle; endogene aandacht (vrijwillig)
Friessen & Kingstone (1998): kijkrichting van mensen is bottom-up exogene cue
Overheerst top of bottom
Bottom-up (exogene, automatisch) overheerst altijd (Theeuwes, 1992)
Is aandacht plaats- of voorwerpgebonden
Egly et al (1994) = selectieve aandacht kan beide zijn
Wat is negatieve priming
inhibitie van niet-aandacht-stimulus zorgt ervoor dat deze (of een gerelateerde stimulus) later slechter wordt verwerkt. (Kleuren google)
Wat is terugkeerinhibitie
proefpersonen meer moeite om een stimulus te detecteren als die aangeboden wordt op een plaats waar de aandacht net vandaan komt. (Snyder & Kingstone, 2000)
Wat is change blindness (veranderingsblindheid)
Door selectieve aandacht ben je soms blind voor verandering elders. Heeft deels te maken met saccades, maar ook met dat je moet selecteren wat je waarneemt.
Wat is hemineglect en wat zijn de 2 bijbehorende vormen.
Geen aandacht aan stimuli uit de ene helft van de omgeving (kan links of rechts).
Line bisection = midden verschoven
letter cancellation = lijnen in een helft van het veld worden overgeslagen.
Wat is cognitieve controle
het geheel van processen (executieve functies) die ervoor zorgen dat ons gedrag gericht is op een bepaald doel en eventueel kan schakelen als het nodig is.
Wat zijn taakwisselkosten?
gedragsparameters voor het activeren van nieuwe taak en het onderdrukken van de vorige taak.
Wat zijn de individuele verschillen bij het doen van dubbeltaken?
- Verwerkingssnelheid
- Leeftijd
- Ervaring met cognitieve controle
Noem de 2 verschillende processen bij cognitieve controle en leg uit.
- Gecontroleerde processen: bewust proces dat mentale inspanning vergt en gemakkelijk wordt onderbroken.
- Automatische processen: onbewust proces wat geen aandacht vergt.
Overgang gecontroleerd naar automatisch?
ervaring, schema’s en training (dubbeltaken)
o Logan (1988): alle ervaringen worden in het geheugen opgeslagen, hoe meer ervaringen hoe makkelijker/sneller je ze kunt oproepen en gebruiken.
o Norman & Shallice (1986): Schema’s voor veel voorkomende taken leiden tot automatische stereotiepe uitvoering van taken. Die worden ondertussen wel gemonitord door controle proces.
o Oberauer & Kliegl (2004): dubbeltaken worden minder moeilijk als er meer training is, dan worden ze automatisch.
Hoe meet je automatische processen?
strooptaak, flankeertaak, stop-signaal paradigma, Simontaak
welke hersengebieden zijn actief bij automatische processen?
Dorso-lateral prefrontal cortex (DLPFC: executief functioneren) en Anterior Cingulate Cortec (ACC: fout detective en conflict monitoren)
Waar zit het conflict monitoring system en wanneer is het actief?
In de ACC. actief bij fouten of goede responsen die veel onderdrukking vergden van de automatische respons.
Waardoor komt ADHD?
Een tekort aan controle over signalen die op je afkomen. Mogelijk wordt de default mode network niet goed onderdrukt tijdens het uitvoeren van een taak. Dit leid tot hyperactiviteit, aandachtstekort en impulsiviteit.
Definitie bewustzijn?
Subjectieve ervaring van interne en externe stimuli op basis waarvan het handelen wordt gestuurd (=vrije wil).