Les 1 Individuele karakteristieken en werkgedrag Flashcards
(27 cards)
VA: Doyen: Communication styles in surgeons.
3 groepen: sollicitanten, trainees en staff. 11 indicatoren:
6 manieren van communicatie volgens de CSI-scale:
- Veel/weinig expressief
- Stijl van communiceren: hoe precies, tot in detail?
- Verbaal agressief
- Leergierig
- Mate van emotionaliteit
- Manipulatief
5 andere (eerste vier PRU sub-scales):
- Anxiety due to uncertainty
- Concern about bad outcomes
- Reluctance to disclose uncertainty to patients
- Reluctance to disclose mistakes to physicians
- Physicians risk attitude (PRA scale)
Bevindingen:
- Expressief: hoogst bij kandidaten.
- Minst verbaal agressief: kandidaten.
- Minste vragen: Trainees.
- Concern about bad outcomes: minst bij staff, hoogst bij trainees.
- Fouten verwoorden: staff minst, kandidaten meest.
- Risico attitude: laagste kandidaten.
Objectieve en subjectieve individuele karakteristieken
Objectief: leeftijd, geslacht, etniciteit en levenstijlfactoren (vb. risico’s).
Leeftijd X werkuitkomsten
Zwak/moderaat effect met werkuitkomsten:
- geen significant effect met creativiteit en performantie in trainingscontext.
- positief sign verband met OCB en veiligheidsperformantie
- negatief sign verband met werkagressie en substance use.
Niet zozeer leeftijd op zich die bepalend is, gaat om de veranderingen (biologisch, sociaal, psychologisch, maatschappelijk) door de tijd, die zijn bepalend!
5 benaderingen inzake ‘Aging’
- Chronologische benadering
- Functionele benadering
- Psychosociale of subjectieve benadering
- Organisationele benadering
- Levensloop benadering
Bio-psycho sociaal model
Interaction of the ICF-components: zie dia 11.
Genderblender
Biologisch geslacht, genderidentiteit, zenderexpressie en seksuele voorkeur (mix daarvan, want gewoon gender is achterhaald).
Gender
Geslachtverschillen gevonden, andere studies: weinig genderverschillen, maar wel veel stereotypen. Vraag is heeft het nut om genderbeleid in te voeren, zal dit impact hebben op performantie?
Etniciteit
Sociale marginaliteit: etnisch groepslid met verhoogde kans op werkdeprivatie -> discriminatie.
Invloed op werkuitkomsten?
Verklaringen? -> similariteitshypothese: bias in beoordelen kandidaten: beter beoordelen als ze meer op je lijken.
Levensstijlfactoren
Vb. roken, alcohol, drugs, fysieke activiteit, voeding, …
Impact levensstijl op werk, maar ook omgekeerd: impact werk op levensstijl (denk aan bv. nachtwerk).
Lifestyle interventies:
- Preventie van disability, absenteïsme, turnover, …
- Verhogen van de inzetbaarheid
- Bevorderen van gezond gedrag
Subjectieve individuele karakteristieken
Introspectief ervaren karakteristieken die zich vertalen in observeerbaar gedrag. Indelen volgens mate van veranderbaarheid:
- Trait like characteristics: relatief stabiel over situaties/domeinen heen, moeilijk te veranderen.
- State like characteristics: relatief veranderlijk/variëren tss levensdomeinen en smeedbaar.
- States: variëren binnen personen en over situaties; onmiddellijke reactie op een omgevingskenmerk; meest smeedbaar.
Trait like characteristics
Core-self evaluations, hoger orde construct, bevat:
- Self-esteem
- Generalized self-efficacy
- Emotional stability
- Locus of control
Ideale sollicitanten is iemand die hier hoog op scoort, je wilt iemand met interne locus of control.
Werkuitkomsten CSE
CSE -> welzijn, performantie
CSE pos sign.
- Job en levenssatisfactie
- Affectieve commitment
- Intrinsieke motivatie
- Setting challenging goals
- Goal commitment
- Taakperformantie
- Salarisniveau
- OCB
- Positieve focus
- …
Neg sign.
- Workstressors
- Continious commitment
- Verloop intentie
- CWB
Traits self made biljonairs
- Altijd willen bijleren: voracious learner
- Polymath: expert in meerdere vakgebieden
State like characteristics
Sterktes van mensen die wel kneedbaar zijn = persoonlijke hulpbronnen.
Persoonlijke hulpbronnen
Hoort bij state like characteristics.
- Specific self-efficacy
- Optimism
- Hope: Agency - Pathway
- Control
- Resilience
- Learning orientation
Psychological capital
Hoort bij state like characteristics.
Psychological capital latent construct met 4 indicatoren:
- Optimisme
- Veerkracht
- Self-efficacy
- Hoopvol
PC pos sign. performance, job satisfaction, commitment en work engagement.
Hoe ontwikkeling je self-efficacy?
- Directe persoonlijke ervaring met (on)succesvol gedrag
- Observeren van (on)succesvol gedrag van anderen
- Feedback van anderen over (on)succesvolle performantie
- Arousal ivm met gevoelens van (in)competentie
Moderator tussen Virtual work characteristics -> remote work challenges (-> remote worker outcomes)
Moderator: self-discipline (dia 26).
Hoe meer zelf-discipline, hoe minder eenzaam, minder procrastination, meer effective communication en minder work-home interference (dat zijn die remote work challenges).
Virtual work characteristics: social support, job autonomy, monitoring, workload.
Remote outcomes: performance en well-being.
States
Individuele karakteristieken die binnen een persoon variëren (within variance) die variëren over tijdstippen in respons op omgevingsveranderingen.
Vb. mate interessante les -> impact op je concentratie (state) -> impact op je performantie.
Voorbeelden van states:
- Emotions
- Cognitive appraisals
- Personal resources
BA: Van de Ven: emotional job resources and emotional support seeking as moderators pf the relationship between emotional job demands and emotional exhaustion.
DISC-model: je hebt JD -> JO
moderator: JR. als JR en JB in balans -> employee well-being, niet in balans -> Job strain.
Disc model
Je hebt JD -> JO
moderator: JR. als JR en JB in balans -> employee well-being, niet in balans -> Job strain.
Multidimensionality principle DISC
Je hebt voor job demands, job resources en job outcomes steeds 3 levels: cognitive, emotional en physical. Je moet gelijksoortige gaan kijken! vb. emotioneel lijden behandelen, dan kijken naar emotionele demands en emotionele resources.
Soorten interacties DISC
- Triple match interaction: allemaal zelfde domein (vb. allemaal emotional)
- Double match interaction of common kind (demand en resource zelfde domein, outcome verschillende)
- Double match interaction of extended kind (een heeft zelfde domein als outcome)
- Non match interaction (alle drie ander domein).
Triple-match principle
Sterkste interactieve relaties tussen job demand en job resources worden gevonden wanneer demands, resources en outcomes zelfde domein zijn.