Paragraaf 1 3/3 Flashcards
(4 cards)
1
Q
open economie
A
Een economie die veel handel met het buitenland drijft.
2
Q
subsidie
A
Een geldbedrag waarmee de overheid goederen of diensten goedkoper maakt.
3
Q
protectie
A
Bescherming van de eigen economie tegen buitenlandse concurrentie.
4
Q
schaalvoordelen
A
Voordelen van schaalvergroting.