Paragraaf 6 Flashcards
(5 cards)
1
Q
belastbaar inkomen
A
Bruto-inkomen – aftrekposten.
2
Q
boxenstelsel
A
Voor de inkomstenbelasting zijn er drie soorten inkomens, ondergebracht in drie boxen.
3
Q
netto-inkomen
A
Bruto-inkomen - totaal aantal belasting.
4
Q
progressief belastingsysteem
A
Belastingsysteem waarbij het belastingpercentage stijgt met het inkomen.
5
Q
schijventarief
A
Het inkomen wordt verdeeld in een aantal schrijven waarin een verschillend belastingpercentage betaald moet worden.