Infecties en transplantatie Flashcards
(15 cards)
de soort infectie is heel erg afhankelijk van de tijd na transplantatie.
hoe werkt het met de start en afbouw van IS?
Start met immunosuppressie –> maand later zijn T-cellen goed onderdrukt –> gedurende een jaar wordt de immunosuppressie langzaam afgebouwd –> een jaar na de transplantatie is de immunosuppressie op het laagste niveau
infecties die voorkomen binnen 1 maand na transplantatie:
- donor-derived
- nosocomiaal (algemeen-transplantatiespecifiek)
- recipient derived
infecties die voorkomen tussen 1 maand na transplantatie en 12 maanden na transplantatie:
- reactivatie latente infectie
- opportunistische infectie
infecties die voorkomen > 12 maanden na transplantatie:
- community acquired
- late intracellulaire infecties (virus, schimmel, bacterie, parasite)
- kanker (huid, PTLD)
donor-derived infecties:
- komt bijna nooit voor
- infecties die mee getransplanteerd worden met het orgaan
- we screenen donoren op infecties, waardoor dit niet heel vaak voorkomt
screening van donoren (algemene zaken):
- leeftijd, geslacht en beroep
- lengte en gewicht
- opname-indicatie
- chronische aandoeningen, zoals hypertensie en diabetes mellitus
- ziektegeschiedenis
- doodsoorzaak
- intoxicaties
- medicatiegebruik thuis
- risicogedrag op het vlak van seksueel overdraagbare aandoeningen
- ondergane operaties
- allergieën
- reisgedrag in het afgelopen jaar
- het klinische beloop tijdens de opname
algemene contra-indicaties voor de donor:
- identiteit van donor is onbekend
- onbehandelde sepsis
- actieve tuberculose
- een actieve virale infectie met rabiës, herpes zoster of rubella
- anencefalie (onverklaard neurologisch beeld)
relatieve contra-indicaties van de donor:
- HIV
- chronische Q-koorts
- maligniteiten
- een onbekende doodsoorzaak
- melanoom
donor screening (meer specifiek):
- HIV, Hepatitis B en C
- EBV (pfeiffer), CMV
- Lues (soa)
- COVID-PCR
- toxoplasmosis (wordt overgedragen via ontlasting van katten)
- bloedkweek
- urinekweek
Nosocomiale infecties (wat je in het ziekenhuis oploopt):
Gewone Postoperatieve Infecties
- pneumonie
- wondinfectie
- flebitis infuus
- centrale lijn gerelateerde infectie
- antibiotica geassocieerde diarree
recipient derived infecties:
- uitgebreide screening ontvanger van te voren (bacterieel onderzoek, parasitologisch onderzoek, virologisch onderzoek)
- op dag van de transplantatie: ziekte?
- eerdere kolonisatie?
- long: CF
- Nier: rec uwi (heel veel uwi’s)
- lever: cholangitis
- perioperatieve ab er op aanpassen
mazelen en gele koorts vaccin kan nooit meer na een transplantatie gegeven worden.
na transplantatie (gordelroos):
- gedissemineerde varicella zoster virus infectie
- waterpokken, maar dan over het hele lichaam
- waterpokken komt ook wel op oudere leeftijd voor, maar dan altijd 1dermatoom en bij deze infectie dus over het hele lichaam
–> dus gordelroos