KBS 9

Question 1

welke 4 classificaties in verstandelijke beperking zijn er?

Answer 1

Zwakbegaafd - vanaf 12 jaar- IQ 71-85
Licht verstandelijk beperkt - vanaf 7-12 jaar- IQ 50-55 tot 70
Matig verstandelijk beperkt - vanaf 4-7 jaar- IQ 34 a 40 tot 50 a 55
zeer ernstig beperkt- 0-2 jaar- IQ onder 20

Question 2

het DSM-V gebruikt nu geen IQ meer, wat wordt nu gebruikt om de ernst van verstandelijke beperking in te delen?

Answer 2

1. Conceptueel domein (problemen lezen, schrijven, rekenen)
2. Sociaal domein (waarnemen sociale signalen, emoties)
3. Praktisch domein (persoonlijke verzorging)

Question 3

wat is de definitie van een verstandelijke beperking volgens DSM-V?

Answer 3

sprake van verstandelijke beperking als er deficiënties zijn in intellectuele functies, in adaptieve
functioneren, verstandelijke functies en aanpassingsvermogen

Question 4

wat is volgens Emerson een gedragsprobleem?

Answer 4

Emerson, gedragsprobleem: cultureel abnormaal gedrag van zo’n intensiteit, frequentie
en duur dat de fysieke veiligheid van de betreffende persoon of anderen in serieus gevaar
komt, of gedrag dat ertoe leidt dat mensen minder of geen gebruik meer kunnen maken
van algemene gemeenschapsvoorzieningen.

Question 5

overvraging?

Answer 5

Stellen van te hoge eisen op cognitief, emotioneel en/of sociaal gebied, waarbij iemands
ontwikkelingsniveau hoger verondersteld wordt dan in werkelijkheid het geval is.

Question 6

hoeveel % mensen in NL hebben een lichte verstandelijke beperking of zijn zwakbegaafd?

Answer 6

1-3 % heeft licht verstandelijke beperking in NL
10-15% zijn zwakbegaafd in NL

Question 7

wat is de SCIL?

Answer 7

. Screener voor intelligentie en lichte verstandelijke beperking- 14 vragen- geen diagnostisch instrument en kan een intelligentietest niet vervangen-Kan wel helpen bij het beantwoorden van de vraag of er vermoedelijk sprake is van zwakbegaafdheid
of een lichte verstandelijke beperking en of verder onderzoek geïndiceerd is

Question 8

competentieprofiel?

Answer 8

Hulpmiddel om de mogelijkheden en beperkingen van de patiënt in kaart te brengen

Question 9

verstandelijke beperking en autisme?

Answer 9

Vaak samen met verstandelijke beperking
 4-6% met autisme heeft verstandelijke beperking
 50% kinderen met verstandelijke beperking hebben autisme.
 Vrouwen worden niet altijd gediagnostiseerd met autisme, omdat ze aangeleerd
gecompenseerd gedrag hebben geleerd

Question 10

wat is de DMID?

Answer 10

Geeft advies voor diagnostiek en biedt aanpassingen op de bestaande DSM-criteria

Question 11

wat is de SEO-R?

Answer 11

Sociologisch Emotionele Ontwikkeling - Revised
De SEO-R is een observatie-instrument dat wordt gebruikt in de gehandicaptenzorg om het sociaal-emotioneel functioneren van mensen met een verstandelijke beperking in kaart te brengen

Question 12

wat zijn de fases van Timmers-Huigens?

Answer 12

De fases van Timmers-Huigens beschrijven de sociaal-emotionele ontwikkeling van mensen, vooral gebruikt bij mensen met een verstandelijke beperking. Ze vormen de basis van instrumenten zoals de SEO-R.

1. Lichaamsgebonden deel
2. Lichaamsgebonden deel
    1e levensjaar herkenbaar
    Bij verstandelijke beperkte soms enige middel ter communicatie
3. Associatieve deel
    Geeft informatie over betrouwbaarheid van de actuele werkelijkheid met behulp van
   associaties
    Associaties leiden tot verwachtingspatroon
    Vanaf 2 jaar
4. Structurerende deel
    Helpt bij begrijpen van de werkelijkheid
    Rond de 3,5 jaar
5. Vormgevende deel
    Vormgeven van bestaan
    Ieder is uniek
    Vanaf 5 jaar

Question 13

welke 5 fases zijn er van sociaal-emotionele ontwikkeling?

Answer 13

Adaptieve fase
 0-6 maanden
 Ontdekt eigen lichaam en sensorische integratie
 Nog geen besef dat iets nog bestaat, weg is weg
 Contact met volwassenen met nabijheidszintuigen

Socialisatie fase:
 6-18 maanden
 Kind voelt egocentrisch
 Hechtingsproces tussen kind en belangrijke verzorg staat centraal
 Nog weinig besef van zelfstandig wezen
 Ontdekt lichaam dat ze iets kunnen pakken (eigen lichaam als instrument)

1e indivualistische fase:
 18-36 maanden
 Autonomie en individualisatie staan centraal
 Kind krijgt eigen wil
 Ontdekken van lichaam met betrekking van doelgericht handelen
 Ontdekt ik en nee
 Vertrouwen bestaat in volwassenen
 Steeds meer eigen persoon

Identificatie fase
 3-7 jaar
 Kunnen nog niet iets in een ander perspectief zien
 Vragen constant de waarom vraag
 Eigen lichaam is centrum van de wereld (egocentrisch, almachtig)
 Verbaliteit, creativiteit en identificatie (herkennen van jezelf)
 Steeds meer bewust van zelfstandig persoon

Realiteitsbewustwordingsfase
 7-12 jaar
 Vriendschappen ontwikkelen
 Sociale en cognitieve prestaties
 Meten van eigen lichamelijke prestaites met anderen (competitie)
 Interesse en belangstelling voor omgeving
 Leert verantwoordelijk te zijn
 Vanaf 6 jaar relaties met leeftijdgenootjes belangrijker

Question 14

hoe wordt het ICF geordend?

Answer 14

Ordening van ICF
1. Menselijk functioneren en problemen
a. Menselijk organisme
b. Activiteiten en participatie
2. Externe en persoonlijke factoren

Question 15

wat is grensoverschrijdend gedrag?

Answer 15

Elke vorm van handelen of nalaten van handelen, in verbale, non- verbale of fysieke zin, opzettelijk
of onopzettelijk, waardoor de persoon die het ondergaat lichamelijke en/of psychische en/of
materiële schade lijdt, dan wel vermoedelijk lijden zal.

Question 16

welke 7 vormen van grensoverschrijdend gedrag zijn er?

Answer 16

1. Verwaarlozing en onthouden van zorg
2. Psychologisch (pesten, treiteren, schelden)
3. Fysiek
4. Seksueel (zoals seksueel misbruik)
5. Discriminatie op basis van afkomst, seksualiteit, beperking of religie
6. Schending van menselijke of burgerlijke rechten
7. Financieel en/ of materieel

Question 17

op welke 4 dingen kan grensoverschrijdend gedrag beoordeeld worden?

Answer 17

1. Aard
2. Frequentie
3. Gevolgen
4. Intentie

Question 18

wat is de Wzd?

Answer 18

Wzd -> wet zorg en dwang
 Doel: onvrijwillige zorg bij mensen met een beperking zoveel mogelijk wordt voorkomen.
 Verschil met wet Bopz: Wzd is cliëntvolgend -> wet kan ook zorg aan huis
 Vrijheidsbeperking / onvrijwillige zorg, mag in principe niet worden toegepast tenzij er sprake
is van ernstig nadeel.

Question 19

3 vormen waarbij stappenplan verplicht is bij wzd?

Answer 19

Medicatie die het drag of bewegingsvrijheid beïnvloed

Insluiting

Beperking van de bewegingsvrijheid door bijvoorbeeld fixatie

Question 20

welke 5 stappen moeten worden doorgelopen voordat er een vrijheidsbeperkende maatregel wordt ondernomen?

Answer 20

1. Analyse van de situatie
2. Maatregel in redelijke verhouding tot het beoogde doel
3. Minst ingrijpende maatregel verdient de voorkeur
4. Maatregel is daadwerkelijk in het belang van de cliënt en wordt niet om een andere reden
   ingezet.
5. Maatregel duurt niet langer dan noodzakelijk

Question 21

VBM score?

Answer 21

De VBM-score is een instrument uit de zorg dat staat voor:

Vaardigheden, Behoeften en Mogelijkheden

Het wordt gebruikt om het sociaal-emotioneel functioneren en ondersteuningsbehoefte van iemand met een (verstandelijke) beperking in kaart te brengen.

🧠 Wat betekent VBM precies?
Vaardigheden: wat kan iemand? Welke dingen voert de persoon zelfstandig of met hulp uit?

Behoeften: wat heeft iemand nodig aan begeleiding, structuur, nabijheid?

Mogelijkheden: wat kan iemand ontwikkelen of leren, en onder welke voorwaarden?